‘Woooow, zo veel indrukken en ik kan alles volgen’, zegt Damla over het NOS Journaal in Makkelijke Taal

Irma van Leerdam en Damla Ersöz hebben moeite met lezen en schrijven. Maandag bekeken ze het eerste journaal voor deze doelgroep. „Ik vind het belangrijk dat het niet op een kinderjournaal lijkt.”

featured-image

„Véééél rustiger dit!” Damla Ersöz glimlacht als de presentatrice van de NOS het tweede item van de uitzending aankondigt. Het gaat over de Paralympische Spelen. „Bij de Paralympische Spelen zijn de sporters blind”, zegt de voice-over.

Een paar seconden stilte. „Ze missen een been.” Weer is het even stil.



„Of hebben een andere beperking.” Vanaf vandaag wordt elke dag een NOS Journaal in Makkelijke Taal uitgezonden. Het is bedoeld voor mensen die moeite hebben met de Nederlandse taal, zo’n 2,5 miljoen mensen in totaal.

Damla Ersöz (32) en Irma van Leerdam (57) zijn ervaringsdeskundigen. Allebei kwamen ze er zo’n vijf jaar geleden achter dat hun taalniveau zo ver achter lag, dat ze er in het dagelijks leven echt last van hadden. Inmiddels hebben ze taallessen gevolgd en hun niveau opgekrikt, maar, zo zegt Ersöz: „Beter kan het altijd nog.

” Ze volgen in de studio van Omroep MAX de eerste NOS-uitzending, omdat ze zijn gevraagd daar later in de talkshow Tijd voor MAX kort over te vertellen. In de gastenruimte, een halfuur voordat het eerste journaal begint, vertellen ze aan elkaar hun levensverhaal. Irma: „Ik had er nooit last van, totdat de digitalisering kwam.

Dan moest ik iets opzoeken via Google en dan spelde ik de woorden verkeerd. Dus dan vond ik niks. Of het verkeerde.

” Damla: „Ik kwam in een depressie en kwam daarna niet meer uit mijn woorden. Ik wist dat ik meer kon, maar het is zo frustrerend als dat dan niet lukt.” Irma: „Ik heb het lang kunnen verhullen.

Dan belde ik mensen, in plaats van een kaartje te schrijven. Of ik vroeg mijn vriendin om hulp.” Damla vraagt aan Irma of ze het ziet aan mensen, als ze moeite hebben met lezen of schrijven.

Irma lacht. „Ik herken het aan hoe ze kijken. Net iets langer dan andere mensen.

” Damla knikt. „Dat ze het niet snappen, maar dan wel ‘ja, ja, ja’ zeggen.” Soms spreken Irma en Damla zo iemand aan, het kan soms een eerste duwtje zijn voor een persoon om taallessen te volgen.

„Ik zeg vaak als eerste dat ik het zelf lastig vind om te lezen of schrijven”, zegt Irma. „Dan durven ze het daarna zelf ook toe te geven.” Een apart journaal kan volgens allebei een uitkomst zijn.

„Ik kijk op nu.nl, maar dat kost me wel moeite”, zegt Damla. „Verder volg ik het Jeugdjournaal en korte filmpjes op TikTok.

” Ze wil het nieuws wel volgen, zegt ze. „Ik wil kunnen meepraten, onderdeel zijn van de maatschappij.” Irma kijkt wel vaak het gewone journaal.

„Maar dat gaat eigenlijk zo snel, dat het ik het vaak twee keer kijk om het helemaal te begrijpen.” Wanneer de uitzending begint, zitten ze al in de televisiestudio; soms moeten ze om de opnameleider heen kijken om alles te kunnen volgen. Damla en Irma wisselen af en toe een blik.

„Woooow”, zegt Damla. „Zo veel indrukken en ik kan alles volgen.” Irma knikt.

Het nieuwe journaal straalt rust uit, vindt ze. Het eerste item gaat over het vroegpensioen. „Deze week staken ze ook bij de NS, hè”, zegt Damla tegen Irma.

Als de presentatrice dat even later in het item herhaalt, lacht ze. „Zie je wel, ik volg het nieuws al wel!” Daarna gaat het over de Paralympische Spelen en het derde item, kort voor het weer, gaat over de bruinvissen die geteld zijn tijdens de walvistelling. In de studio worden ze niet aan de tafel gezet, daar zit goochelaar Steven Kazàn en zijn vrouw: ze zijn ambassadeurs van Stichting Lezen en Schrijven.

Irma komt wel even kort aan het woord, vanuit het publiek. Ze komt terug op politiek duider Kees Boonman die kort daarvoor aan de talkshowtafel het woord ‘eufemisme’ had gebruikt. Dat kende Irma niet, zegt ze.

„Maar gelukkig werd het wel meteen uitgelegd.” Damla wordt niets gevraagd in de uitzending. Dat vond ze wel fijn eigenlijk, zegt ze na afloop.

„Ik had zoveel spanning.” In de gastenruimte hebben ze het samen nog uitgebreid over het nieuwe NOS Journaal . „Heel respectvol”, zegt Irma.

„Ik vind het belangrijk dat het niet op een kinderjournaal lijkt. Je wordt als een volwassene aangezien, maar kan het toch helemaal volgen.” Damla knikt, ze vindt het knap van de presentatrice dat ze „de switch” heeft kunnen maken, om het journaal rustiger te presenteren.

„Er wordt echt rekening met ons gehouden.” Ze sommen de grote verschillen met het gewone journaal op. De presentatrice praat rustiger.

Weinig Engelse woorden. Veel stiltes tussen de zinnen. Weinig teksten of titels in beeld.

Irma en Damla zeggen allebei dat ze dit journaal zo veel mogelijk gaan volgen. „Ik hoop dat het goede kijkcijfers krijgt”, zegt Damla. Wel mag het NOS Journaal in Makkelijke Taal nog iets langer en uitgebreider, vindt ze.

„Iets meer onderwerpen zou ik fijn vinden. Nu waren het er maar drie. Met meer items krijg ik nog meer mee van de wereld en kan ik nog meer begrijpen.

”.