Twintig jaar geleden geloofde bijna niemand dat het afweersysteem kanker zou kunnen opruimen, maar John Haanen bleef eraan werken

Afweercellen uit het lichaam van een patiënt kunnen uitgezaaide tumoren opruimen. „Bijna niemand dacht dat het zou werken.”

featured-image

Tumoren opruimen door het eigen afweersysteem van de patiënt een zetje te geven? John Haanen herinnert het zich nog goed toen twintig jaar geleden bijna niemand in immuuntherapie geloofde. „Zodra ik op de grote Amerikaanse en Europese congressen erover begon te spreken, liepen de zalen leeg. Alleen een aantal diehards dacht dat je kanker wel degelijk met het immuunsysteem kan opruimen.

” Tegenwoordig bieden de meeste ziekenhuizen immuuntherapie aan om uitgezaaide kanker te behandelen, en behaalt de immuno-oncologie regelmatig nieuwe doorbraken . Op 21 november ontvangt Haanen de Bob Pinedo Cancer Care Award voor zijn bijdrage aan deze innovaties. De KNAW, die de prijs eens per twee jaar uitreikt, noemt Haanen een pionier, met name vanwege zijn inzet voor de zogeheten TIL-therapie.



Als hoogleraar translationele immunologie aan het LUMC en onderzoeksleider bij het Antoni van Leeuwenhoek/Nederlands Kanker Instituut (AVL/NKI) werkt hij al meer dan vijftien jaar aan deze nieuwe behandelingsvorm, waarbij lichaamseigen immuuncellen worden opgekweekt om uitgezaaide tumoren op te ruimen. TIL is de eerste celtherapie die patiënten kan genezen van solide tumoren en wordt sinds vorig jaar vergoed voor behandeling tegen uitgezaaide huidkanker. Haanen leidde een grote klinische studie en wil de resultaten binnenkort voorleggen aan de EMA voor mogelijke goedkeuring van het middel.

Geen enkele academische instelling is dit tot nu toe gelukt zonder private investeerders. „Dit zou aantonen dat ons product effectief is en maakt het beschikbaar voor andere Europese ziekenhuizen. Bovendien zouden we dit een stuk goedkoper kunnen doen dan de commerciële partijen.

” Uit de studie bleek dat bijna de helft van de patiënten op TIL-therapie reageert. „Dat is meer dan een verdubbeling ten opzichte van de reguliere behandeling bij huidkanker. Het gaat om patiënten bij wie chemo- en andere vormen van immuuntherapie niet meer werken, dus dat is een mooi resultaat.

” Stuitte u initieel op weerstand toen u onderzoek deed naar immuuntherapie? „Ja, ook hier in het AVL/NKI. Destijds lag de focus voornamelijk op het optimaliseren van chemotherapie en enkele gerichte behandelingen. Omdat we steeds beter werden in het ontrafelen van dna, werd ook duidelijk welke dna-fouten verantwoordelijk zijn voor het gedrag van kwaadaardige tumoren.

Wanneer je een ‘rem’ voor deze fouten kan vinden, heb je de oplossing, dachten de meeste onderzoekers. Maar kanker is adaptief en goed in staat dit soort gerichte behandelingen te omzeilen. Hierdoor werd ons onderzoek naar immuuntherapie zoals TIL wel getolereerd – ook al dachten weinigen dat het echt zou werken.

” En toch werkt TIL-therapie. Kunt u dat uitleggen? „TIL staat voor tumor-infiltrerende lymfocyten [lymfocyten zijn een groep witte bloedcellen]. Tumoren zijn ongelofelijk goed in het ontwijken van ons immuunsysteem, bijvoorbeeld door het omliggende weefsel vijandig te maken voor afweercellen.

Sommige afweercellen weten de tumor alsnog te bereiken, maar worden vervolgens door hun omgeving verlamd. Door deze cellen uit de patiënt te halen, in het laboratorium opnieuw te activeren en te laten groeien, kunnen we ze teruggeven aan de patiënt zodat ze de tumoren opruimen. „Eerst zoeken we naar een uitzaaiing tussen de twee en vier centimeter, die we chirurgisch verwijderen.

In een clean room snijden we dit in stukjes en weken we cellen los in een oplossing, waaraan we vervolgens groeifactoren toevoegen. Na vijf tot zes weken is het kweken klaar en zijn er zo’n 10 tot 50 miljard cellen die we samen met extra groeifactoren [eiwitten die de celgroei bevorderen] via een infuus toedienen. „Wanneer je zoveel cellen teruggeeft, kun je dit niet doen in een systeem dat al vol zit met lymfocyten.

Door ze met chemotherapie tijdelijk te verwijderen, wordt er ruimte gecreëerd en blijven groeifactoren beschikbaar voor de teruggegeven cellen.” Werkt deze therapie ook voor andere soorten kanker? „Recent zijn er meer indicaties gevonden voor TIL-behandeling. Zo loopt er nu een studie bij patiënten met longkanker en is er een studie gedaan bij baarmoederhalskanker.

Maar vanwege de activerende werking van de groeifactoren, heeft de behandeling heftige bijwerkingen en is het niet geschikt voor elke patiënt. De meeste longkankerpatiënten hebben bijvoorbeeld veel gerookt waardoor ze cardiovasculair niet optimaal zijn, en veel andere patiënten zijn al oud of hebben heftige chemotherapie gehad. „Wanneer je de lymfocyten opkweekt, groeien ook andere immuuncellen mee.

Als we leren hoe we de juiste TIL beter kunnen selecteren en andere cellen wegfilteren, zouden we een puurder product kunnen maken dat wellicht minder chemotherapie en groeifactoren nodig heeft. Hopelijk kunnen we dan ook meer kwetsbare groepen patiënten behandelen met TIL.” U bent dus nog niet van plan te stoppen? „Nou, ik zou graag nog even doorgaan met mijn werk.

Het is afwisselend en ik vind het fantastisch. Ik behandel zieke patiënten en heb tegelijkertijd een grote onderzoeksgroep waarmee we over de toekomst van dit soort cellulaire behandelingen nadenken. „Daarnaast vind ik het ook heel leuk om ervoor te zorgen dat het onderzoek en de opgebouwde kennis, bij mijn vertrek niet verdwijnt.

Ik leid dus ook artsen en onderzoekers op die mijn werk kunnen overnemen. Je bouwt natuurlijk een fantastisch netwerk op met collega’s en bedrijven waarmee je samen studies doet, maar dat moet je uiteindelijk wel overdragen. Hoe zorg je er bijvoorbeeld voor dat een bedrijf met ons wil samenwerken?” Naast TIL-therapie, welke wetenschappelijke bijdrage springt er voor u uit? „Ik heb me veel ingezet voor educatie.

Toen immuuncheckpoint-remmers opkwamen, was het een hele opgave om de bijwerkingen ervan te managen. Checkpoint-moleculen zijn remmende moleculen op afweercellen die er voor zorgen dat het immuunsysteem niet ontspoort en een auto-immuunreactie veroorzaakt. Door deze te blokkeren worden afweercellen actiever tegen kanker, maar veroorzaak je vaak ook een heftige auto-immuunreactie.

Samen met collega’s hebben we vanuit de praktijk een richtlijn geschreven voor hoe je met deze bijwerkingen om kan gaan.” Die wordt wereldwijd veel gebruikt. Hoe voelt u zich eigenlijk bij het ontvangen van deze prijzen? „Wanneer je zo’n award krijgt, denk je natuurlijk terug aan wat er heeft geleid tot het krijgen van zo’n prijs.

En dat is niet enkel toevallig. Het is een gevolg van de inspanning die je ervoor gedaan hebt, en heel erg toegewijd zijn. Lang voordat de eerste immuuntherapie succesvol bleek, was ik er al sterk van overtuigd dat we het immuunsysteem kunnen inzetten tegen kanker.

Uiteindelijk is dat in mijn periode waarheid gebleken. Natuurlijk speelt het een rol dat je op de juiste plekken komt, en met de juiste mensen samenwerkt, maar je levert ook een deel van je leven op.” Welke offers heeft u gebracht? „Lange dagen en werkweken van zestig tot zeventig uur zijn niet ongebruikelijk.

Voor een heleboel dingen is daarom weinig tijd. Ik hou van muziek luisteren en ga graag naar het theater, maar wanneer je ervoor kiest je leven ten dienste te stellen van de wetenschap, moet je keuzes maken.”.