Tijmen Graat derde in Ronde van de Toekomst mede dankzij Sepp Kuss: “Nog veel werk aan de winkel”

In navolging van Robert Gesink (tweede, 2007), eindwinnaar Bauke Mollema (2008) en Thymen Arensman (tweede achter Tadej Pogačar, 2018) eindigde Tijmen Graat afgelopen weekend als derde in de Tour de l’Avenir. Ook won hij het bergklassement. “Ik hecht meer waarde aan het eindpodium, maar houd met de bolletjestrui wel een mooi tastbaar iets over aan [...]The post Tijmen Graat derde in Ronde van de Toekomst mede dankzij Sepp Kuss: “Nog veel werk aan de winkel” appeared first on WielerFlits.

featured-image

Interview In navolging van Robert Gesink (tweede, 2007), eindwinnaar Bauke Mollema (2008) en Thymen Arensman (tweede achter Tadej Pogačar , 2018) eindigde Tijmen Graat afgelopen weekend als derde in de Tour de l’Avenir. Ook won hij het bergklassement. “Ik hecht meer waarde aan het eindpodium, maar houd met de bolletjestrui wel een mooi tastbaar iets over aan een topweek”, vertelt hij vanuit zijn vakantieadres aan het Lago Maggiore enthousiast aan WielerFlits .

Voorafgaand aan de Ronde van de Toekomst trok Graat op hoogtestage – naar Tignes – met de profs die de Vuelta a España zouden rijden, zijn eerste keer op hoogte. De 21-jarige Noord-Brabander vermaakte zich er goed en kon er ook lekker trainen. Hij merkte dag per dag beterschap in zijn conditie.



Nadien voelde hij ook thuis in het kleine Noord-Brabantse dorpje Maashees – op de grens met Limburg – dat hij heel goed in vorm was. Graat trok zodoende toch wel met de nodige verwachtingen naar de Tour de l’Avenir. Het doel: gaan voor de top-5.

Op zijn strepen staan Toch was dat geen sinecure. Na een goed begin in het Circuit des Ardennes (derde) en Luik-Bastenaken-Luik U23 (zesde) kwam de klad er namelijk in. “Dat kun je wel zeggen.

In de Ronde de l’Isard stond ik er heel goed voor. Jørgen Nordhagen en ik stonden allebei in de top-5 toen we moesten opgeven. Ziek, helaas.

Toen heb ik een heel stevig virus te pakken gehad. Een week lang zat ik op en naast de wc met buikgriep. Dat was echt niet leuk.

De ploeg en ik maakten alleen de fout dat we te snel terugkeerden in Flèche Ardennaise acht dagen later. Dat had niet gemoeten.” Kort daarop reed hij met de profs ook de Tour of Norway.

“Toen dacht ik dat ik in orde zou zijn voor de Giro Next Gen, om eerlijk te zijn. Ik voelde mijn vorm echt weer groeien. Ik liet in Noorwegen (negentiende in het eindklassement, red.

) ook weer goede dingen zien. Alleen kwam dat in de Giro er helaas gewoon niet uit. Af en toe moet je dat accepteren.

Dan is het wat het is. Maar net omdat het allemaal een beetje tegenviel, had ik wel extra motivatie om het goed te doen in de Tour de l’Avenir. Om te laten zien dat ik nog steeds bij de beste U23s ter wereld hoor.

” Graat startte onder bondscoach Tom Veelers als een van de twee kopmannen. Darren van Bekkum was de andere. “Tijdens een heuveltje in de finale van een vlakke etappe trok Jarno Widar een keer door.

Dat kon ik goed pareren. In de eerste bergrit reden we kort daarna de eerste beklimming op. Ik zag er al veel lossen en wist hoe ik me voelde.

Toen dacht ik al: ‘nou, dit kan wel eens leuk worden’. Darren kreeg in die rit op een rotmoment een lekke band en voelde zich ook niet helemaal goed. Na die dag wist ik dat ik nog de enige kopman was voor Nederland.

” Fantastisch plan resulteert in eindpodium Zijn ploeggenoten cijferden zich vervolgens helemaal voor hem weg. Met vierde plekken op La Rosière en Les Karellis, klom Graat op naar plek vier in het klassement. De voorlaatste etappe werd op voorhand niet tot de klassementsdagen gerekend.

Met de top van de Col du Mont-Cenis op 53 kilometer voor het einde als laatste obstakel, zou een vlucht het dan halen. Zo geschiedde. Alleen zat die vlucht vol klassementsrenners.

Aanstichters van die putch waren de Nederlanders, zo vertelt Graat. “Dat plan maakten we die ochtend aan de ontbijttafel, toen we zaten te dollen.” “Ik stelde voor om ervoor te zorgen dat we een paar mannen mee hadden in de vroege vlucht en dat ik er dan op die laatste klim naartoe zou rijden, zodat we in de afdaling en de vallei het verschil konden maken”, legt de jongeling uit.

“Menno Huising en Darren zaten uiteindelijk mee en Max van der Meulen bracht mij persoonlijk naar hen toe. Zaten we daar in een grote kopgroep met vier Nederlanders. De drie anderen hebben zich toen volledig opgeofferd voor mij.

Widar en Pablo Torres zaten niet mee, dus het pakte uitstekend uit. Alleen Joe Blackmore verwachtte het.” Uiteindelijk was het Pro Cycling Manager in het echt.

“Op de Mont-Cenis leverde Darren echt berenwerk om het gat zo groot mogelijk te houden. De groep met Torres kwam steeds dichterbij. Op de top hadden we echter een minuut en we wisten dat in de vallei tegenwind stond.

We bleven daar met zes goed ronddraaien, dat was gunstig. Torres zat daar alleen en toen pakten we gigantisch veel tijd. Dat was echt ontzettend tof om mee te maken en aan te voelen.

Alles wat we bedacht hadden, kwam uit. Het was een van de mooiste etappes die ik ooit gereden heb.” Spectaculaire finale op mytische Colle delle Finestre Met een achterstand van 24 tellen op het geel begon Graat als tweede aan de slotrit, met aankomst op de gravelstroken van de mythische Colle delle Finestre.

“Een schitterende klim”, vindt de Noord-Brabander. “Ik had hem met Darren en Menno verkend toen we in Tignes verbleven. Ik wist wat ik kon verwachten.

Ik wist ook dat Torres heel sterk ging zijn. Die begon vanuit het vertrek als een gek aan te vallen. Ik wou mezelf niet opblazen en koos mijn eigen tempo.

Blackmore volgde Torres wel. Ik had op dat moment Darren en Menno nog bij me.” Graat voelde dat zijn eigen tempo goed genoeg was om zijn plek te consolideren.

“Ik wist ook dat ik nog naar Blackmore toe kon rijden. Hij kwam steeds dichter in mijn vizier en toen ik bij hem kwam, dacht ik dat het mijn moment was. Ik versnelde meteen om de Brit te lossen.

Maar alle credits naar hem, want ik kreeg hem er niet vanaf. Dat moest ik in de slotkilometer bekopen. Ik kan mezelf niets verwijten, ik heb het geprobeerd.

Er zat alleen niet meer in. En als bonus kreeg ik ook nog eens de bergtrui mee naar huis. Torres was wel echt outstanding in die slotrit, echt bizar.

” 25 aug Lees ook Bergkoning Tijmen Graat derde in Tour de l'Avenir: "Kunnen tonen in grootste beloftenwedstrijd" 25 aug 1 24 aug Lees ook Wat een thriller! Torres wint slotrit Tour de l'Avenir, maar leider Blackmore houdt nipt stand op de Finestre 24 aug 33 De Spanjaard is pas 18 jaar en twee jaar jonger dan Graat. Torres nestelde zich nog tussen Blackmore en de Nederlander in. “Toen ik als derde bovenkwam op de Finestre hoorde ik dat Torres vier minuten op mij had gewonnen.

Dat was wel een beetje demotiverend. Ik moet wel nog een flinke stap maken, wil ik met hem mee omhoog kunnen klimmen. Dat is iets waar ik aan ga werken.

Maandag had ik al een meeting met de ploeg, waar weer genoeg punten naar voren kwamen die ik moet verbeteren. Daar ben ik echt blij mee, dat we daar meteen aan gaan werken.” Rustig ontwikkelen en tips van Kuss en Gesink Graat is dankbaar voor de kansen die hij krijgt bij Visma | Lease a Bike en hij houdt ook van die snelle evaluaties na koersen.

“Nu moet ik niet mijn zwaktes gaan vertellen natuurlijk, maar in l’Avenir had ik moeite met explosieve aanvallen. Als Blackmore of Widar aanviel, had ik het lastig. Ik vind het makkelijker om een constant hoog tempo aan te houden dan al die versnellingen.

In Tignes heb ik veel samen getraind met Sepp Kuss en Robert Gesink . Met Sepp heb ik het ook over die tempoversnellingen gehad, hoe hij dat aanpakt en ermee omgaat.” Met de Amerikaanse winnaar van de Vuelta a España en ancien Gesink verkende hij ook delen van l’Avenir-etappes en bespreken ze samen bepaalde koerstactieken.

“Die tips en adviezen heb ik heel erg gewaardeerd”, vertelt Graat trots. “Het werd nog mooier toen ik na afloop van de slotrit van hen allebei persoonlijk een appje kreeg dat ik het goed gedaan had, terwijl ze zelf in de Vuelta zaten. Vond ik tof.

Uiteraard snap ik dat deze derde plek verwachtingen richting de toekomst met zich meebrengt. Maar ik probeer mezelf gewoon te focussen op mezelf en mijn ontwikkeling.” “Ik wil ervoor zorgen dat ik blijf doorgroeien”, onderstreept Graat.

“Dan zien we wel wat eruit komt. Ik weet van mezelf dat ik het maximale eruit probeer te halen. De komende jaren ga ik mijn best doen om de beste versie van mezelf te laten zien.

Na deze winter stap ik over naar het WorldTeam. Ik ga nog veel mixwedstrijden rijden, zoals Coppi & Bartali bijvoorbeeld. De ploeg brengt me rustig en laat me niet meteen een stap omhoog doen.

We gaan het wel zien met mijn prestaties. Daar kunnen we het plan altijd op aanpassen. Dit seizoen rijd ik alleen nog Gran Piemonte en de Coppa Bernocchi met de profploeg.

De rest is onduidelijk, al hoop ik op het WK.”.