Tien mannen uit Thorn vochten in de periode van 1867 tot 1870 als soldaten van de paus. Sommigen sneuvelden, sommigen kwamen terug als helden. Maar tot voor kort was er weinig bekend over deze Thornse 'zoeaven'.
Amateurhistoricus en vrijwilliger bij Museum Thorn Wilbert Lalieu deed onderzoek naar deze huurlingen van de paus. "Er is al veel bekend over de historie van Thorn, maar dit is een onderbelicht onderwerp." Museum In Museum Thorn loopt een tentoonstelling over de lokale zoeaven.
Brieven, onderscheidingen, een wapen, een kerkboekje en nog veel meer: ze vertellen het verhaal van de Thornenaars in het verre Rome. De tentoonstelling bestaat uit onder meer uit items verzameld door Wilbert Lalieu. In 1866 riep Paus Pius IX de katholieke wereld op om jonge, gezonde, ongehuwde katholieken te sturen naar zijn Pauselijke Staat.
Nationalistische Italiaanse troepen wilden dat het land innemen om Italië te verenigen tot één land. In totaal 11.000 zoeaven werden opgeroepen om de katholieke staat te verdedigen, maar tevergeefs.
In 1870 werd Rome ingenomen en kwam er een einde aan de Kerkelijke Staat. Sabel De collectie begon met een tip over een uniek item. Lalieu: "Deze zoeavensabel is gevonden op een zolder, hier in Thorn.
Het wapen lag hier al decennia, toen een dakdekker het tijdens zijn werk vond." Deze sabel was het eerste item uit de collectie. Toen Lalieu erachter kwam dat de voormalige dorpsgenoten onderscheiden waren door de paus, begon het échte verzamelen: "Ik heb de onderscheidingen gekocht via de Italiaanse eBay.
Vanaf dat moment bleef ik kopen." ' De paus is mijn vader' In 1869 woonden er 1407 mensen in Thorn. Tien daarvan traden als zoeaaf in het Pauselijk leger.
Er waren in verhouding bijna vier keer zoveel zoeaven in Thorn als beroepsmilitairen in Nederland vandaag de dag. De katholieke soldaten moesten ongehuwd, gezond en man zijn. Veel mensen in Thorn voelden destijds meer verbinding met het katholieke geloof, dan met het overwegend protestantse Nederland.
"De koning van Nederland is mijn koning en ik kom wanneer hij mij roept; de paus is mijn vader en ik ga als hij het mij vraagt", schreef een van de afgereisde jongens in een brief naar huis. Uitzonderlijk veel Voor de paus was pastoor Augustinus Baert het spreekluik in Thorn. Wilbert Lalieu: "Sommige dorpen leverden geen zoeaven.
Pastoor Baert heeft het erg goed gedaan. Door middel van preken en huisbezoeken gingen er in totaal tien jongens richting Italië. De eerste vier hadden geluk: ze wonnen een slag in Mentana.
Dat kwam in de krant, werd rondverteld en ze kregen zelfs een medaille van de paus. De slag van Mentana was een van de weinige Pauselijke overwinningen." De combinatie van het daadkrachtige werk van de pastoor en veteranen met dit succesverhaal zorgde voor het grote aantal rekruten uit Thorn.
Goedkope wijn Voor het geld deden de jongemannen het niet. "Meestal gingen ze voor een jaar. Ze kregen nauwelijks betaald.
Ze schreven zelfs dat ze amper bier konden betalen, maar gelukkig was de wijn goedkoop. Wel werden de levensbehoeften verzorgd en thuis was er één man minder om te voeden. Ook voor de pastoor zat er geen financieel voordeel in.
Hooguit een compliment van de bisschop." Wereld ontdekken Voor veel jongens was het dienen in het pauselijk leger ook een manier om de wijde wereld te ontdekken: "Die jongens waren hooguit een keer naar Weert of Roermond gegaan. Verder waren ze nooit gekomen.
Het was een reis vol verwondering. Nu gingen ze met de stoomtrein naar Brussel, Parijs, Lyon, Marseille en daarna met de boot naar Rome." Hoge stand Broers Alexander en Alphonsus Houben uit Thorn waren allebei als zoeaaf afgereisd naar de Kerkelijke Staat.
Hun vader was geneesheer en dus van hoge stand. Dit was uitzonderlijk. Normaalgesproken waren het zonen uit armere gezinnen die zich aanmeldden, en vonden rijkere gezinnen het te riskant om hun zoons naar het levensgevaarlijke front te sturen.
"Maar hun vader was een enorm vrome katholiek. Hij vond het belangrijk dat ze toch gingen", zegt Lalieu. 'Wij gaan winnen!' Alphonsus Houben stierf een heldendood in Rome tijdens de laatste dag van het Pauselijk Rijk.
"Hij wilde niet opgeven. Zijn kameraden vluchtten weg, maar Alphonsus hield voet bij stuk. "Wij gaan winnen!’ riep hij.
Helaas werd zijn ongelijk die dag nog bewezen en stierf hij in het harnas. Dit staat ook beschreven in allerlei boeken en gedichten", vertelt Lalieu. "'t Is met geen pen te beschrijven, hoe mooi het is.
’t Graf van den Heiligen Petrus is zoo mooi, als ge nooit iets gezien hebt. Er waren 165 lampen om het graf en tien gouden kandelaars, die elk zo groot waren, dat één man ze niet kon verzetten. Daar stonden waskaarsen op te branden, die grooter waren dan ik.
" (Uit een van de brieven aan het thuisfront van een Thornse zoeaaf) Dwarsliggende pastoor Ondanks zijn grote inspanningen voor het geloof kreeg Alexander bij terugkeer geen warm onthaal van de pastoor, zoals vele andere zoeaven dat wel kregen. Alexander wilde na de strijd in Italië graag burgemeester worden van Thorn, maar pastoor Baert wilde hier niets van weten: "De pastoor was enorm conservatief, maar Alexander was een liberale katholiek. Omdat Alexander van gegoede klasse was vanwege zijn vader, had hij ook veel invloed in het dorp.
De pastoor wilde beslist niet dat Alexander burgemeester werd, en heeft dat eigenhandig tegengehouden", aldus Wilbert Lalieu. In memoriam De drie in Italië gesneuvelde zoeaven zijn begraven in Rome, de anderen in Thorn. Toch zijn weinig graven terug te vinden.
"Toentertijd moesten de soldaten snel begraven worden. Hierdoor kregen ze een houten kruis. Hout vergaat, dus er is niets terug te vinden van de begraafplaatsen.
Afgelopen jaar zijn er nog twee Thornenaars gaan kijken in Rome, maar konden niets vinden", vertelt Lalieu. Het stenen graf Alexander ligt in Thorn. Alphonsus werd begraven in Rome, zijn laatste rustplaats is niet meer te traceren.
Op het Thornse graf van zijn zus staat wel een in memoriam voor de in den vreemde gesneuvelde broer. Boek Voor Lalieu stopt het niet bij de tentoonstelling in het museum. "Na het aanschaffen van alle items dacht ik: nu komt er ook een boek!" Dat komt waarschijnlijk halverwege 2025 uit, maar de exacte datum weet hij nog niet: "Ik ben eerst nog druk bezig met een volgende tentoonstelling: bodemvondsten!" Deel dit artikel 💬 WhatsApp ons! Heb jij een tip of opmerking voor de redactie? Stuur ons een bericht via WhatsApp of stuur een mail naar redactie@l1.
nl !.
Vermaak
Thorn blijkt hofleverancier zoeaven: 'De paus is mijn vader'
Tien mannen uit Thorn vochten in de periode van 1867 tot 1870 als soldaten van de paus. Sommigen sneuvelden, sommigen kwamen terug als helden. Maar tot voor kort was er weinig bekend over deze Thornse 'zoeaven'.