Tennistalent Julie zwijgt in Belgische arthouse-film en wij gapen

‘Julie Zwijgt’ gaat over en een brisant en actueel onderwerp: de relatie tussen trainers en jonge atleten. Maar het levert een film op die je uitzit.

featured-image

De Vlaamse debutant Leonardo van Dijl durft: de hele film is in de titel samengevat. Julie Zwijgt , en zwijgen doet ze, bijna anderhalf uur lang. Over waar het om gaat althans.

Julie is het grote talent van de tennisclub, haar trainer Jeremy wordt geschorst als zijn voormalige pupil Aline zelfmoord pleegt vlak nadat zij met tennis stopte. Wat was daar gaande? Er wordt een vertrouwenspersoon aangesteld, maar Julie zwijgt. Iedereen denkt dat zij meer weet.



Een brisant en actueel onderwerp: de relatie tussen trainers en jonge topsporters ligt al een tijdje onder een vergrootglas. Hiërarchie, nabijheid, prestatiedruk en lijfelijkheid kunnen tot een giftige cocktail van machtsmisbruik of zelfs seksueel misbruik leiden: denk aan de schandalen rond de Amerikaanse en Nederlandse turnploegen. Maar Julie Zwijgt is er niet op uit zo’n toxische relatie te ontwarren; trainer Jeremy blijft buiten beeld, de camera staat alleen op Julie.

Wat zij weet, is al snel duidelijk. Trainer Jeremy prent Julie in een gesprek in zijn opvolger te negeren: met zo’n sukkel haal je nooit de top. Volgens Jeremy stopte Aline met tennis omdat ze talentloos was, heel anders dan Julie.

Een rijkeluiskind, en je weet het toch? Toen jij het zei, stopte ik meteen. Die laatste zin – plus een knuffel die Julie ontwijkt – vertelt het verhaal; vraag is of Julie ook uit de school klapt. Julie Zwijgt is uit de ingetogen Belgische arthouse-school: de film beperkt zich tot steelse hints, zet emotie geen kracht bij met muziek, mijdt bravoureshots of mooifilmerij; de sleutelscène met trainer Jeremy is in een degelijk, schemerig restaurant.

Je ziet Julie ballen slaan en nog meer ballen slaan, peinzen, dollen met de meiden: een slice of life zonder merkbare emotionele ontwikkeling, plotcomplicatie of karakterstudie – zelfs geen echte tennispartij. Waarom Julie zwijgt blijft ook een raadsel: actrice Tessa Van den Broeck lijkt geïnstrueerd om daarover vooral niks weg te geven. Het idee achter zo’n observerende, ingetogen stijl met minimaal plot is doorgaans dat de kijker ‘geactiveerd wordt’ om de leegtes zelf te vullen en extra alert is als er onverhoopt toch iets gebeurt.

Zulk gereformeerd aandoend antidrama is opvallend genoeg juist in België in trek, een natie van stille binnenvetters, zo liet ik mij vertellen. Bij de filmkritiek loop je ook weinig risico: de goede smaak alleen al levert drie ballen op. Een keurig rapportcijfer en lege zalen, het risico op uitglijders is miniem bij dit soort minimalisme.

Maar de zindering, anticipatie en mystiek die Bas Devos vorig jaar met bijna niks opriep in Here vereist toch echt iets extra’s. Bij Julie Zwijgt is less a bore. Het is een film die je uitzit.

.