
DEN HAAG - 'Ik laat het een beetje stoïcijns over me heen komen. Je kunt er niets aan veranderen', zegt oud-pianist en schrijver Albert Brussee (78), die in het ontplofte gebouw aan de Tarwekamp woonde. Onbewogen probeert de Hagenaar zijn lot te ondergaan.
Maar het verhuizen van opvangadres naar tijdelijke woningen en een vertraagde financiële afwikkeling, zorgen voor veel stress die zijn gezondheid serieus op de proef stelt. Breekbaar en fragiel oogt de oud-conservatoriumdocent op de sofa van zijn sobere, tijdelijke appartement vlakbij het Kurhaus. Voor de explosie op 7 december woonde Albert vlak naast het gedeelte dat volledig instortte.
Nu verblijft hij op de derde tijdelijke plek waar Albert per 1 juli alweer weg moet. Wat het verwerkingsproces en het leven oppakken dwarsboomt, is de financiële afwikkeling van de ramp. Dat proces loopt vertraging op door een conflict binnen de Vereniging van Eigenaren (VvE).
'In de groepsapp slingeren de conflicterende meningen over en weer. Het geeft enorme spanningen deze laatste dagen', zegt Albert bezorgd. Verder wil hij er niet al te veel over kwijt, om geen olie op het vuur te gooien.
Enerzijds is hij dankbaar voor alle hulp van de gemeente Den Haag, de verzekering en de verhuisbedrijven. 'Anderzijds ben ik natuurlijk niet thuis. Het grootste gedeelte van mijn bezittingen is opgeslagen.
' Er zijn inmiddels wel dertig dozen aangekomen in zijn huidige woning. 'Maar ik ben nog niet echt waar ik moet wezen.' 'Mijn vleugel staat op zijn kant bij een vriend, filmpianist Ivo Verschoor in Midwoud.
' Albert werkt op zijn computer aan een ronde tafel die een beetje wiebelt, want zijn bureau staat nog bij het verhuisbedrijf. 'Alles is een beetje provisorisch, terwijl ik van orde houd, alles netjes op zijn plek. En dat is nou niet bepaald het geval', merkt Albert met een lach op.
De afgelopen weken maakte hij zich zorgen over zijn vleugel en de aantekeningen voor zijn aankomende boek over een tot nu toe nog onbelicht stuk uit het leven van de Hongaarse componist Franz Liszt. Maar de vleugel werd uit het instabiele gebouw getakeld . En zijn aantekeningen werden wonder boven wonder onbeschadigd naar de schrijver teruggebracht.
'Ik ben niet in optima forma, maar dat ik schrijf aan mijn boek houdt me om de been en een beetje in het gareel', benadrukt Albert. 'Er zijn nog problemen genoeg om op te lossen', vertelt Albert fronsend. 'Men weet nog niet wat er met het gebouw (dat resteert van het ontplofte pand, red.
) gaat gebeuren. Het duurt wel vier jaar voordat de woningen die weg zijn herbouwd worden. Aangezien ik 78 jaar ben, wordt het wel een beetje kritiek.
Maar ik moet binnen vier maanden weg en het moet duidelijk worden waar ik naartoe moet.' Toch zit Albert niet bij de pakken neer. 'Ik probeer kalm de boel weer op te bouwen en dat gaat niet zo makkelijk.
Het valt niet mee. Maar het heeft ook iets leuks. Wat doe je anders als je schrijft of componeert? Je bouwt iets op wat je mooi vindt.
Dat doe ik nu met mijn leven.'.