Senegal vraagt volledige openheid van Frankrijk over bloedbad na WOII

featured-image

Senegal vraagt volledige openheid van Frankrijk over bloedbad na WOII Zij vochten tegen de nazi’s tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar toen ze om hun achterstallige soldij vroegen, werden de Afrikaanse troepen koelbloedig neergeschoten door hun Franse meerderen. Senegals nieuwe regering staat dit jaar groots stil bij dit ‘Bloedbad van Thiaroye’. Yves Abibou (71) kijkt in een mooi pak met opgeheven hoofd vanaf de tribune toe, als Senegals jonge president Bassirou Diomaye Faye (44) tijdens de herdenking het woord neemt.

Hij is één van de zoons van Afrikaanse infanteristen, de ‘Tirailleurs Senegalais’, die zijn uitgenodigd om het evenement bij te wonen. “Eindelijk krijgen onze vaders de herdenking die ze verdienen”, zegt hij kijkend naar de rij militairen die ook zijn vader vandaag een eerbetoon komen brengen. Na tromgeroffel, gevolgd door een welkomstwoord aan de talrijke andere aanwezige Afrikaanse presidenten en ministers, galmen de woorden van Senegals president over het militaire kamp van Thiaroye: “De wapenfeiten van de ‘Tirailleurs Senegalais’ zijn onbetwistbaar en hebben in grote mate bijgedragen aan de overwinning van de geallieerden’.



Of het nu ging om de bevrijding van Tunesië, de landing op het eiland Elba, de bevrijding van Toulon of die van Parijs, ze behielden hun rang door hevig te vechten.” Volgens Diomaye Faye, die er een jaarlijkse Afrika-brede herdenking van wil maken, is het Bloedbad van Thiaroye niet alleen nog steeds een pijnlijke open wond, maar vooral ook een les trouw te blijven aan de strijd van de Tirailleurs voor een ‘rechtvaardige wereld’. Het bloedbad vond plaats aan het einde van de Tweede Wereldoorlog toen honderden Afrikaanse soldaten teruggestuurd werden, nadat ze gedwongen mee hadden gevochten in Frankrijk.

Toen het eind 1944 duidelijk was dat Frankrijk gewonnen had, wist de Franse generaal De Gaulle niet hoe snel hij de Centraal- en West-Afrikaanse soldaten weer naar huis moest sturen. De overwinning moest een witte zijn en de Afrikaanse soldaten werden uitgesloten van de zegeparades van de geallieerden. Samengebracht in het kamp in Thiaroye, net buiten de Senegalese hoofdstad Dakar, vroegen de soldaten om hun achterstallige soldij, voordat ze ieder naar hun eigen land door zouden reizen.

Om deze eis in de kiem te smoren, schoten Franse militairen onder het mom van het neerslaan van een opstand honderden van hun oorlogskameraden dood. Tachtig jaar lang weigerde Frankrijk openheid te geven. Antoine Abibou overleefde de slachting, maar werd onterecht tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld voor het organiseren van de opstand.

Een paar dagen voor de herdenking heeft Emmanuel Macron, als eerste Franse president, erkend dat het om een ‘bloedbad’ ging. “Onze vaders vochten zij aan zij met Franse soldaten. Ze hadden hun Europese makkers zien sterven, verzorgden elkaars gewonden”, vertelt Yves Abibou.

Yves Abibou’s vader, Antoine, was geboren en gerekruteerd in Togo om aan de Franse frontlinie met Duitsland te vechten. “Onze vaders keken natuurlijk niet langer tegen Franse soldaten op”, zegt Abibou. En dit was precies de reden dat De Gaulle zijn koloniale soldaten zo hard had laten optreden.

De Afrikaanse infanteristen moesten blijven geloven in de superioriteit van de blanke overheerser, want De Gaulle had zijn koloniën, met zijn natuurlijke hulpbronnen, nodig voor de wederopbouw na de oorlog. Dat Senegal ‘Thiaroye’ deze week groots heeft herdacht is geen toeval. Net zoals veel andere voormalige koloniën wil het af van Frankrijks nog altijd grote invloed en bemoeienis.

President Diomaye Faye kwam in april dit jaar aan de macht met de belofte een einde te zullen maken aan de Franse militaire basis in Dakar, waar 350 Franse soldaten zijn gelegerd. In een televisie-interview met de Franse zender France2 liet hij afgelopen week weten dat de sluiting er onvermijdelijk aan zat te komen: “Stelt u zich eens voor dat een ander leger, zoals dat van China, Rusland of Senegal een militaire basis in uw land zou hebben.” Mali, Burkina Faso en Niger gingen Senegal al voor.

Ook Tsjaad – strategisch gelegen in de Sahel en de thuisbasis voor duizenden Franse soldaten en een militaire vliegtuigbasis – zei afgelopen week de defensiecontracten met Frankrijk opnieuw te bezien. Het accepteert niet langer dat Frankrijk bepaalt met welke partners het wel of niet in zee mag gaan om extremisme in de regio te bestrijden. De Afrikaanse staten hebben meer keus, want nu staan ook China, Turkije, Qatar en Rusland – dat al sinds de onafhankelijkheidsoorlogen voor veel Afrikaanse landen een vaste defensiepartner is – in de rij voor contracten.

Voor Yves Abibou, die na de herdenking vol schiet van emotie, is het nu het moment voor Frankrijk om goodwill te kweken in Afrika en volledige openheid te geven over het precieze aantal doden in Thiaroye en voor het alsnog betalen van de soldij aan de paar nog levende Tirailleurs. De staatsgreep in Niger wakkert anti-westerse gevoelens aan. Rusland en China profiteren ervan door zich als ‘antikoloniaal’ te presenteren.

.