Schaamte in Castricum over de plannen voor sobere huisvesting van statushouders. ‘Zó’n rijke gemeente. We kunnen dit écht beter’

De gemeente Castricum groeide in korte tijd uit tot nationaal symbool van ‘de sobere doorstroomlocatie’ die het kabinet landelijk wil invoeren als huisvesting voor statushouders. „Dit zijn Nederlanders zoals jij en ik. Ze willen dóór met hun leven.”

featured-image

Het gros van de menigte, samengedromd op de parkeerplaats van een voormalige tractorshowroom in Bakkum, kijkt verwachtingsvol naar de oprit waar elk moment minister Mona Keijzer, (Volkshuisvesting (BBB), kan verschijnen voor een werkbezoek. „Zou ze wel komen?” klinkt onder de tientallen demonstranten. Jong, oud, hond, baby.

Ze houden borden omhoog met teksten als ‘Trots? Welnee’ en ‘Om je dood te schamen’. Alleen Hanneke Klinkert (77), tikje achteraan, is nog even afgeleid. „Hee hallo, Whalid! Whalid, dit is m’n kleinzoon.



” Glimlach: „Ik geef Whalid Nederlandse les.” „En hé, Peter, ik had je nog niet gezien jongen!” „Paulien!” Zwaaiend naar de verte. Oók een oud collega, knikt ze.

Van het Bonhoeffercollege, waar ze als docent Nederlands veertig jaar heeft gewerkt. Zij en haar man zijn zelfs daarom naar Bakkum verhuisd, vanuit Amsterdam. Jelle Jan Klinkert (78): „We wonen hier om de hoek.

” En geen moment spijt hoor. Maar ze schamen zich nu wel. Voor hun gemeente, Castricum.

Want deze voormalige tractorshowroom – John Deere staat nog op de gevel – is in korte tijd uitgegroeid tot nationaal symbool van ‘de sobere doorstroomlocatie’ die het kabinet beoogt landelijk in te voeren als huisvesting voor statushouders. In een wetsvoorstel van Mona Keijzer zouden statushouders niet langer voorrang krijgen op sociale huurwoningen. Ze zouden in aanmerking moeten komen voor een ‘tussenlocatie’, om de overvolle asielzoekerscentra te ontlasten.

En in 2019 was Castricum al één van de eerste gemeenten die de voorrangsregel voor statushouders had afgeschaft én zo’n tussenvoorziening had ingericht. Sinds juni 2024. Twintig witte containerwoningen in deze omgebouwde showroom pal naast een benzinestation.

Woonunits met een breedte van 2,20 meter in galmende hallen met in de hoek een enkel bankstel. Drie kookplaten, drie koelkasten, één magneton. Zes douches.

Een enkele wc. Weinig daglicht. De sfeer van antikraak.

En dat alles pal tegenover rietgedekte villa’s met oprijlanen van witte kiezelsteen. De huisvesting heeft in Castricum de afgelopen maanden al tot flink wat relletjes geleid. Een afgetreden wethouder (GroenLinks) en een wethouder (VVD) die sinds deze week van het statushouderdossier is afgehaald.

En nu komt Mona Keijzer dus op bezoek. Een werkbezoek, om te zien, aldus de officiële lezing, hoe in Castricum de huisvesting voor statushouders „in relatie tot het wetsvoorstel” is geregeld. „Beschamend hoor”, zegt Jelle Jan Klinkert.

„Zó’n rijke gemeente. En dan..

.” Hanneke Klinkert: „We kunnen dit écht wel beter doen hoor.” Zo’n sobere huisvesting is bedacht vanuit „de primitieve gedachte van afschrikking”, zegt Jelle Jan Klinkert.

„Terwijl, dit zijn Nederlanders zoals jij en ik. Ze willen dóór met hun leven.” „En je wilt niet weten hoe hard ze eraan werken”, zegt Hanneke Klinkert.

„Die daar” – wijzend op een jongen bij de deur met een bos gele tulpen in zijn hand, voor de minister – „heet Osama. O-sama. Studeert aan de VU”.

Genoeg inwoners van Castricum die het met de sobere voorziening oneens zijn. Ze kennen inmiddels ook al best wat statushouders. Zoals de koster van de kerk, die Syrisch is.

Klinkert: „Die maakt er al jaren schoon.” En al tien jaar geleden schonken in de boekhandel in het centrum vluchtelingen de koffie en thee. Je kon er taalmaatjes worden en Hanneke Klinkert geeft hun Nederlandse les.

Nu aan twee Syriërs en twee Oekraïners, en die laatsten wonen in een voormalig Rabobank cerderop. „Dat ziet er véél beter uit.” Dus toen in juni vorig jaar deze voormalige tractorshowroom als woonplek werd ingericht, gaven ook de Klinkerts tegengas.

Hun schoonzoon begon een ‘burenhulp-statushouders-app’ waar nu zo’n 35 omwonenden aan deelnemen. Ze gaven meubelen, maar de containers bleken zó klein „dat er niets in past!”. En ook juridisch hulp, want vanwege de leefomstandigheden hebben de statushouders een advocaat ingeschakeld.

„Oók een oud-leerling van mij”, zegt Hanneke Klinkert glimlachend. „En hé, is dat niet Thomas?” Thomas Möhlmann, de bekende dichter, die óók op het Bonhoeffercollege heeft gezeten. De dichter houdt een bord omhoog met ‘Keijzer wordt wijzer’ en instrueert in de menigte.

„Keij-zer word wij-zer” klinkt nu op uit de menigte. „Kijk maar goed – hoe het niet moet.” En terwijl in de verte de menigte samendromt rondom een feloranje broekpak, zingt Hanneke Klinkert mee.

Steeds luider. „Keij-zer word wij-zer. „Kijk maar goed.

„Hoe het niet moet.”.