Reinout Scholten van Aschat: Ik moest eerst de navelstreng doorknippen, voor ik deze film met mijn vader Gijs kon maken’

ActeursDe acterende vader en zoon zijn voor het eerst samen in een film te zien, de ijzige rouwthriller Alpha. De personages dragen hun eigen namen en zijn eveneens acteurs.

featured-image

Na de opnames van de ijzige rouwthriller Alpha gaf Gijs Scholten van Aschat (64) zijn zoon Reinout Scholten van Aschat (34) een briefje. De twee spelen de hoofdrollen in de nieuwe film van regisseur Jan-Willem van Ewijk, waar de vader zijn zoon bezoekt, die in de Alpen als ski-instructeur werkt – de moeder is onlangs overleden. Het is de eerste keer dat de acteurs elkaars tegenspelers zijn, hun personages dragen hun echte namen.

Gijs schreef zijn zoon op dat briefje dat het hem niet kon schelen hoe de film zou uitpakken. „Wat we nu met elkaar hebben meegemaakt is zo waardevol en mooi.” Het scenario van Alpha is losjes gebaseerd op de complexe, competitieve dynamiek tussen regisseur Van Ewijk en zijn vader na de dood van zijn moeder.



Volgens de acteurs, die ik spreek in de Amsterdamse Stadsschouwburg, een alpha-man met veel fysiek machogedrag. Gijs: „Iemand die mensen hardhandig op de schouder slaat en dan ‘kom op!’ roept.” Van Ewijk nodigde de acteurs na twee auditierondes uit om samen met hem uit te zoeken hoe ze de relatie van de regisseur en zijn vader konden ‘vertalen’ naar iets wat bij hen past.

Via improvisaties groeiden zo nieuwe verhaallijnen. „Dat ik in de film nu een vriendinnetje heb dat jonger is dan Reinout, komt daar voor een groot deel uit voort”, legt Gijs uit. Zo vraagt zijn personage in het begin aan zijn zoon of die aan het daten is.

Gijs: „Reinout antwoordde toen – om me te stangen – met een onverwachte wedervraag: ‘En jij, zie jij iemand?’. Je verwacht dat ik antwoord ‘Natuurlijk niet!’, zo vlak na de dood van mijn echtgenote. Maar ik reageerde door de naam te noemen van de dochter van een goede vriend van mij die hij ook kent.

” Reinout: „In de eerste versie van het script zat de spanning tussen de mannen in een autoritaire band, bij ons veranderde dat haast automatisch in een ongemakkelijke band.” Niet omdat dit echt zo is – „onze verhouding is totaal anders dan in de film” – maar omdat ze dat als acteurs leuk en interessant leek. Door de improvisaties kregen de personages ook al snel de namen van de echte acteurs.

Gijs: „Het voelde heel raar om te reageren met ‘hé Ben’ als Reinout ‘hé pap!’ zei.” En ze bedachten ook dat Gijs’ personage een acteur moest zijn. Reinout: „Dat maakte de band tussen hen nog ongemakkelijker.

In het oorspronkelijke script was het personage een immunoloog die trombone speelt.” Waarom is dat ongemakkelijker, een vader die acteur is? „Dan denkt de kijker: Hij lijkt heel charmant, maar is een beetje onbetrouwbaar”, legt Gijs uit. Reinouts personage denkt dat zelf ook: zo zegt hij dat zijn vader alleen maar doet alsof hij huilt om zijn overleden echtgenote.

De zoon in de film wilde acteur worden, maar is gestopt met audities en werkt nu in de wintersport. Zijn vader wordt overal aangesproken als the famous actor. Reinout: „We wilden de last die de vader op mijn personage legt, zo groot mogelijk maken.

En wat is er groter dan de last van een beetje autoritaire vader die zeer succesvol is als acteur terwijl je zelf de droom om acteur te worden een beetje hebt opgegeven?” Is het een last die hijzelf herkent? Reinout is een gerenommeerd acteur, hij won in 2012 een Gouden Kalf (als de jonge Willem Holleeder in De Heineken Ontvoering ). Maar intimideerde de carrière van zijn vader hem niet? Gijs won ongeveer elke Nederlandse acteerprijs, zowel in het theater als in de filmwereld. Reinout: „Ik heb heel lang gedacht: ‘Ik mag geen acteur worden’.

Ook omdat het me werd afgeraden door mijn vader en mijn moeder.” Waarom was dat? Gijs: „Omdat hij eerst zelf zei dat hij naar het conservatorium wilde; hij speelt heel goed piano. Vervolgens wilde hij naar de filmacademie, hij was altijd bezig met filmen en filmpjes maken.

Uiteindelijk zei hij dat hij twee jaar naar de toneelschool zou gaan om te leren hoe acteren werkt, om dat als bagage mee te nemen naar de filmacademie.” Reinout: „Dat was ook zo, maar na twee jaar op de toneelschool klikte er iets. Ik voelde: ik kan mezelf hier inleggen.

” Hij rondde zijn opleiding aan de Toneelschool Maastricht af, maar wilde jarenlang niet geassocieerd worden met zijn vader. Reinout: „Ik dacht er zelfs over om een artiestennaam te nemen en hield verzoeken om samen te spelen af. Ik wilde eerst mezelf vinden als acteur, wat ik kan en wie ik ben.

De navelstreng doorknippen. Onbewust was ik natuurlijk ook bang voor de blik van mijn vader, een misschien wel afwijzende blik. Dat ik hem zou zien denken: ‘Dit is het toch net niet’.

Uiteindelijk bleek dat ik die blik die ik altijd ontweken had, eigenlijk heel erg nodig had.” Tijdens de audities, repetities en opnames van Alpha ontdekte Reinout juist hoe leuk hij het vond met zijn vader te spelen, vervolgt hij, hoe gul ze elkaar ‘cadeautjes’ gaven als acteurs én hoeveel bevestiging hij voelde. Dat ze elkaar leerden kennen als acteurs, los van wie ze zijn als vader en zoon, vond Gijs het mooiste aan het project.

Reinout: „Daarom is deze film ook zo symbolisch, hij gaat over een ouder-kindrelatie en hoe dat een soort dans is. De een beweegt weg, komt dan weer terug en ziet plots hoe verbonden ze zijn. Maar ziet ook nu een kwetsbaar persoon in de figuur waar hij altijd naar opkeek, een man die het ook niet allemaal weet.

” Het was precies het project dat hijzelf nodig had. Reinout: „Ik vreesde dat ik me heel erg zou moeten bewijzen tegenover mijn vader, of dat hij zich moest bewijzen tegenover mij. Terwijl we alleen bezig waren samen het beste van scènes te maken.

” Gijs zag al die tijd minder „het probleem” van samenspelen, maar begrijpt dat zijn zoon het lastig vond. „Dat is oké. Ik denk ook dat het goed is dat we eerdere vragen om samen iets te doen afwezen, omdat we de projecten niet goed genoeg vonden en er zelf nog niet klaar voor waren.

” Reinout durfde op dit script ook ‘ja’ te zeggen omdat „door de setting de vader-zoonrelatie bijna iets abstracts heeft”. „Zo is er een scène dat je hen over een bergkam ziet lopen, verbonden met een touw, zodat als de ene valt, de ander hem redt. Of misschien wel meetrekt.

Het is als een soort navelstreng en hun geploeter door de sneeuw een soort droom.” Hoe bewaak je eigenlijk de grens tussen jezelf en je personage als die jouw naam draagt, jouw carrière heeft en ‘een familielid’ met je deelt? Reinout: „Ik had er in het begin heel veel angst voor, dat het te dichtbij zou komen. Ik vind het überhaupt een van de moeilijkste dingen om te doen, een versie van jezelf spelen, want dan ga je ervan uit dat je jezelf heel goed kent.

Dat is gewoon niet zo. Ik ging daarom aanvankelijk ‘op slot’, kwam niet echt los.” Hij merkte echter dat tijdens de repetities steeds nieuwe lagen werden toegevoegd aan zijn personage én talloze zaken versmolten: Jan-Willem van Ewijks leven, Gijs’ leven, ouder-kindpatronen.

„Nu ik de film zie, heb ik niet het gevoel dat ik naar mezelf zit te kijken.” Toch moest hij bij deze rol accepteren dat je „als acteur nooit helemaal transformeert tot een ander, maar tijdens het spelen steeds delen van jezelf activeert”. Zoals een docent op zijn opleiding dat ooit omschreef: „Een rol is een stuk gatenkaas waarbij je soms door de gaten de muis ziet.

Dat is de acteur.” Reinout: „Zo is er een scène waarbij mijn personage geërgerd is over zijn vader, die dronken is. Ik herinner me dat ik me die draaidag echt ergerde; ik wilde nog een take doen – ik ben iemand die graag zijpaden neemt en dingen uitprobeert – en Gijs maakte toen een opmerking als ‘we gaan door’.

De ergernis die je daar ziet op het scherm, is dus echt. Maar ik dacht: laat ik het vervagen van die grens tussen personage en acteur hier maar gewoon gebruiken in plaats van het weg te stoppen. Soms kan het geen kwaad om de vermoeidheid, de prikkelbaarheid of vrolijkheid van een acteur door de rol heen te zien.

Dat maakt het juist gelaagd en minder voorspelbaar.”.