PostNL vraagt om 68 miljoen euro. ‘We zijn aan het eind gekomen van wat wij zelf als bedrijf kunnen doen’

PostNL zegt nu 68 miljoen euro aan overheidssteun nodig te hebben om brieven te kunnen blijven bezorgen.

featured-image

De timing van de zoveelste noodbel van PostNL was opvallend. Komende maandag staat de presentatie van de jaarcijfers op de agenda, maar het post- en pakketbedrijf vond het toch nodig deze vrijdag bekend te maken dat het officieel om een overheidsbijdrage heeft gevraagd om de wettelijke postdienst in stand te kunnen houden. Dit en volgend jaar is bij elkaar 68 miljoen euro nodig, anders wordt het bezorgen van brieven in Nederland verlieslatend, zo waarschuwde het bedrijf .

„We zien al een tijdje de winstgevendheid afnemen”, legt directeur postbedrijf Maurice Unck telefonisch uit aan NRC . „We hebben ons de afgelopen jaren al aangepast, waardoor we net het hoofd boven het water hebben kunnen houden. Maar we zijn aan het eind gekomen van wat wij zelf als bedrijf kunnen doen.



” Volgens PostNL is voor zo’n overheidsbijdrage ruimte in de huidige postwet: indien de kosten voor een wettelijke dienst een „onevenredige” financiële last vormen voor het bedrijf dat die dienst moet uitvoeren, is een vergoeding mogelijk. PostNL trekt al jaren aan de bel over de krimpende postmarkt. Het bedrijf is, omdat het is aangewezen als wettelijke postbezorger, verplicht om vijf dagen per week post op te halen en deze binnen 24 uur te bezorgen – of dat in ieder geval met 95 procent te halen.

PostNL wil dat de wetgeving rond de zogenoemde Universele Postdienst (UPD) wordt aangepast, zodat bezorging mag binnen twee of drie etmalen. Daarover werd afgelopen oktober gesproken in de Tweede Kamer, maar die schoof een besluit voor zich uit. Pas als er een rapport van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) ligt over de postmarkt, wil de Tweede Kamer hierover verder praten.

PostNL lijkt hierop niet te kunnen, of in ieder geval niet te willen wachten. Dit jaar werd al twee keer eerder de noodbel geluid. Begin januari maakte de postbezorger bekend brievenbussen die niet zoveel gebruikt worden, al overdag te gaan legen.

Alleen drukbezochte bussen worden nog na 17.00 uur geleegd. Ook werd aangekondigd grootzakelijke post (bulkpost van grotere bedrijven), die niet onder de UPD valt, niet meer binnen 24 uur te gaan bezorgen.

Een paar weken later werd een ongebruikelijke tussentijdse update gegeven over jaarcijfers – omdat mede door de krimpende postmarkt de resultaten tegenvielen ten opzichte van de eigen ramingen. Waarom hebben jullie niet gewacht tot maandag met de mededeling over de steunaanvraag? „We hebben die aanvraag donderdagavond ingediend, en vonden het daarna gepast om dat dan te melden aan de markt.” Maar het is wel al de zoveelste noodkreet van PostNL.

Zit er niet ook een idee achter om de druk op de politiek te houden? „Het is voor ons inderdaad belangrijk. Het is urgent. Wij voeren een opdracht van de overheid uit.

Die wetgeving is tien jaar geleden voor het laatst aangepast. Inmiddels is er 50 procent minder post. We vragen al een aantal jaar om aanpassingen van de wet; en daar wordt ook wel naar geluisterd want er zijn wel voorstellen gedaan.

Maar het is inmiddels 2025 en we gaan dit jaar verlies lijden op onze postdivisie. Dat betekent dat de urgentie alleen maar hoger wordt.” Wat zijn daar dan de consequenties van? „Als je in de rode cijfers komt, moet je gewoon heel erg opletten waar je nog uitgaven op doet.

Dus dan doe je alleen de noodzakelijke dingen. Het gaat dan ingewikkeld worden om je mensen voldoende geld te bieden. We hebben net een nieuwe cao doorgevoerd, en die loopt gewoon door.

Maar dat betekent bij een volgende cao dat je heel goed moet kijken wat we nog kunnen doen. Terwijl: onze mensen zijn een heel belangrijke schakel in dit grote proces. We hebben 22.

000 mensen die werken voor het postbedrijf. Daar moeten we zuinig op zijn. Als je geen geld hebt, kun je ook niet in die mensen investeren.

Dat zijn de dingen waarom we om deze bijdrage vragen.” Wellicht nog verrassender dan het bericht van PostNL vrijdagochtend, was het rappe antwoord van het ministerie van Economische Zaken. Een kwartier na het persbericht volgde al een antwoord via persbureau ANP: het ministerie van Dirk Beljaarts (PVV) liet weten het verzoek nu niet opportuun te vinden.

„Tijdelijke of definitieve maatregelen waar PostNL om verzoekt zoals overheidssteun zijn nu niet aan de orde." Waren jullie daardoor verrast? „Ja, we vonden het wel een snel antwoord. Ons officiële verzoek lag nog geen 24 uur bij het ministerie – al wisten ze daar natuurlijk wel dat dit er aan kwam.

Maar wij hebben zelf ook nog geen officieel antwoord; wij hebben alleen de media-uiting van het ministerie gezien. Dus wij wachten op een inhoudelijk antwoord. We vinden, en ik denk dat het ministerie dat ook vindt, dat onze goed onderbouwde aanvraag een goede bestudering verdient.

” Maar Beljaarts heeft ook voor de camera al gezegd, dat hij wil wachten op het ACM-rapport. Terwijl jullie zeggen dat deze steun juist nodig is, omdat het nog wel even duurt voor een besluit komt over de UPD. „Ja, dit is nodig om de huidige dienstverlening nu in stand te kunnen houden.

In andere landen wordt er ook gebruik gemaakt van deze mogelijkheid tot een vergoeding. De minister gaat hier ongetwijfeld nog echt goed naar kijken.” Maar wat als het antwoord wordt: geen financiële steun en geen aanpassing van de UPD? „Ik ga daar niet op vooruitlopen.

We gaan erover in gesprek, dat ACM-rapport komt nog, er komen Kamerdebatten. Als het een definitief nee wordt, dat zien we dan weer.”.