Pindaslingers: stadstuintje herfstklaar maken voor egels en vlinders

Nu de herfst zijn intrede doet, kunnen de vogels, egels, bijen, pissebedden en spinnen in je kleine stadstuin wel wat hulp gebruiken. Hoe? Door snoeihout te laten liggen en pindaslingers te hangen.

featured-image

Nu de herfst zijn intrede doet, kunnen de vogels, egels, bijen, pissebedden en spinnen in je kleine stadstuin wel wat hulp gebruiken. Hoe? Door snoeihout te laten liggen en pindaslingers te hangen. Misschien ben je geneigd om je tuin nog een laatste keer helemaal op te ruimen.

“Niet doen,” zegt Frederik Beeckx van Natuurpunt, die een pleidooi houdt voor rommel in de tuin. “Een van de beste dingen die je kan doen om je stadstuin in de herfst insect- en diervriendelijk te houden, is de gevallen bladeren te laten liggen en rommelige hoekjes te behouden.” Onder een hoopje snoeihout, takken of bladeren vinden insecten zoals pissebedden of oorwurmen een warme schuilplaats, en kunnen eitjes, rupsen en poppen van vlinders overleven.



Er zijn zelfs vlinders die in Brussel vaak voorkomen, zoals de citroenvlinder of de gehakkelde aurelia, die in tuinen hun winterslaap houden: in een holle boom, tussen de klimop of gewoon door ergens aan een takje of een blad te gaan hangen. Insecten of hun eitjes, larven of cocons zijn dan weer voedsel voor andere dieren, zoals de egel. Die kan onder een berg takken, een stapel hout of compost ongestoord in winterslaap gaan.

“Maak wel een doorgang tussen de tuinen,” geeft Beeckx mee. Langs zo'n egelwegel kunnen egels van tuin naar tuin kruipen. Egels hebben immers gauw tien hectare aan leefgebied nodig, al duiken ze vaak op in steden.

Volgens de site waarnemingen.be zijn er de voorbije twaalf maanden tientallen egels in het gewest gespot. Laat ook afgevallen bessen en noten liggen.

Het zijn, net als de zaden van planten, lekkernijen waarvan vogels in het najaar volop kunnen smullen. Zo bouwen ze een vetreserve op voor de winter, als er minder voedsel voorradig is. Toch is het een goed idee om hun nu al iets extra's te geven.

“Begin de vogels al in de herfst te voederen, met wat extra zaden of bessen,” tipt Beeckx. Ze zijn nu op zoek naar een voedselplek voor de winter. Door je voedertafel al te vullen, weten ze dat ze dan ook in je tuin terechtkunnen.

Serveer tijdens de winterperiode vetrijke producten, zoals vetbollen, pindaslingers, pindakaas of halve kokosnoten. Geef liever geen brood, dat kan gaan gisten, waardoor vogels het gevoel krijgen dat ze verzadigd zijn. Ook is het een goed idee om een schoteltje met water te zetten, liefst op een verhoog en in de buurt van een haag.

Ververs het water elke dag, en leg er een pingpongballetje in om te voorkomen dat het snel bevriest. Heb je al een nestkastje? Maak het proper, geen enkele vogel houdt ervan om te gaan wonen in de troep die een ander vogelpaar heeft achtergelaten. Of hang er nu nog een: vogels kunnen er alvast aan wennen en het kan een schuilplek zijn tegen slechte weersomstandigheden.

De laatste tip van Beeckx: “Kies voor inheemse planten, bomen en hagen in je tuin.” Die leveren het beste voedsel en onderdak voor inheemse insecten, vogels en dieren. De herfst – en ook de winter - is een prima periode om struiken of bomen te planten, omdat de planten dan in rust zijn.

Met een hazelaar lok je misschien zelfs een eekhoorn. Tot slot: stop wat bloembollen in de grond en kies daarbij voor vroege voorjaarsbloeiers. Zij kondigen binnen enkele maanden niet alleen de lente aan, citroenvlinders en andere insecten die al in februari ontwaken uit hun winterslaap, kunnen dan meteen hun honger stillen.

.