‘Misschien zitten we inderdaad op een compleet verkeerd spoor’: kan de mens intelligent buitenaards leven herkennen?

featured-image

In de zoektocht naar buitenaards leven richt het Breakthrough Listen-project zich op het bestaan van technologie die een aanwijzing kan zijn voor een intelligente levensvorm. Maar kan de mens die herkennen? Even leek het erop dat sterrenkundigen beet hadden. In het voorjaar van 2019 pikte een grote radioschotel in Australië een gekke piep op, uit de richting van de dichtstbijzijnde ster, Proxima Centauri.

Misschien wel van de aardeachtige planeet die rond die ster cirkelt. Want de piep zag er kunstmatig uit, alsof hij afkomstig was van een buitenaardse beschaving. Het Breakthrough Listen-project, gefinancierd door de in Rusland geboren Israëlische miljardair Yuri Milner, zoekt sinds 2015 naar precies dit soort signalen.



Lange tijd leek de Australische piep de beste kandidaat voor een boodschap van intelligente aliens. Inmiddels staat vast dat BLC1 (oftewel Breakthrough Listen Candidate 1) toch een aardse oorsprong had, hoewel de precieze bron nog altijd niet is opgehelderd. ET houdt zich nog steeds stil.

“Er is geen garantie dat we ooit bewijs zullen vinden voor buitenaardse intelligentie”, zegt projectleider Andrew Siemion, “maar dat betekent natuurlijk niet dat we het opgeven. Er is ook geen garantie dat er ooit een medicijn tegen kanker wordt gevonden, maar daar blijven wetenschappers ook gewoon naar zoeken. En als we wél ooit beet hebben, gaat het om de belangrijkste ontdekking in de menselijke geschiedenis.

” Siemion was een van de organisatoren van het derde Life in the Universe-symposium, begin deze maand in Kaapstad. Een bijzondere bijeenkomst, niet alleen bijgewoond door sterrenkundigen en astrobiologen, maar ook door paleoantropologen. Die lieten zich bijpraten over de ontdekking van planeten bij andere sterren en de speurtocht naar mogelijke tekenen van biologische activiteit.

Tegelijkertijd kregen de astronomen een opfriscursus menselijke evolutie voorgeschoteld. “Die kruisbestuiving is belangrijk”, zegt de Zuid-Afrikaanse astronoom Bernie Fanaroff (77), die in 2020 met de symposiumreeks begon. “We zijn allemaal nieuwsgierig naar de plaats van de mensheid in het grotere geheel.

We leren van elkaar.” Dat het symposium op het Afrikaanse continent wordt gehouden, vindt Fanaroff haast vanzelfsprekend. Dit jaar is het honderd jaar geleden dat in Afrika voor het eerst de schedel van een vroege mensachtige aan het licht kwam (het zogenoemde Taung-kind) en vijftig jaar geleden dat in Ethiopië het skelet werd opgegraven van Lucy – een ruim drie miljoen jaar oude directe voorloper van homo sapiens.

Sterrenkundigen en biologen gaan ervan uit dat de aarde niet de enige plaats in het universum kan zijn waar ooit leven is ontstaan. Het wemelt in het heelal van de planeten, weten we tegenwoordig. En de bouwstenen voor het leven kom je ook overal in de kosmos tegen.

Met gevoelige ruimtetelescopen, zoals de James Webb Space Telescope, wordt gezocht naar biosignatures in de atmosferen van exoplaneten (planeten bij andere sterren). Daarbij gaat het vooral om de scheikundige vingerafdruk van biologische activiteit, zoals bijvoorbeeld het hoge zuurstofgehalte in de dampkring van de aarde. Interessant natuurlijk, maar je hebt geen idee om wat voor levensvormen het gaat.

Ook micro-organismen laten hun scheikundige sporen na. Siemion en zijn Breakthrough Listen-collega’s richten zich daarom op andere levenstekenen: de technosignatures . “Daarmee bedoelen we metingen en waarnemingen die wijzen op het bestaan van technologie, dus van een hoog ontwikkelde, intelligente levensvorm”, zegt Siemion.

Biosignatures meten is moeilijk, legt hij uit – dat lukt hooguit bij planeten op minder dan zo’n 30 lichtjaar afstand. Maar technosignatures zijn waarschijnlijk op veel grotere afstanden in het Melkwegstelsel te zien. Dus zelfs als het ontstaan van intelligentie en technologie een heel zeldzaam proces is, is het misschien toch een keer raak.

Siemion wil niet uitsluiten dat we eerder aliens vinden dan buitenaardse micro-organismen. De speurtocht naar buitenaardse intelligentie ( search for extra-terrestrial intelligence , Seti) begon 64 jaar geleden, toen de Amerikaanse radioastronoom Frank Drake zijn schotelantenne op twee nabijgelegen sterren richtte, op zoek naar kunstmatige radiosignalen. Sindsdien zijn de zoekmethoden enorm veel efficiënter en gevoeliger geworden, maar de spreekwoordelijke naald in de hooiberg is tot nu toe nooit gevonden.

Amerikaanse politici reageerden in het verleden vaak wat lacherig op de ‘zoektocht naar groene mannetjes’ en veel projecten (met Breakthrough Listen voorop) zijn dan ook afhankelijk van particuliere fondsen. “De laatste tijd is er wel weer meer aandacht voor”, zegt Siemion, die schoenen draagt met aliengroene veters. Dankzij de ontdekking van duizenden exoplaneten wordt het nadenken over buitenaards leven opeens niet meer louter geassocieerd met sciencefiction en ufo’s.

Nieuwe grote radio-observatoria, zoals de Square Kilometre Array die wordt gebouwd in West-Australië en Zuid-Afrika, voeren Seti op als een van hun wetenschappelijke doelstellingen. “En ons onderzoek aan BLC1 is gewoon gepubliceerd in een serieus wetenschappelijk tijdschrift.” Bovendien: er zijn veel meer technosignatures denkbaar dan alleen buitenaardse radioboodschappen.

Zo suggereerde de Amerikaanse natuurkundige Freeman Dyson in 1960 al dat hoog ontwikkelde aliens vermoedelijk gigantische constructies zouden bouwen rondom hun moederster, om zoveel mogelijk energie op te vangen – een idee dat hij had geleend van sciencefictionauteur Olaf Stapledon. De infrarode warmtestraling van zo’n ‘Dyson sphere’ moet al vanaf zeer grote afstand te meten zijn. Een onvolledige of in aanbouw zijnde Dyson-bol zou daarnaast het licht van de ster af en toe gedeeltelijk kunnen verduisteren, op een onregelmatige manier.

Precies zo’n forse, onregelmatige variatie werd in 2015 door Tabby Boyajian ontdekt in het licht van een zwak sterretje op 1.500 lichtjaar afstand. Dat leidde indertijd tot de nodige opwinding, maar inmiddels staat vast dat het gedrag van ‘Tabby’s Star’ ook zónder aliens te begrijpen is.

Zo vormt bijna elk sterrenkundig raadsel een potentiële aanwijzing voor het bestaan van buitenaardse intelligentie, totdat er een minder exotische verklaring wordt gevonden. Dat gold bijvoorbeeld ook voor het merkwaardige, langgerekte object ‘Oumuamua’, dat in 2017 door de binnendelen van het zonnestelsel raasde en daarbij leek te versnellen. Volgens Harvard-astronoom Avi Loeb zou dat een buitenaards ruimteschip geweest kunnen zijn – een theorie die hij uiteenzette in een populair maar zeer speculatief boek.

Daar gelooft verder niemand in, maar op zich zou het natuurlijk fantastisch zijn om een fysieke technosignature te vinden, zoals een gigantisch kunstmatig bouwwerk op een andere planeet, eventueel in ons eigen zonnestelsel. Of – wie weet – vervuiling in een planeetdampkring, als gevolg van industriële activiteit. De paleoantropologen op het symposium lijken het beleefd maar enigszins verbaasd aan te horen allemaal.

De biologische evolutie is nu eenmaal geen doelgericht proces. Dus als er op een andere planeet ook eencellig leven ontstaat, lijkt de kans wel heel klein dat daar een paar miljard jaar later wezens rondlopen die wat intelligentie en technologie betreft sterk doen denken aan homo sapiens. “Als er ooit buitenaards leven wordt gevonden, zal dat totaal niet op de mens lijken”, stelt de Ethiopische paleoantropoloog Yohannes Haile-Selassie, die leiding geeft aan het Institute of Human Origins in Arizona.

De Zuid-Afrikaanse archeoloog Sarah Wurz van de Universiteit van de Witwatersrand denkt er in grote lijnen net zo over. “Onze hedendaagse technologische vermogens zijn het resultaat van talloze toevallige gebeurtenissen en ongelukken in het verleden”, zegt ze. Bovendien: hoe definieer je intelligentie, en zitten we in onze speurtocht naar slimme aliens niet vastgeroest in onze eigen manier van denken? Radiosignalen, luchtvervuiling, ruimteschepen en Dyson-bollen – voor ons lijkt het allemaal logisch en vanzelfsprekend, maar wat zegt dat over geavanceerde buitenaardse levensvormen? Afgelopen voorjaar publiceerden Amerikaanse wetenschappers een artikel in The Astrophysical Journal waarin ze uiteenzetten dat écht slimme aliens waarschijnlijk op een andere manier in hun energiebehoefte voorzien dan door het bouwen van immense Dyson spheres .

En Seti-onderzoekers speuren al geruime tijd naar optische signalen uit de kosmos, omdat radiocommunicatie toch een beetje ouderwets en inefficiënt is – in menselijke ogen dan. Zo blijven we de hele tijd op zoek naar aliens die eigenlijk net zo redeneren en handelen als wij. Daar komt nog bij, aldus exoplanetenonderzoekster Tiffany Katana, dat de meeste planetenstelsels die tot nu toe zijn gevonden helemaal niet op ons eigen zonnestelsel lijken.

In plaats daarvan bevatten ze vaak gasvormige reuzenplaneten die op kleine afstand rond hun ster cirkelen. “Ons zonnestelsel is een buitenbeentje”, aldus Katana, “en wie weet is dat van invloed geweest op het ontstaan of de evolutie van het leven. Geen mens die het weet – het ligt er maar net aan aan wie je het vraagt.

” Siemion geeft toe dat antropocentrisme een reëel probleem is bij het nadenken over buitenaardse intelligentie en technologie. “Misschien zitten we inderdaad op een compleet verkeerd spoor”, zegt hij. Maar ja, als je niet zoekt, weet je in elk geval zéker dat je niets vindt.

Breakthrough Listen blijft voorlopig in elk geval actief; ook de waarnemingen van het relatief nieuwe Zuid-Afrikaanse Meerkat-observatorium worden continu doorgeplozen op mogelijke kunstmatige signalen. Daarnaast blijven Siemion en zijn collega’s alert op ‘astronomische anomalieën’ – afwijkende waarnemingen die langs natuurlijke weg moeilijk te verklaren zijn. Doorslaggevend bewijs voor het bestaan van buitenaardse intelligentie laat waarschijnlijk nog lang op zich wachten.

“En misschien gaat het wel om een compleet andere vorm van intelligentie, die wij helemaal niet als zodanig herkennen”, zegt archeoloog Wurz. “Als dat klinkt als sciencefiction, dan is dat maar zo. In de wetenschap moet je overal voor open staan.

” In een eerdere versie van dit stuk stond dat Yuri Milner een Russisch-Israëlische miljardair is. Milner heeft echter in 2022 afstand gedaan van zijn Russische nationaliteit. Dat is aangepast.

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door een subsidie van het VWN Tripfonds. Geselecteerd door de redactie.