Minder zicht op criminaliteit, langer wachten op zorg: de pijnlijke gevolgen van de tekorten op de arbeidsmarkt

Leerlingen die maar vier van de vijf dagen les krijgen, agenten die niet meer achter dierenmishandeling aangaan, ouderen die maar een paar dagen in de week gedoucht worden. De personeelstekorten in het onderwijs, bij de politie en in de zorg zijn hardnekkig.

featured-image

Al drie jaar is de arbeidsmarkt in Nederland ongekend gespannen: er zijn simpelweg niet genoeg werklozen om alle vacatures in te vullen. Bouw, ambtenarij, horeca: het tekort aan mensen speelt overal. Maar het meest wordt de krapte gevoeld waar er door het personeelstekort mensen ontbreken die voor andere mensen moeten zorgen, in de brede zin van het woord.

In de gezondheidszorg, vanzelfsprekend - een van de drie sectoren met de meeste openstaande vacatures. Er zijn te weinig verpleegkundigen, thuiszorgmedewerkers, doktersassistenten, enzovoort. Maar evenmin zijn er genoeg leraren, politiemensen en cipiers.



Het is geen nieuws. Die problemen bestaan al jaren en het einde is niet in zicht. Omdat het om mensenwerk gaat, zijn de gevolgen pijnlijk.

Kinderen krijgen les van mensen die geen leerkracht zijn, ouderen wachten tot in de middag op hun douche. Het kabinet-Schoof maakte van ‘Arbeidsmarktkrapte’ een van de hoofdthema’s in zijn vorige maand gepubliceerde regeerprogramma. NRC bracht voor zorg, politie en onderwijs in kaart welke problemen het kabinet erft.

Kleuters naar huis sturen, klassen die maandenlang geen Frans of Duits krijgen, of de vakken überhaupt niet meer kunnen kiezen. Het lerarentekort in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs is al jarenlang een probleem en wordt naar verwachting alleen maar groter, volgens de laatste ‘trendrapportage’ van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap uit december 2023. Toen bedroeg het totale lerarentekort 13.

700 voltijdbanen. De overheid doet haar best om die omstandigheden te veranderen, onder andere door het lerarenberoep aantrekkelijker te maken. Maar dat kost tijd.

In 2018 zijn bijvoorbeeld de salarissen van de leraren in het basisonderwijs verhoogd. Die waren een stuk lager dan die in het voortgezet onderwijs. Andere oorzaken van het lerarentekort zijn de hoge werkdruk en allerlei lessen en (administratieve) taken die er de afgelopen jaren zijn bijgekomen.

Het imago van het leraarschap helpt ook niet mee. Het wordt gezien als een vak waarvoor je moet zwoegen en voor in die wieg gelegd moet zijn, terwijl je niet zoveel verdient. Hoewel dat laatste (inmiddels) reuze meevalt, is het beeld hardnekkig.

En: de arbeidsmarkt buiten het onderwijs is erg gunstig. In het basisonderwijs is het klassieke lapmiddel om onbevoegden voor de klas te zetten, zoals onderwijsassistenten en leraren in opleiding. Middelbare scholen zetten onderwijsassistenten in voor administratieve taken, surveilleren en het klaarzetten van lesmateriaal.

Zo kan de leraar meer les geven. Ook populair in het voortgezet onderwijs: klassen samenvoegen of videocollege geven aan een grote groep leerlingen. Een niet zo populaire, maar soms onvermijdelijke noodgreep is de vierdaagse lesweek.

Die bestaat bijvoorbeeld op sommige scholen in Almere, de plaats waar het lerarentekort het grootst is. Soms gaan kinderen dan vier dagen per week naar school, een populairdere variant is die waarbij kinderen vier dagen reguliere les krijgen en één dag een ‘alternatieve’ lesdag met bijvoorbeeld cultuurlessen van gastdocenten. Basisschool De Ark in Almere hoefde nog niet op een vierdaagse lesweek over te stappen, maar interim-directeur Miranda van der Kamp „houdt haar hart vast” voor de komende jaren.

Het tekort wordt steeds erger, zegt ze. „In slechts drie van onze acht groepen staat dit jaar een bevoegde leraar voor de klas.” In de andere klassen geven onderwijsassistenten of leraarondersteuners les, soms in combinatie met een bevoegde leraar.

Van der Kamp moest twee onderwijsassistenten inhuren. „Dat kost me meer dan een leraar in dienst, want er gaat veel geld naar het inhuurbureau”, zegt ze. „Ik wil geen pleisters plakken ten koste van de onderwijskwaliteit, het gaat over de toekomst van kinderen.

” Scholen zoeken ook naar oplossingen waarbij, als het goed is, niet wordt ingeleverd op de kwaliteit van het onderwijs. „Je kunt bijvoorbeeld de leraar meer een expertrol geven. Die komt dan in meerdere klassen uitleg geven, terwijl onderwijsassistenten het zelfstandig werken begeleiden”, zei Ralph Henssen in augustus in NRC .

Hij is bestuurder van Stichting Wijzers in Onderwijs, waar elf Limburgse basisscholen onder vallen, en kampt ook met het lerarentekort. Niet meer achter dierenmishandeling aan. En ook niet achter hennepkwekerijen met minder dan tweehonderd planten, tanken zonder te betalen en oplichting tot 2.

000 euro. Zelden werden de gevolgen van de tekorten bij de politie zo zichtbaar gemaakt als in Oost-Nederland. Daar stelde de politie in samenspraak met het OM een lijst op van strafbare feiten die men mag laten schieten, zo kwam vorig jaar naar buiten.

De toenmalige baas van politie Oost-Nederland staat nu aan het hoofd van de Nationale Politie en zou met het OM aan een soortgelijke lijst voor heel Nederland overwegen. De politie, ’s lands grootste werkgever, kampt met een chronisch personeelsgebrek en dat betekent dat de politie moet kiezen en aan allerlei zaken niet toekomt. Met lede ogen zien agenten aan, zo vertelden zij NRC de afgelopen jaren, dat politie voornamelijk nog reageert op incidenten, het zicht verliest in de wijken – en dus op de aanwas van nieuwe criminelen – en niet toekomt aan onderzoek naar een groot aantal misdrijven.

De verklaring daarvoor ligt enerzijds bij de vergrijzing waardoor veel agenten met pensioen gaan en de krapte op de arbeidsmarkt. Al jaren weet de politie niet de mensen te vinden voor het aantal arbeidsplaatsen die men zou mogen vullen op basis van de begroting. Eind vorig jaar waren er bij de politie 50.

939 voltijdsarbeidsplaatsen bezet: een tekort van ruim 1.500 arbeidsplaatsen. Dit betreft de zogeheten ‘operationele’ krachten, niet het ondersteunend personeel.

Aan de opleidingsinzet ligt het niet, benadrukt een woordvoerder. „Elk jaar hebben we 2.500 opleidingsplekken op de basispolitieopleiding op de Politieacademie, die bijna allemaal worden benut.

” En dan is er ook plek voor 500 zij-instromers en 1.000 voltijdfuncties voor ondersteunend personeel zoals arrestantenzorg. Maar, stelt de politie, ook een gebrek aan stabiele financiering vanuit de Rijksoverheid zorgt ervoor dat niet goed vooruit gepland kan worden, wat personeel betreft.

„Het kost jaren om nieuwe collega’s te werven, selecteren en op te leiden.” De druk wordt ook veroorzaakt door maatschappelijke ontwikkelingen. Bij demonstraties – van boeren, tot studenten en Extinction Rebellion – worden agenten uit hun reguliere politiebaan gehaald en bij de ME ingezet.

Daarnaast is de politie veel meer tijd dan vroeger kwijt aan verwarde personen. In Oost-Brabant krijgt de politie jaarlijks 12.000 meldingen die te maken hebben met verwarde personen: 30 per dag, zei politiechef Wilbert Paulissen vorig jaar tegen NRC : „We schieten als politie vaker op verwarde personen dan op criminelen.

” In gevangenissen is het personeelstekort nu zo hoog dat het kabinet veroordeelden 1.500 kilometer verderop, in Estse cellen hun straf wil laten uitzitten. Waar Nederland in het verleden wel eens cellentekorten kende, is er nu een tekort aan gevangenisbewaarders.

Het noopte het vorige kabinet afgelopen december tot het drastische besluit om ‘tijdelijk’ geen zelfmelders meer op te roepen: veroordeelden die het ondergaan van hun celstraf in vrijheid mogen afwachten. Sindsdien liep het totaal van deze groep op tot 3.445 veroordeelden afgelopen september.

De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), die ’s lands 29 penitentiaire inrichtingen en 10 jeugdgevangenissen runt, kende deze zomer een tekort van 850 voltijdbanen. Ten opzichte van voorgaande jaren is dat tekort iets ingelopen, maar bij DJI is de uitstroom fors – de afgelopen twee jaar vertrokken 4.400 medewerkers – en het ziekteverzuim hoog (vorig jaar 7,7 procent).

Dat, in combinatie met de concurrentie op de arbeidsmarkt van bijvoorbeeld de beveiligingsbranche en politie, maakt het wegwerken van de tekorten een complexe opgave. Dan maar een paar dagen minder douchen. De personeelstekorten in de thuiszorg lopen dusdanig op dat er minder tijd is voor cliënten, waardoor sommige organisaties noodgrepen moeten toepassen.

Nog maar twee of drie keer in de week langs bij ouderen die eigenlijk elke dag hulp behoeven. Of geen nieuwe cliënten aannemen – waardoor een oudere langer in het ziekenhuis moet blijven, omdat het thuis alleen niet meer gaat maar er ook geen hulp voorhanden is. Terwijl de ziekenhuizen óók met tekorten kampen.

Want die tekorten zijn er in alle zorgsectoren. In de gehele sector zorg en welzijn (kinderopvang uitgezonderd) is een tekort van 54.500 werknemers, blijkt uit cijfers van het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn .

Volgens hun prognose, eerder dit jaar gepubliceerd, loopt het tekort in 2033 op tot 189.900 werknemers. Nu al zegt een op de vier zorgmedewerkers niet voldoende tijd te hebben om persoonlijke aandacht te geven aan patiënten.

Een op de zes zegt zelfs onvoldoende tijd te hebben patiënten goed te verzorgen. In de verpleeg- en thuiszorg liggen die aantallen nog hoger: een op de drie zegt te weinig tijd te hebben voor persoonlijke aandacht en bijna een op de vijf voor goede verzorging. Per instelling staan er in de sector zorg en welzijn gemiddeld twee (vaak ‘moeilijk vervulbare’) vacatures open, in de verpleeg- en thuiszorg zijn dat er tien.

Dat geeft in de wijkverpleging „grote druk op de ochtenden en avonden”, wanneer veel mensen hulp nodig hebben met wassen en aan- en uitkleden, zegt de woordvoerder van branchevereniging ActiZ. „In de middag is het relatief rustiger, dus vragen we mensen soms: u wilt graag in de ochtend gedoucht worden, maar zou dat niet in de middag kunnen?” Oplossingen zitten mede in nieuwe hulpmiddelen en digitalisering. Voor ouderen die hulp nodig hebben met het aan- en uittrekken van steunkousen, is er een ‘aantrekhulp’ .

Oogdruppels? Dat kan vaker zelf met een druppelbril. Maar alle gaten in de roosters zal het niet doen verdwijnen. In de gehele sector zorg en welzijn blijkt ruim 70 procent van de vacatures moeilijk in te vullen.

In de huisartsenzorg ligt dat percentage met ruim 90 procent het hoogst. Dat gaat om een tekort aan huisartsen, maar ook aan ondersteunend personeel en doktersassistenten. Huisartsen in Zoetermeer Lieke en Chris de Jong, die samen praktijk voeren, hebben al een half jaar een vacature voor een assistent openstaan die ze in de tussentijd met tijdelijke krachten opvangen.

Dat geeft hen meer werk, zegt . Lieke de Jong: „Een assistent die de mensen goed kent, weet voor wie je wat extra tijd moet inruimen. Als je agenda minder goed gepland is, loop je vaker uit en kom je uiteindelijk tijd tekort.

” Liefst zou ze bij sommige patiënten een „vinger aan de pols” houden door af en toe te bellen hoe het gaat, maar daar is geen tijd voor. Hun vak is de afgelopen jaren veranderd vanwege de tekorten, zeggen ze. „Het leuke is dat je voor langere tijd een band aangaat met patiënten, en dat die band kan groeien”, zegt Lieke de Jong.

„Daarvoor heb je genoeg tijd nodig voor je patiënt”, zegt haar man Chris. „Met alle tekorten en invallers, wordt dat moeilijker.”.