Er is inmiddels een halve industrie om mensen van hun telefoon af te krijgen. En ook al zijn er zelfhulpboeken en digitale ontwenningsmethoden die ons letterlijk van onze telefoon afschermen, je vindt dit soort dingen toch het meest..
. online. Uiteraard zijn mensen die de sociale media afspeuren de doelgroep voor dit onderwerp, maar telefoonapps en telefooncontent om van onze telefoon af te komen hebben veel weg van de duurzame artikelen die beloven de overconsumptie te verhelpen met nog weer een product erbij: ik denk dat jullie gewoon mijn geld willen.
Maar goed, of het nu TikTok-filmpjes, apps met tijdsbegrenzing of hele verhandelingen op YouTube zijn, mensen hunkeren naar content die hét geheim bevat om geen content tot zich te nemen. We zagen dat onlangs toen ene Emma Weaver het middelpunt van een twitterdiscussie werd toen ze over haar afnemende aandachtsspanne begon : „Het is voor mij moeilijk om boeken te lezen, mijn geheugen is afschuwelijk en ik kan moeilijk informatie onthouden, ik mis het lezen, maar ik kan letterlijk niet lezen. Ik voel me zo dom.
Wat moet ik doen?” Duizenden mensen lieten haar weten dat de schuld bij haar telefoon lag, al was dat eigenlijk geen antwoord op haar vraag. Als iemand die veel heeft bijgedragen aan de discussie hoe we van onze telefoon afkomen, kan ik met een gerust hart zeggen dat de echte oplossing niet zo ingewikkeld is. We hoeven geen theorie te leren of wetenschap te beoefenen.
We hoeven niets te doen om onze aandachtsspanne te herstellen. We hoeven ons alleen maar te vervelen. Dat is niet leuk om te horen, want de afgelopen jaren is de mediaomgeving zo gestaag gegroeid dat verveling nu als een soort mensenrechtenschending aanvoelt.
Maar als we de behoefte aan voortdurende prikkels willen afleren, dan vergt dit dat we ons van voortdurende prikkels onthouden – niet in één klap, want dat is volgens mij de meest gebruikelijke methode die tot het gevoel van onmacht leidt, maar langzaam en doelbewust. Zelf ben ik hier jaren geleden mee begonnen toen ik van mezelf in het weekend niet meer op Twitter mocht. Voor mijn werk moest ik elk stukje cultureel nieuws bijhouden en ook als ik vrij was, had ik het gevoel dat ik per se moest scrollen.
Maar dat bleek niet zo te zijn en na een paar maanden verwijderde ik de app van mijn telefoon, zodat ik Twitter alleen nog op kantoor via het internet kon gebruiken. Daarna richtte ik me op ander telefoongedrag dat me niet beviel. Het grootste probleem was mijn behoefte om dwangmatig elk uur van mijn leven vast te leggen en op Instagram Stories te delen.
Ik heb een jaar vrijaf genomen. Nu heb ik een daglimiet van één uur voor Instagram en TikTok bij elkaar. Elke keer dat ik zulke keuzes maakte, ging ik me algauw vervelen.
Ik verveelde me als ik naar en van mijn werk niet op Twitter kon kijken. Ik verveelde me als ik mijn Instagram-feed had bijgewerkt, maar niet naar Stories kon. Ik verveel me als ik de TikTok-app op grijs zie omdat ik aan mijn limiet zit.
Maar waar verveling is, daar is het leven. Verveling is als we de afwas doen, de boodschap doen die we hebben uitgesteld, het nog ongelezen bericht beantwoorden. Verveling is als we een boek meenemen om in de metro te lezen of met degene voor ons in de rij een praatje maken over de traagheid van de apotheek.
Verveling is als we de dingen doen die ons het gevoel geven dat we het leven in de hand hebben. Wie zich niet verveelt, heeft altijd het gevoel het druk te hebben en steeds maar ‘geen tijd te hebben’ om een pakje naar het postkantoor te brengen of aan die roman te werken. We hebben wel tijd – alleen brengen we die door op onze telefoon.
Door te weigeren onze hersenen ooit rust te gunnen, kiezen we ervoor via een scherm het leven van anderen te bekijken, ten koste van ons eigen leven. Ik kan niet doen alsof ik een volmaakt voorbeeld van de balans tussen telefoon en privé ben. Vorige maand ben ik na een feestje de hele dag in bed gebleven en heb ik steeds een kwartiertje extra TikTok gevraagd totdat ik van mijn zelfopgelegde tijdslimiet een aanfluiting had gemaakt.
Maar nu ik me met Nieuwjaar weer heb voorgenomen om ‘minder op mijn telefoon te zitten’, kan ik in elk geval het perspectief laten zien van iemand die nu inderdaad minder op zijn telefoon zit. En wat we met die noodzakelijke verveling doen, daarin schuilt de beloning. Ik vóél me gewoon beter als ik naar een film heb gekeken, iets in elkaar geknutseld heb en intussen een audioboek afspeel of mijn huis schoonmaak terwijl ik via mijn oortjes naar een podcast luister in plaats van in het zwarte gat van de sociale media te belanden.
Om nog maar te zwijgen van de beloning om ‘van een verhaal te genieten’ en ‘een schoon huis te hebben’. En hoewel een verbeterde kwaliteit van het dagelijks leven niet te versmaden is, zijn er ook tastbare beloningen op de lange termijn. In november schreef ik 20.
000 woorden aan een roman die ik al sinds 2018 probeer te schrijven maar waarvan ik geen woord op papier had gekregen, allemaal omdat ik nu het eerste uur van mijn ochtenden aan schrijven in plaats van scrollen besteedde. Waarschijnlijk is het allemaal niets nieuws: we weten dat we ons op den duur beter voelen als we geregeld sporten, water drinken en vroeg naar bed gaan, maar kiezen vaak voor de kortetermijnbeloning om nog een aflevering te bekijken of niet elke vijf kloteminuten te hoeven plassen. Er is geen andere truc om die beloningen te krijgen dan door die dingen gewoon te doen, en hetzelfde geldt voor onze telefoon.
Zeker, de technologie breekt op ongekende manieren in onze hersenen in en er bestaat wel degelijk iets als een scrollverslaving, maar ik maak me zelf ook zeker schuldig aan over-intellectualisering van de nieuwigheid van technologie om daarmee elke persoonlijke verantwoordelijkheid voor mijn slechte gewoonten te vermijden. Het is de schuld van Meta, niet de mijne! Maar zolang we niet aan een ernstiger verslaving lijden, is een vermindering van ons telefoongebruik niet onmogelijker dan vroeg opstaan om te gaan hardlopen: het is klote. Ik haat het.
En ik ben zo, zo blij dat ik het gedaan heb..
Technologie
Minder op je telefoon? Het is net als met hardlopen: klote, maar je moet het dóén
Verslaving Als we onze onstilbare behoefte aan prikkels willen indammen, zullen we stap voor stap moeten minderen, schrijft Kate Lindsay.