Massale verkoop huurwoningen door nieuwe wet? Valt mee, zegt minister Keijzer

Ondanks de zorgen van verhuurders, nam de verkoop van huurwoningen halverwege het jaar nog geen schrikbarende vormen aan. Er worden meer huurwoningen verkocht dan eerder, maar volgens verantwoordelijk minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting) is het niet meer dan verwacht.

featured-image

Dat schrijft minister Keijzer in een brief aan de Tweede Kamer. Op 1 juli trad de Wet betaalbare huur in werking , waardoor de huur van veel huurwoningen in de vrije sector omlaag moest met gemiddeld 140 euro per maand. Verhuurders klagen sindsdien steen en been dat het niet meer rendabel is om woningen te verhuren.

Ook verhuurplatforms zoals Pararius en makelaarskoepel NVM signaleren dat veel verhuurders hun bezit in de verkoop doen en dat het aanbod aan huurwoningen opdroogt. Maar het aantal huurwoningen van private verhuurders bleef in de eerste helft van dit jaar 'op peil', zegt Keijzer. Verhuurders ponden zogezegd niet meer woningen uit dan in voorgaande jaren.



Uitponden betekent dat een verhuurder de woning te koop zet nadat de huurders het contract hebben opgezegd. Volgens Keijzer, die zich baseert op op informatie van het Kadaster, nam de voorraad huurwoningen in eigendom van private verhuurders af met ongeveer 11.000 huizen.

Dat is een stuk meer dan het jaar ervoor, maar tegelijkertijd valt dit ruim binnen de verwachting die het ministerie had toen de Wet betaalbare huur werd aangenomen. In het zwartste scenario hield het ministerie er rekening mee dat er 32.000 huurwoningen verkocht zouden zijn, in het middenscenario bedroeg de afname zo'n 17.

000 huurwoningen in dezelfde periode. Daar blijft de huidige afname dus nog ruim onder, schrijft Keijzer. Volgens de minister bestaat er bovendien onduidelijkheid over het motief vsn verhuurders die besluiten hun huurwoningen te verkopen.

Zij kunnen naast de inkomsten ook andere redenen hebben om een huurhuis te verkopen. Ook andere redenen zijn denkbaar, zegt Keijzer. "Zoals bijvoorbeeld rente- en kostenstijgingen, waardeontwikkeling, fiscale druk en overwegingen van persoonlijke aard", zegt Keijzer.

Volgens de minister is er aanvullend onderzoek nodig om de motieven te achterhalen. Het Kadaster houdt per kwartaal bij hoeveel huurwoningen er verkocht worden. Keijzer zegt dat ze begin 2025 weer gaat beoordelen of dit volgens plan verloopt.

Ook zegt ze dat ze 'waar nodig kijkt naar mogelijke aanpassingen' van de verhuurregels, omdat er signalen zijn van verhuurders die de minister zorgen baren. Zo dreigde woningbelegger ASR geen nieuwe investeringen meer te doen in Nederlandse huizen, omdat dit door de Wet betaalbare huur niet meer rendabel zou zijn..