Marianne Vos wereldkampioene gravel na sprint-à-deux met Lotte Kopecky

Marianne Vos is de nieuwe wereldkampioene gravel. De 37-jarige renster, die eerder al tal van wereldtitels bemachtigde op de weg, in het veld en op de baan, was in Leuven te snel voor Lotte Kopecky in een sprint-à-deux. De derde plaats ging naar Lorena Wiebes , terwijl Puck Pieterse beslag legde op plek vier.

Lotte Kopecky , Silvia Persico , Puck Pieterse , Marianne Vos , Fem van Empel , Lorena Wiebes ...



Het deelnemersveld van het WK Gravel voor vrouwen was om de duimen en vingers bij af te likken. Wie van deze kleppers de regenboogtrui in ontvangst zou mogen nemen, wisten we na 135 koers kilometer. De start was in Halle, de finish in Leuven.

Favorieten roeren zich vroeg Al snel na het vertrek vanuit Halle ontstond er een kopgroep van elf. Daarbij de eerdergenoemde Kopecky, Pieterse, Vos en Wiebes, maar ook Lucinda Brand , Emma Norsgaard , Marie Schreiber , Christine Majerus, Romy Kasper, Letizia Borghesi en Soraya Paladin . Van Empel had de slag gemist, net als onder meer Shirin van Anrooij en Riejanne Markus .

Zij konden later echter terugkeren in het wat stilgevallen peloton, dat weer aangroeide tot zo’n veertig rensters. Outsider Tiffany Cromwell was op dat moment al wel gelost. Op ongeveer zeventig kilometer van de streep ontstond er een kopgroep van vier.

Terwijl Van Empel na een lekke band veel terrein verloor, wist de eveneens lekgereden Wiebes zich in de kopgroep te fietsen. Ze zat daar samen met Soraya Paladin , Lotte Kopecky en Marianne Vos . Niet veel later gingen die laatste twee, Kopecky en Vos, er samen vandoor.

Wiebes probeerde in haar eentje nog terug te komen, maar viel uiteindelijk terug in een groepje met haar landgenote Pieterse, Soraya Paladin (Italië), Nicole Frain (Australië) en Romy Kasper (Duitsland). Duel tussen Vos en Kopecky De vijf achtervolgsters verloren alsmaar meer terrein op Vos en Kopecky, die aanvankelijk goed samenwerkten. Het superduo had met nog dertig kilometer te gaan al bijna drie minuten op het kwintet.

In deze fase reed Vos even niet mee met Kopecky. De Belgische keek niet op of om en bleef stoïcijns doorbeuken. Later kwam Vos toch weer helpen, maar na enkele beurten besloot ze haar concurrente aan te vallen.

Het kleine gaatje dat ze sloeg werd echter al snel weer gedicht door Kopecky. In de achterhoede waren er ondertussen ook ontwikkelingen. Eerst ging Frain overboord, daarna loste Paladin.

Wiebes reed vervolgens ook even weg van Pieterse en Kasper, maar laatstgenoemde dichtte de bres weer. Zij waren al bezig met het brons, want Kopecky en Vos reden inmiddels vier minuten voor hen. Vos nam zo af en toe nog wel over van Kopecky, maar probeerde toch ook vooral te sparen.

Aanvallen zagen we niet meer voor het binnenrijden van Leuven. Sprint-à-deux In de stad zelf kwam daar verandering in. Vos versnelde op de Ramberg – de laatste, korte helling op het parcours -, maar kreeg Kopecky er niet af.

De Belgische nam daarna de kop en gaf die niet meer af tot de laatste rechte lijn. Het zou een sprint-à-deux worden. In die sprint ging Vos als eerste aan.

Ze sloeg een gaatje met Kopecky, die de strijd nog wel aanging, maar uiteindelijk haar hoofd moest buigen. Zo veroverde Vos de wereldtitel. Het zilver was voor Kopecky.

Achter de twee hoofdrolspelers reed Wiebes naar het brons. Zij had in de ultieme finale Pieterse en Kasper achtergelaten. Pieterse werd vierde, Kasper vijfde.

.