3 weeks Ago
Rijkswaterstaat beheert landelijk maar liefst 18.000 hectare aan bermen. En op al die bermen groeit naast gras van alles dat bloeit.
Een waar walhalla voor insecten - zolang er tenminste niet gemaaid wordt. Daarom wordt al ruim tien jaar heel anders gekeken naar begroeiing op bermen. Er wordt minder en op andere momenten gemaaid.
Overigens niet alleen door Rijkswaterstaat, maar ook door andere bermbeheerders als gemeenten, provincie en waterschap. Met effect. Want wie afgelopen zomer over de autosnelweg reed, zag meer klaprozen en andere bloemen dan ooit.
Groeizaam seizoen "Nu is dit ook wel een extreem goed jaar geweest. Met veel regen het was het een erg groeizaam seizoen", stelt adviseur natuur en landschap Koen Krowinkel van Rijkswaterstaat. "Dat zorgt ook voor meer zaadzetting en veel bestuiving.
Goed voor de biodiversiteit. Hoe meer verschillende bloemen, hoe meer insecten er ook op afkomen." Keihard nodig En juist voor die insecten is aangepast maaibeheer essentieel.
Imker Christian Klander uit Posterholt is er dan ook blij mee. Zijn tienduizenden bijen zoeken naar voedsel in een straal van 500 meter rond zijn huis. "Elk bloemetje van ieder plantje dat er groeit zorgt voor voedsel.
Dat hebben ze keihard nodig. Het geldt niet alleen voor mijn honingbijen, maar ook voor wilde bijen en andere insecten." Groene woestijn Lange tijd waren kort gemaaide groene grasmatten de norm.
"Maar zo’n strak biljartlaken is eigenlijk een groene woestijn", betoogt Klander. Mede vanwege dat inzicht heeft er een kentering plaatsgevonden, ook bij Rijkswaterstaat. Krowinkel: "We hebben het inderdaad aangepast.
Het belangrijkste is wel dat de berm veilig blijft ter ondersteuning van de snelweg." Er moet auto op kunnen staan Want veiligheid en functionaliteit blijft voorop staan voor Rijkswaterstaat. "We beheren feitelijk geen natuurgebied langs de snelweg.
De berm is een berm. Die heeft een functie voor de snelweg. De graszoden moeten stevig genoeg zijn en voldoende stabiliteit geven om er met een auto op te kunnen staan.
Het mooie is dat we tegelijkertijd wel iets voor de natuur kunnen doen door minder te maaien en grond te verschralen door maaiafval af te voeren." Dit biedt nieuwe kansen voor soms zeldzame plantensoorten. Orchideeënweide Krowinkel ziet daarbij soms mooie dingen ontstaan die je van tevoren niet kunt plannen.
"Op de A79 was een voormalige verzorgingsplaats. Die hebben we eigenlijk omgekat naar een prachtig gebied waar nu een heel zeldzame vlinder voorkomt: de veldparelmoervlinder. Of neem de A76.
Die bermen zijn door bulldozers aangemaakt, maar daar hebben we nu een complete orchideeënweide groeien. Daar passen we het beleid en de manier van maaien vervolgens op aan." Scheelt geld Minder maaien heeft behalve meer biodiversiteit voor beheerder nog een groot voordeel; het scheelt in de kosten.
Zo gaan natuur, veiligheid en economische overwegingen perfect hand in hand. Deel dit artikel 💬 WhatsApp ons! Heb jij een tip of opmerking voor de redactie? Stuur ons een bericht via WhatsApp of stuur een mail naar [email protected] !.
