“Lees alles wat je van Judith Hermann kan vinden!”: de lievelingsboeken van Peter Terrin

W.F. Hermans bliksemde hem van zijn paard en maakte van de handelsreiziger die Peter Terrin was een schrijver. Aan Raymond Carver scherpte hij zijn pen, in de poëzie van Miriam Van hee vindt hij stilte.

featured-image

W.F. Hermans bliksemde hem van zijn paard en maakte van de handelsreiziger die Peter Terrin was een schrijver.

Aan Raymond Carver scherpte hij zijn pen, in de poëzie van Miriam Van hee vindt hij stilte. Elk goede roman doet je anders naar de wereld kijken. De eerste goede romans die ik las, lieten me kennismaken met een wereld die naar mijn aanvoelen echter was dan die waarin ik ging werken en boodschappen deed.



Dat is overigens niet meer veranderd. De allereerste was De donkere kamer van Damokles van W.F.

Hermans . Bij wel meer schrijvers wordt het vuur aangewakkerd door een bijzondere leeservaring, en dit was er beslist een. Een doorwaakte nacht in een hotel dicht bij de nulmeridiaan in Greenwich Londen, het geweldige Nederlands van Hermans, en het beklemmende oorlogsverhaal over de antiheld Osewoudt, die door zijn ambitie om een ander te worden voor de verkeerde wordt gehouden.

Precies zoals de jonge Terrin, handelsreiziger. Mijn eerste Raymond Carver, met die onvergetelijke ­titel Wil je alsjeblieft stil zijn, alsjeblieft ( Will you please be quiet please ). Kort na mijn bekering tot de literatuur, en na een mislukte roman die ik in een sneltreinvaart had geschreven, besloot ik mij te concentreren op het korte verhaal.

Hermans deed mij thuiskomen in de literatuur, Carver wees mijn kamer aan. Hij was inmiddels gestorven en had maar een beperkt aantal verhalen geschreven. Ik schreef hard en beloonde mezelf aan het einde van de week met één Carver-verhaal, dat me begeesterde en inspireerde voor de volgende week.

De les die ik via Carvers mentor John Gardner meekreeg, vergeet ik nooit: Get in, get out. Don’t linger . Vorige zomer heb ik een week gelogeerd in Anjet Daanje s breed opgezette Het lied van ooievaar en dromedaris .

Die vakantie viel samen met een verblijf in een grijs en nat Normandië, dat nauwelijks te onderscheiden viel van het negentiende-eeuwse Yorkshire in het boek. Het gebeurt zelden dat een boek mij doet vergeten dat ik een schrijver ben, dat ik me zoals een gewone lezer kan overgeven aan het verhaal. Kort daarna las ik Chantal Akerman s Mijn moeder lacht , dat stilistisch en literair diametraal tegenover Daanjes vuistdikke roman staat.

Het is het al even fascinerende relaas van een moeder-dochterrelatie, opgeschreven zoals Akermans filmde: met een bevreemdende eenvoud. Op mijn kleine bureau, een replica van een victoriaanse lady’s desk waaraan ik met een ganzenveer smachtende brieven hoor te schrijven, is naast mijn computer maar plaats voor één stapeltje boeken. Met onder meer Peter Stamm , Jon McGregor, Patricia de Martelaere en J.

M. Coetzee . Als het mogelijk was om twee keer de Nobelprijs te winnen, dan stond Coetzee wat mij betreft als eerste in de rij.

Na zijn bekroning in 2003 ook nog de Jezus-trilogie schrijven ( De kinderjaren van Jezus , De schooldagen van Jezus , en De dood van Jezus ), terwijl de prijs voor veel laureaten toch een soort grafsteen is! Zijn oeuvre is er hoe dan ook een waar ik steeds naar teruggrijp. Ik verwacht dat een schrijver zich niets aantrekt van mijn verwachtingen. Dat hij eigenzinnig, zonder ­effectbejag zijn verhaal vertelt, dat hij zoals God alomtegenwoordig en onzichtbaar is.

Onderhuids ( Under the skin ), het debuut van Michel Faber uit 2000 was een van de meest verrassende boeken die ik ooit las. De vanzelfsprekendheid waarmee hij een tot een mooie jonge vrouw gemutileerd buitenaards wezen opvoert dat hier op een speciale missie is als hoofdpersoon, is heel bijzonder. Ik hou van de stilte in de uitgepuurde poëzie van ­ Miriam Van hee .

Het vergt grote moed om zo te schrijven, om vertrouwen te hebben in de kracht van een enkel woord. In een wereld die zo luid is geworden zijn bundels als Achter de bergen of De bramenpluk mijn favoriete stiltegebieden. Voor diezelfde durf die Van hee aan de dag legt, is Lettipark van Judith Hermann mijn favoriete verhalenbundel.

Lees alles wat je van haar kan vinden. Ik lees het prachtige In orbit ( Orbital ) van de kersverse Booker Prize-winnaar Samantha Harvey . Een roman die zijn eigen regels en wetten volgt, met niets te vergelijken is.

Vijf astronauten in een ruimtestation in een baan om de aarde kijken naar onze planeet, en verwonderen zich. Het boek duurt één aardse dag, waarin ze zestien keer de zon zien opkomen en ondergaan. Het boek is diepzinnig, lyrisch, en schitterend vertaald door Kitty Pouwels.

Een ander boek dat ik momenteel ‘lees’ is een fotoboek van Mark Ruwedel, Rivers run through it . Het is het eerste deel van een reeks met de titel Los Angeles: landscapes of four ecologies . Het boek sluit naadloos aan bij In orbit en kan met de recente bosbranden daar niet actueler zijn.

Ruwedel fotografeert de rivieren en waterlopen rond Los Angeles, of beter: hoe men geprobeerd heeft om dat water te organiseren en te controleren, en wat daarvan de gevolgen zijn. Documentaire fotografie met een bijzondere esthetiek..