REGIO - Winkelketen Blokker bungelt aan een zijden draadje, cosmeticabedrijf The Body Shop is al failliet. Daarmee hangen er opnieuw donkere wolken boven onze winkelstraten. Weten mensen de binnenstad nog te vinden? En redden andere winkeliers het nog wel, nu steeds meer grote namen verdwijnen? Een doordeweekse dag in het centrum van Den Haag.
Op straat waait een gure koude wind, maar dat weerhoudt het winkelend publiek niet van hun bezoek aan de binnenstad. Rini Abbenhuisen en kleindochter Quinty van Hoorn wandelen hand in hand langs het statige pand van de Bijenkorf. Als we Rini vragen naar huishoudketen Blokker, vertelt ze met Haagse tongval te zijn geraakt door de situatie van het tobbende bedrijf.
'Iedereen koopt tegenwoordig zijn producten via de computer en daar gaan de winkels op zijn Haags gezegd naar de klote van', zegt ze. 'Ik ben pas nog in de Blokker geweest voor een bakblik en kom er regelmatig.' 'Wat ik fijn vind aan het shoppen in de winkelstraat, is dat je met de mensen kunt praten.
Als ik online wat koop, moet ik het terugsturen en ook nog lang wachten op mijn geld', moppert ze. Dat het in de Haagse Binnenstad niet voor iedere ondernemer makkelijk is, blijkt tijdens een wandeling door het gebied. Meerdere grote panden staan te huur, terwijl de winkel er nog inzit.
Andere staan leeg of worden verbouwd. Bas Winkler van Stichting Binnenstadsmanagment Den Haag bevestigt dit beeld. Volgens hem wordt er in de retail steeds minder winst gemaakt en hebben ondernemers te maken met twijfelende consumenten.
'De besteding staat onder druk. We hebben de corona achter ons liggen, maar het herstel daarvan is voor veel winkeliers moeilijk', legt Winkler uit. 'De concurrentie vanuit het internet is groot waardoor winkeleigenaren noodgedwongen moeten kijken naar een fysiek én online verkooppunt.
' 'Als je een niet heel sterke formule hebt, zoals Blokker, dan overleef je het niet. Je ziet dat ketens zoals deze anders moeten worden ingericht om te kunnen blijven bestaan. Het is vervelend als dit soort partijen wegvallen, maar het geeft ook de kans en ruimte voor een nieuwe inrichting van de winkelstraat', vertelt hij.
Volgens Winkler is er nog iets anders waar ondernemers rekening mee moeten houden. Om ervoor te zorgen dat de winkelstraten aantrekkelijk blijven, moet 'de beleving' van shoppende klanten aantrekkelijk blijven. 'Consumenten komen tegenwoordig niet meer alleen voor een specifiek artikel naar het centrum, maar willen een totale beleving.
Je moet mensen een dagdeel kunnen aanbieden qua vermaak. Denk hierbij aan een centrum op loopafstand van musea of een bioscoop. Daarmee kun je onderscheidend zijn.
' Bij een filiaal van de Blokker treffen we de Rotterdamse Esmeralda. Ze is niet verrast door de slechte financiële omstandigheden van het bedrijf en herkent zich in het beeld dat Winkler schetst. 'Je zoekt toch de gezelligheid zo nu en dan op en wil dan niet thuis binnen blijven zitten.
Dan is het fijn als je ergens kunt lunchen en winkelen zoals mijn moeder en ik vanmiddag hebben in de stad deden.' Toch is ze ook niet vies van het online winkelen en bekent ze zelf minder in fysieke winkels te komen. 'Met alles wat je op het internet kunt kopen, snap ik wel dat een zaak als Blokker het lastig heeft.
Je kan vanuit je luie stoel shoppen en dat is heel fijn. Maar als echt ophoudt te bestaan, zou ik het erg zonde vinden.' Pieter Scholten, voorzitter van MKB Den Haag, ziet bij ondernemers met een winkel in het centrum van de stad veel onrust.
De coronaperiode heeft ze volgens hem tot het uiterste gedreven. Ze hebben niet alleen te maken met stijgende huren, maar ook last van winkelend publiek dat wegblijft. 'De kosten rijzen bij veel winkeliers de pan uit.
Dat het bij winkelketen Blokker nu slecht gaat, is te wijten aan het feit dat hun assortiment niet uniek is. Veel producten zijn ook bij andere winkels te krijgen. Op het gebied van online winkelen is ook veel aan het veranderen en ik denk dat Blokker daar wel wat heeft laten liggen', zegt Scholten.
Maar er zijn bij de voorzitter ook nog andere zorgen. Wie door het centrum van de hofstad wandelt, ziet geregeld panden met leegverkoop. 'Leegstand is niet goed voor een centrum en moet je altijd proberen te vermijden.
De consument wil lekker winkelen, maar als de leegstaande panden vervolgens worden opgevuld met 1 euro-winkels dan heb je geen aantrekkelijke binnenstad meer.' Tegelijkertijd hoort hij om zich heen dat ondernemers die het financieel zwaar hebben, maar vaak moeilijk kunnen stoppen door langdurige contracten. 'Ik hoor van sommige dat het niet leuk meer is om te ondernemen.
Er is sprake van verborgen armoede onder een groep kleine MKB'ers en dat is zorgelijk.' Hoe blijven de winkelstraten dan wel aantrekkelijk? Volgens Scholten kan dat door als ondernemer unieke producten te verkopen. Ook is de bereikbaarheid van een centrum belangrijk.
Hij krijgt bijval van de Leidse centrummanager Gijs Holla. 'Het gedrag van het winkelende publiek bepaald of ondernemers het hoofd boven water kunnen houden of niet.' Holla: 'In Leiden is de binnenstad divers, maar moeten we blijven investeren om het aantrekkelijk te houden.
Denk hierbij aan het vergroenen van de stad en het bouwen van meer fietsenstallingen. Het is een momenteel een moeilijke tijd en daar moet je als ondernemer wel energie voor hebben.'.
Sporten
Komen mensen nog wel naar binnenstad? Faillissement grote winkels zet ondernemers onder druk
Winkelketen Blokker bungelt aan een zijden draadje, cosmeticabedrijf The Body Shop is al failliet. Daarmee hangen er opnieuw donkere wolken boven onze winkelstraten. Weten mensen de binnenstad nog te vinden? En redden andere winkeliers het nog wel, nu steeds meer grote namen verdwijnen?