Kleine eilanden tegenover vervuilende staten in bijzondere klimaatzaak

Kleine eilanden in de Stille Oceaan die ernstige schade oplopen als gevolg van klimaatverandering, willen dat de landen die dat veroorzaken zich voor de rechter verantwoorden. Daarom wenden zij zich tot 's werelds hoogste rechter: het Internationale Gerechtshof in Den Haag. De hoorzittingen in deze klimaatzaak beginnen vandaag.

featured-image

Het initiatief komt van het kleine eilandstaatje Vanuatu in de Stille Oceaan. Centraal staat de vraag wat landen moeten doen om klimaatverandering tegen te gaan. Twee weken lang gaan de rechters van het Internationale Gerechtshof luisteren naar de pleidooien van in totaal 99 landen en 11 organisaties.

Dit zijn vooral landen uit wat het 'mondiale zuiden' wordt genoemd, maar ook de landen met de grootste uitstoot van broeikasgassen. "Vanuatu heeft minder dan 0,0001 procent bijgedragen aan de wereldwijde uitstoot. Wij hebben dit probleem niet veroorzaakt.



Dat moet de wereld erkennen", zei de voormalige minister van klimaat Ralph Regenvanu op Vanuatu eerder. De Nederlandse juriste Margaretha Wewerinke-Singh leidt het juridische team van Vanuatu. Aan RTL Nieuws vertelt ze hoe ze bij deze bijzondere zaak betrokken is geraakt.

"In 2015 woonde ik daar en gaf ik les aan rechtenstudenten. Vanuatu werd dat jaar getroffen door een cycloon van de hoogste categorie, en een heel groot deel van het eiland waar ik woonde werd verwoest. Bomen knakten om als luciferhoutjes.

" Met een groepje studenten uit Vanuatu reisde ze later dat jaar naar Parijs, waar ze de regering ondersteunden in de onderhandeling voor het Kimaatakkoord van Parijs. "De studenten concludeerden dat de klimaatonderhandelingen er onvoldoende toe leidden dat hun toekomst op de eilanden werd veiliggesteld." De rechtenstudenten vroegen zich af of ze ergens hun recht konden halen.

"Ze wilden naar de hoogste rechtbank van de wereld, en dat is het Internationaal Gerechtshof in Den Haag." Een jarenlange campagne volgde om dat voor elkaar te krijgen. Tot anderhalf jaar geleden een resolutie hierover in stemming werd gebracht bij de Verenigde Naties.

Nadat de resolutie unaniem werd aangenomen door de Algemene Vergadering van de VN, is het Hof in Den Haag begonnen met de voorbereiding van de bijzondere zaak. Het belangrijkste is, zegt Wewerinke-Singh, dat er met deze zaak erkenning komt dat de geschillen over het klimaat worden opgelost volgens het internationale recht. "Landen met een hoge uitstoot schermen vaak met het Klimaatakkoord van Parijs, en stellen dat daar alles al in geregeld is.

Maar dat is niet zo. Voor aansprakelijkheid geldt bijvoorbeeld het gewoonterecht, dat voorschrijft dat je in een ander land het milieu niet mag schaden." Het Internationale Gerechtshof houdt zich bezig met geschillen tussen staten.

Na de hoorzittingen zal het Hof met een advies komen, dat niet bindend is. Toch wordt een uitspraak door juristen als heel belangrijk gezien. Het kan een rol spelen in de duizenden rechtszaken over het klimaat die er wereldwijd gevoerd worden.

Daarnaast zal het een extra impuls kunnen geven aan de wereldwijde onderhandelingen over het klimaat. Volgend op de klimaattop in Azerbeidzjan, die een week geleden eindigde, zullen landen begin volgend jaar een nieuw klimaatplan moeten indienen. Want tot nu toe doen alle landen gezamenlijk nog te weinig om de opwarming van de aarde afdoende te beperken.

Daarom is het belangrijk, aldus Wewerinke-Singh, dat nu ook deze alternatieve route wordt bewandeld. "Als er te weinig gebeurt dreigen er hele landen onbewoonbaar te worden, mensen dreigen hun cultuur en identiteit te verliezen, en het bestaansrecht van volken staat op de tocht. Terwijl volgens internationaal recht een volk onder geen beding van de aarde mag worden weggeveegd.

" Cynthia Houniuhi van de Salomonseilanden studeert aan de Universiteit van de South-Pacific en is vandaag aanwezig bij de rechtszaak in Den Haag. Ze is voorzitter van een groep studenten die zich Pacific Islands Students Fighting Climate Change noemt. Ter gelegenheid van de rechtszaak plaatste ze een oproep op sociale media, waarin ze zegt op te komen voor de meest kwetsbare bevolkingsgroepen.

"We zijn deze reis begonnen omdat we geloven in de rechtsstaat, de kracht ervan en gerechtigheid voor alle mensen. We geloven dat mensenrechten voor iedereen gelden, ongeacht het land waar mensen vandaan komen, hun status of macht." Maar de praktijk is anders, zegt ze.

"We zien nu elke dag dat mensenrechten niet alleen worden genegeerd, maar ook worden geschonden." Tijdens de klimaattop in Azerbeidzjan is afgesproken dat de speciale klimaatpot voor ontwikkelingslanden drie keer zo groot wordt. Het gaat nu om 300 miljard dollar (285 miljard euro) per jaar.

Hoe verhoudt dat bedrag zich tot andere uitgaven én de mogelijke klimaatschade? Verslaggever Bart Reijnen legt het in onderstaande video uit..