![featured-image](https://images.nrc.nl/KRGhEBSq5m7plo4hCChFMFJL_jM=/1280x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data127586395-13f3c2.jpg)
Alles is in beweging in de Mozart-opera Idomeneo . Op het toneel verbeelden dansers en rode draden verborgen gevoelens en de verbondenheid tussen de hoofdpersonen. In de wereld van de Belgische regisseur en choreograaf Sidi Larbi Cherkaoui (48) kunnen mensen zich aan veel vastklampen, maar niets biedt houvast.
„We wankelen op het koord van het bestaan”, schetst hij. „Zo ervaar ik het. Dat gezichtspunt groeide uit tot de handtekening onder mijn kunst.
” Cherkaoui buigt zich bij De Nationale Opera in Amsterdam over Mozarts Idomeneo, koning van Kreta en een Griekse overwinnaar in de tienjarige oorlog tegen Troje. Met de kusten van zijn thuisland in zicht stuurt zeegod Poseidon een storm om hem te verzwelgen. De angstige vorst weet te ontsnappen aan de dood met de belofte het eerste levende wezen te offeren dat hij na zijn redding zal tegenkomen.
Dat blijkt – goden vragen hoge prijzen – zijn zoon Idamante te zijn. Ook bloeit er een liefde tussen Idomeneo’s zoon en de Trojaanse krijgsgevangene Ilia. Haar volk en vader werden mede door de teruggekeerde koning vermoord.
En dan biedt het Kretenzer hof nog onderdak aan de eerzuchtige Griekse prinses Elektra, die ook naar de hand van kroonprins Idamante dingt. Het is een drama met de leidraad: wie liefde heeft, bezit geen macht en wie macht heeft, bezit geen liefde. Eind januari.
Na wekenlang oefenen in de studio wordt het tijd voor de eerste podiumrepetities. De zangers druppelen binnen. De toneelknechten leggen op de vloer een schaakbord van scheepstouwen.
Dansers van het gezelschap Eastman warmen de spieren op in het bloedrode lamplicht. Uit het plafond doemen drie ‘gordijnen’ van rode draden op, en een vijftal geraamten van reddingssloepen. Dansers dragen de boot waarin schipbreukeling Idomeneo ligt.
„Eindelijk eens een fascinerend Mozart-karakter voor mij”, grijnst de Duitse tenor Daniel Behle (50). „De meeste tenoren in diens opera’s zijn sullen zonder charisma, die niets gedaan krijgen, met Ottavio uit Don Giovanni als kampioen. Maar nu heb ik de leeftijd voor Mozarts koningsrollen, Tito en Idomeneo.
Deze laatste vorst moet kiezen tussen zijn zoon of de macht. Voor mij weerspiegelt hij in sommige opzichten onze hedendaagse werkelijkheid. Hier beweert een leider dat de goden hem redden zodat hij kan heersen.
Precies dezelfde bewoordingen hoorden we uit de mond van Donald Trump. Het Kreta in de klassieke oudheid en de Verenigde Staten van nu vallen ten prooi aan een twijfelachtig bondgenootschap tussen politiek en religie.” Behle’s belangrijkste tegenspelers knikken instemmend.
De Italiaanse mezzo Cecilia Molinari (34) vertolkt koningszoon Idamante en de Russisch-Libanese sopraan Anna El-Khashem (28) diens geliefde Ilia – personages met eenzelfde verscheurdheid. „Idamante was een kind toen zijn vader naar Troje vertrok om oorlog te voeren”, zegt Molinari. „Hij kent geen rolmodel, maar moet een eigen weg zoeken naar volwassenheid, naar wie hij straks wil zijn als man en koning.
Bij terugkomst keert Idomeneo zich bruusk van hem af, zonder dat Idamante weet waarom. Zijn vader houdt de gruwelijke belofte aan Poseidon geheim, in de hoop het offer in stilte af te kunnen wenden. En zo voelt Idamante zich ten tweeden male in de steek gelaten.
” Het komt tot een botsing tussen twee generaties, een spanningsveld die de toen 24-jarige componist ook met zijn eigen vader had. „Die ontwikkeling boeit me bij Idamante en Mozart”, vervolgt Molinari. „Beiden banen zich een eigen pad, weg van de tradities.
De jongeren speuren naar nieuwe energie, omdat – zoals nu – de wereld op een dood punt lijkt aanbeland. Ze verzetten zich tegen dogma’s. De draden en touwen verstrikken de figuren op het toneel en verdwijnen slechts één moment: bij het liefdesduet tussen Ilia en Idamante.
Dan trekt het noodlot zich schielijk terug in de coulissen.” Sopraan El-Khashem herkent deze zoektocht ook in haar personage Ilia. „Ze houdt van een moordenaarszoon.
Idomeneo draagt schuld aan de vernietiging van haar volk. Zolang de oorlogszuchtige koning nog op zee is, hoeft ze zich daarvan geen rekenschap te geven, maar zodra hij terugkeert, brengt de liefde voor Idamante haar in het kamp van de vijand. Moet ze verzoenen of wreken? Een vraag die nu nog even dringend en belangrijk lijkt.
” Idomeneo kijkt niet op een slachtoffer meer of minder. Regisseur Cherkaoui volgt de lijn van de oorspronkelijke mythe, waarin hij tenslotte zoon Idamante offert. Mozart deed dat niet.
Hij moest zich houden aan opera-wetten, die een happy ending voorschreven, doorgaans met een ‘epiloog’ waarin alle zangers in koor de luisteraar de moraal van het verhaal nog inwreven. Menig opera eindigde met potsierlijke ontknopingen, plotselinge goddelijke ingrepen of onverwachte bekeringen van booswichten. De veelvuldig gebruikte Griekse mythen werden zodoende dikwijls van hun tragiek en betekenis beroofd.
De vroege opera was vertier voor de zittende macht, die uiteraard allerminst behoefte voelde aan een kritische spiegel op het eigen handelen. En dus schreef Mozart – tegen zijn zin – een slot waarin geen bloed vloeit, de goden het mensenoffer Idamante weigeren en Idomeneo de kroon overdraagt aan zijn zoon en diens geliefde Ilia. Hij ried vrienden aan voor het werkelijke einde de oerversie van de mythe te lezen.
Dat was voor regisseur Cherkaoui reden om met dramaturg Simon Hatab te zoeken naar een weg om met de bestaande tekst en muziek dichter bij het oorspronkelijke ontknoping van Idomeneo te komen. „De vroege opera is een soort Walt Disney-sprookje met een ‘ze leefden nog lang en gelukkig’ aan het slot”, zegt hij. „Maar dat strookt niet met de kern van de Griekse tragedie.
De werkelijkheid van vandaag en de mythen komen overeen. Ik kan niet pretenderen dat de wereld goed eindigt. Dan zou ik me ongevoelig tonen voor wat we op dit moment beleven: de verheerlijking van het eigen gelijk.
” Cherkaoui ziet Idomeneo vooral als een politicus, een man die de macht niet kan loslaten. „Wie is hij zonder macht, zonder geweld? Hij komt terug uit een oorlog, waarin hij tien jaar lang tot aan zijn enkels in bloed baadde. Wat betekenen leven en dood dan nog? Idomeneo draagt een diepe wond met zich mee.
Dat kun je, denk ik, evengoed zeggen over extremistische politici. Een wond kan mensen het inzicht geven om anderen beter te behandelen, maar ze kunnen ook een tegengestelde kant op gedreven meer schade aanrichten.” Met de Japanse kunstenaar Chiharu Shiota en modeontwerper Yuima Nakazato schiep Cherkaoui een tijdloos en beeldschoon universum voor Idomeneo .
Geen herkenbare hedendaagsheid, maar een droomwereld waarin decor, aankleding, dans en muziek zijn honger naar beweging stillen. „Ik hoop dat het leven kan lijken op mijn Idomeneo . Alles wordt voortdurend ontward, in andere vormen gegoten.
Shiota bedacht een spinnenweb van vele draden die iedereen verbinden. De koorden laten niet alleen zien hoezeer we aan elkaar vastgeketend zijn, maar ook hoe we de ander kunnen redden. Soms vormen ze een liefhebbend hart, zet ze op je hoofd en je bent koning.
Ze krijgen allerlei betekenissen, ze helpen het verhaal te doorgronden, ze tonen de ingewikkelde verhoudingen tussen de personages. De draden zijn ook een taal. Het grote probleem van de mensheid tegenwoordig vind ik de verpoverde taal.
We kennen het begrip nuance, niettemin ontbreken ons de woorden om die tot uitdrukking te brengen. Sterker nog: we marginaliseren er anderen mee.” Cherkaoui weet uit eigen ervaring wat dat betekent.
„Ik ben queer, Marokkaan, maar met een witte huidskleur. Op school spraken we Vlaams, thuis Frans. De hele tijd moest ik vertalen, schakelen tussen de ene wereld en de andere.
Ik zat op een Koranschool, hoewel ik zelf wetenschappelijk en wiskundig aangelegd ben. Ik had dus een andere verhouding tot de spiritualiteit die mij daar werd aangeleerd. Overal voelde ik me een buitenstaander.
Op mijn 19de ontdekte ik het werk van choreograaf Pina Bausch. Dit is het, dacht ik, hierin kan ik me van frustraties bevrijden, zodat ik ze niet voortdurend in het gezicht hoefde te smijten van de mensen die me dierbaar waren. Hierin kan ik de veelkleurigheid van de samenleving laten bloeien.
”.