In mammoetvlees dat 52.000 jaar geleden werd gevriesdroogd zijn fossiele chromosomen bewaard gebleven

Uit lang geleden uitgestorven ijstijddieren is al vaker dna gehaald. Maar dat was altijd sterk gefragmenteerd. Daar komt nu verandering in, met de chromosomen van een wolharige mammoet.

featured-image

In de huid van een 52.000 jaar oude wolharige mammoet is een nieuw type paleo-dna ontdekt, in de vorm van fossiele chromosomen. Die zijn bewaard gebleven in glasachtig materiaal en bevatten veel meer genetische informatie dan andere vormen van oeroud dna.

Daardoor wordt het makkelijker om het genoom van uitgestorven soorten met dat van hedendaagse tegenhangers te vergelijken. Op basis van de nieuwe informatie blijkt nu bijvoorbeeld dat wolharige mammoeten evenveel chromosomen hadden als hedendaagse olifanten, maar dat de genen die over haarvorming gaan veel actiever waren, schrijft een internationaal onderzoeksteam in Cell . Paleo-dna heeft de afgelopen decennia al gezorgd voor grote nieuwe doorbraken binnen de archeologie en paleontologie.



Dankzij de mogelijkheid om het genetisch materiaal van verre voorouders te analyseren werd zelfs een geheel nieuwe menssoort ontdekt (de Denisova-mens). En dna-fragmenten van uitgestorven ijstijddieren wakkerden dagdromen aan over een wederopstanding van de mammoet of de sabeltandtijger. Maar altijd bleef het bij sterk gefragmenteerd dna.

Daardoor was het moeilijk om verregaande vergelijkingen te trekken tussen huidige en uitgestorven soorten, of om iets te zeggen over de activiteit van de genen: de genexpressie. Met het huidige onderzoek komt daar verandering in, schrijven de auteurs niet zonder trots. In de ingedroogde mammoethuid brachten ze chromosoomstructuren tot op nanometerschaal in kaart.

Dat lukte doordat de huid 52.000 jaar gele.