‘In de thuisstad van het pakhuis kun je geen pakhuis meer vinden’: waarom de muziekscene van Manchester in gevaar is

featured-image

Manchester heeft decennialang legendarische bands voortgebracht, Oasis op kop. De kenmerkende muziekcultuur van de stad verdwijnt echter beetje bij beetje als gevolg van gentrificatie. ‘Manchester wordt steeds meer een flitsende stad.

’ De skyline van Manchester wordt overspoeld door glazen torens, die elk jaar een beetje meer inbreuk maken op het erfgoed van de muzikale Noord-Engelse stad. De uitbreiding zet zich nu door richting de Star & Garter-pub, een victoriaans gebouw uit 1877 met mooi metselwerk, gekrulde frontons en torentjes met dambordpatroon. Het is een van de eerste gebouwen die je ziet wanneer je met de luchthaventrein de stad binnenrijdt en de uitbaters noemen het “de laatste écht onafhankelijke muziekclub”.



De kern van waarheid in die bewering is reden tot bezorgdheid. De pub, waarvan de merkwaardige naam is afgeleid van een koninklijk insigne, maakte ooit deel uit van een nationaal netwerk van muziekclubs dat ook wel het ‘ Toilet Circuit ’ werd genoemd. Het waren smerige kroegen met achterkamers voor optredens.

Talloze Britse bands scherpten in die pubs hun live-acts aan. In de vroege jaren negentig toerden onder anderen Radiohead, Oasis en PJ Harvey langs het circuit. “Ik zag Oasis voor het eerst spelen voor 30 mensen, en ik vertel dit niet om op te scheppen”, zegt Dave Haslam, een auteur en dj uit Manchester.

“Ik benadruk het feit dat de kleine zalen van Manchester de plek zijn waar deze bands hun vak hebben geleerd.” In de decennia daarna heeft Manchester veel van zijn iconische muziekclubs opgeofferd op het altaar van de ontwikkeling. Star & Garter vormt een uitzondering, maar ironisch genoeg alleen omdat deze onlangs werd gered door een projectontwikkelaar.

Het 1,5 miljard pond kostende Mayfield-project wil een resem vervallen bakstenen pakhuizen en in onbruik geraakte doorvoerstations omtoveren tot een complex voor gemengd gebruik met bijna 1.500 nieuwe woningen, winkels, restaurants en een van de grootste nachtclubs van Europa. Een deel daarvan staat er al.

De appartementen moeten nog gebouwd worden - de werkzaamheden zullen naar verwachting binnenkort beginnen - maar veel ervan zullen begerenswaardige woningen zijn, ontworpen voor geschoolde professionals, die Manchester hoopt weg te lokken uit Londen en andere steden. “Manchester wordt steeds meer een flitsende stad”, zegt Laura Percy, ontwikkelingsdirecteur van LandsecU+I, de particuliere ontwikkelaar van het Mayfield-partnerschap. “Er was onzekerheid over de toekomst van Star & Garter, dat een icoon was geworden van een ander soort Manchester.

Het maakte geen deel uit van de stralende nieuwe stad.” Mayfield zegt dat het Star & Garter heeft kocht om de kleine muziekclubs in de stad te helpen behouden. De ontwikkelaar begrijpt echter dat de commerciële waarde van die gebouwen veel groter kan zijn dan de grond waarop ze staan.

Eerdere voorstellen om de pub te sluiten waren gestuit op sterk verzet van de plaatselijke bevolking. En de jonge professionals van wie Mayfield hoopt dat ze de hoogwaardige nieuwe appartementen zullen kopen, kiezen Manchester, alleszins gedeeltelijk, vanwege de rauwheid van de stad. De redding van Star & Garter is een teken dat Manchester eindelijk leert om iets van zijn cultuur te behouden in plaats van voortdurend te proberen te repliceren wat het is kwijtgeraakt.

De muziekgroepen die hier zijn ontstaan - onder wie postpunkiconen Joy Division, the Fall, The Smiths en New Order, en later britpop-pioniers als The Stone Roses en Oasis - zijn verrezen uit het puin van de oude industriestad, die tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Luftwaffe werd verpulverd. Veel plaatselijke kunstenaars die wereldwijd succes zijn gaan boeken, kwamen uit arme gezinnen en hebben kunnen floreren omdat de voormalige molens en verlaten fabrieken tegen lage kosten konden worden gebruikt. Vandaag de dag noemt Manchester, waarvan de bevolking is gegroeid tot 2,8 miljoen mensen, zichzelf nog steeds de “geboorteplaats van de industriële revolutie” en schept de stad nog steeds op over haar muzikale erfgoed, ook al zijn die gebouwen niet meer beschikbaar.

The Boardwalk, een club waar Oasis in 1991 hun eerste optreden gaf, is nu een kantoor. Brunswick Mill, een voormalige katoenfabriek net buiten het centrum waar ooit studio’s voor muzikanten waren gevestigd, wordt binnenkort een appartementsblok. “De kwestie is controversieel omdat veel van datgene waarover er wordt gesproken gaat over wat vorige generaties hebben gedaan”, zegt Haslam.

“We hebben de kleine clubs nodig omdat we opkomende bands nodig hebben.” Het Verenigd Koninkrijk heeft in 2023 bijna 10 procent van al zijn kleine muziekclubs verloren, stelt de Britse liefdadigheidsinstelling Music Venue Trust. In mei publiceerde een commissie van het Britse Lagerhuis, gealarmeerd door de daling, een rapport over de ondergang van kleine muziekclubs met aanbevelingen om ze te redden, waaronder belastingvermindering en een vrijwillige belasting op de kaartverkoop voor stadions.

Paul McCartney zei via de Music Venue Trust: “Als we livemuziek op dit niveau niet ondersteunen, dan is de toekomst van muziek in het algemeen in gevaar.” Nadat het Mayfield-partnerschap Star & Garter in 2019 samen met andere particuliere en openbare instanties had gekocht, gaf het een huurovereenkomst van tien jaar aan Andy Martin, een muziekfan die de bar sinds 1997 had gerund. Er werden geen voorwaarden gesteld en er waren geen plannen om de ruwe randjes glad te strijken.

“Het wordt geen plek waar cronuts worden verkocht”, aldus Percy. De deal is ongebruikelijk. Steden over de hele wereld worstelen met het gentrificatieprobleem; wanneer ze hun culturele geschiedenis inzetten om investeringen aan te trekken, dreigt de daaropvolgende ontwikkeling die geschiedenis uit te wissen.

“Het is een patroon”, zegt Paul Swinney, directeur beleid en onderzoek bij de Britse denktank Centre for Cities. “Er is een vroege fase waarin weinig mensen geïnteresseerd zijn. Dan komen de risiconemers die iets spannends doen met een klein budget.

Wanneer de vraag vervolgens toeneemt en het geld binnenstroomt, worden mensen ontevreden. Er zal altijd spanning zijn, de vraag is: wat doe je eraan?” Het Mayfield-project is een stap in de goede richting, zegt Swinney, “omdat de ontwikkelaars hebben ingezien wat het voordeel van karakter is”. Het meest betreurde slachtoffer van Manchester is de Hacienda, een dansclub die in 1982 werd geopend in een 19de-eeuws pakhuis.

De club werd gefinancierd door Factory Records, de thuisbasis van de new-wave-pioniers Joy Division en New Order. De club sloot de deuren in 1997 en werd vijf jaar later gesloopt om plaats te maken voor appartementen in Hacienda-thema. De raadselachtige zwarte deuren van de club vormen waardevolle overblijfselen.

Dit jaar werden ze tentoongesteld in de openbare veilingzaal van het nabijgelegen Omega Auctions. In 2023 werd een Hacienda-steen, gesigneerd door New Order-bassist Peter Hook verkocht voor 500 pond. Op de plek waar ooit de ingang was, is nu een makelaarskantoor gevestigd met een zwart-geel Hacienda-logo.

Talloze bars in de stad hebben de industriële stijl van de Hacienda uit de jaren 80 overgenomen, met wisselend succes. “Blootliggende leidingen, metselwerk, het is een beetje een cliché”, zegt Ian Jones, een promotor en dj wiens elektro-indie-, anti-nostalgie-avond Keys Money Lipstick een vaste waarde was in de jaren 2000. Een kilometer van de oude Hacienda vandaan staat Star & Garter, een wankele oude tand in een gebit vol glimmende kronen.

“Dit klinkt misschien dom, maar ik zou Star & Garter omschrijven als het kleine broertje van de Hacienda”, zegt Jones. Bezoekers kunnen er momenteel een mix van beginnende en ervaren punkbands verwachten, alsook vaste evenementen zoals Morrissey/Smiths Disco, een avond gewijd aan de indiehelden van Manchester. De barzaal beneden heeft een gehavend victoriaans skelet, een smoezelige vinylvloer en zwarte verf op het plafond.

Op de kaart staan eenvoudige dranken tegen lage prijzen: pils en Guinness voor 5,50 pond, cider voor 5 pond. Ondertussen vormt de splinternieuwe Co-Op Live Arena van Manchester met zijn 23.000 zitplaatsen, een paar kilometer oostwaarts, het grootste muziekpodium van het land.

Het wordt gedeeltelijk gesteund door City Football Group, die onder andere Manchester City en New York City FC beheert, die voor het grootste deel in handen zijn van United Group uit Abu Dhabi. “Een zielloze enormo-dome biedt zichzelf niet aan als een plek om lokaal talent te koesteren, draagt niet bij aan het gevoel dat Manchester een interessante creatieve plek is omdat hij niet interessant of creatief is”, zegt Haslam, een van de oorspronkelijke dj’s van de Hacienda. Net als de plaatselijke muziekscene is ook het centrum van Manchester getransformeerd na meerdere golven van hernieuwingsinspanningen.

Overal klinkt het geluid van drilboren en om elke hoek schitteren nieuwe flatgebouwen. Mensen willen hier wonen. De universiteitssector en de nieuwe tech-, biotech- en media-industrieën zorgen voor goedbetaalde banen.

De bevolking in het centrum is tussen 2011 en 2021 met bijna 10 procent gegroeid. De inwoners noemen de nieuwkomers ‘ New Mancs ’, meestal met genegenheid. In november kon een loftappartement met twee slaapkamers in een omgebouwd victoriaans pakhuis gehuurd worden voor 1.

720 pond per maand. In de kunstzinnige Londense wijk Shoreditch werd een vergelijkbaar appartement verhuurd voor bijna 5.800 pond per maand.

Maar waar kunnen de nieuwe inwoners van Manchester de muziek ervaren waar de stad bekend om staat? “In de thuisstad van het pakhuis kun je geen pakhuis meer vinden”, zegt Oliver Wilson, oprichter van Beyond the Music, een internationale muziekconferentie en festival, dat jonge bands uit Manchester onder de aandacht brengt. Oliver is de zoon van wijlen Tony Wilson, oprichter van Factory Records en de Hacienda. Tegenwoordig gaat de avontuurlijke muziekliefhebber naar de buitenwijken.

“Er is er een plek die Rainy Heart heet, in een in onbruik geraakt winkelcentrum zo’n vijf mijl verderop”, zegt Wilson. “Livemuziek voor 5 pond en de rij is altijd ellenlang.” In maart overleed Martin, de oude verhuurder van Star & Garter, plotseling op 52-jarige leeftijd.

Zo’n 100 mensen woonden het herdenkingsevenement bij. Dan Philips, de neef van Martin, die al tien jaar achter de toog staat in de bar, zegt dat zijn familie en vrienden de zaak op dezelfde manier zullen blijven uitbaten. Martins vrouw, Helen Kitchen, heeft nu de leiding.

Het is misschien niet de laatste onafhankelijke muziekclub in Manchester, maar de waarde ervan kan niet worden overschat. “Als mensen ideeën hadden, gaf Andy hen de kans om ze uit te werken”, aldus Phillips. “Dat is waar Star & Garter om draait.

Het is een plek voor experiment.” © The New York Times Geselecteerd door de redactie.