Hoogte van je inkomen en geslacht spelen rol bij overlevingskansen kanker

Armere mensen hebben niet alleen een lagere kans om in leven te blijven, ze ervaren ook minder kwaliteit van leven bij of na kanker.

featured-image

De hoogte van je inkomen heeft invloed op je overlevingskansen van kanker. Mensen met lagere inkomens hebben niet alleen een lagere kans om in leven te blijven na een diagnose, ze ervaren ook minder kwaliteit van leven bij of na kanker. Daarbij maakt het ook nog uit of je man of vrouw bent.

Dat blijkt uit een rapport van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL). Het rapport is onderdeel van een drieluik over sociaaleconomische verschillen bij kanker. Eerder bleek ook dat bepaalde kankersoorten .



Overlevingskansen kanker Het was al bekend dat mensen met een laag inkomen leven gemiddeld zeven jaar korter leven en hun gezondheid 22 jaar eerder achteruit gaat. Maar mensen met een lager inkomen hebben ook gemiddeld een 10 procent lagere kans om na een kankerdiagnose nog vijf jaar of langer te leven dan lotgenoten die het financieel beter hebben getroffen. Hier zit een verschil in tussen mannen en vrouwen.

Mannen met een lager inkomen hebben 12 procent minder overlevingskans, vrouwen 7 procent minder. Dit verschil tussen de groepen daalt op den duur wel: hoe later in het ziekteproces, hoe minder verschil. De kansen op terugkeer van de ziekte of verergering ervan verschillen amper naar inkomen.

Mensen die in hun leven kanker krijgen, hebben meer kans . Volgens het IKNL zijn de kansen om kanker te overleven de laatste twintig jaar „bemoedigend” gestegen. Met name bij longkanker, nierkanker, sarcomen (wekedelentumoren), slokdarmkanker en keelholtekanker zijn grote verbeteringen te zien.

De kans om kanker te krijgen is in de afgelopen dertig jaar wel fors toegenomen. Vaker problemen bij armere mensen Mensen met minder geld melden vaker problemen zoals vermoeidheid, pijn en angst. „Dit wijst op aanzienlijke verschillen in ervaren levenskwaliteit tijdens en na de behandeling”, zegt het centrum.

Kankerpatiënten in de lagere inkomensgroepen hebben ook meer problemen met werk, zoals langdurig ziekteverzuim en baanverlies. Mensen die kanker hebben (gehad) krijgen iets vaker nazorg als bijvoorbeeld fysiotherapie als ze uit de hogere inkomensgroepen komen dan lotgenoten die het financieel minder hebben getroffen: 35 tegen 31 procent. De laatste groep maakt weer wat meer gebruik van maatschappelijk werk: 10 procent tegenover 7 procent.

En in de laatste zes maanden van hun leven zoeken de minder welvarenden vaker medische hulp, blijkt verder. De verschillen in overleving en kwaliteit van leven bij kanker kunnen volgens het IKNL deels worden verklaard door behandeling, de mate waarin mensen informatie over hun gezondheid en de behandeling kunnen verwerken en door hun leefomstandigheden. Het beste van Metro in je inbox 🌐 Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.

Reacties.