Het is oktober 1949, volgens krantenberichten zijn er zo’n twintigduizend gelovigen samengekomen op de hoek Maaseikerweg-Dijkerstraat in het buitengebied van Weert. Ze hopen allemaal getuige te zijn van de verschijning van Maria. Wat is hier gebeurd? Deze maand speuren we naar verhalen die te vangen zijn onder de noemer echt-nep, het thema van de Maand van de Geschiedenis.
Zo’n echt-nep verhaal is zeker het wonder van Weert dat zich deze maand 75 jaar geleden afspeelde. Weert was toen kortstondig een geïmproviseerde bedevaartplaats, de dagelijkse massa gelovigen groeide van enkele honderden tot tienduizenden in een week. Al die mensen wilden getuige zijn de verschijning van Maria.
Mariaverschijning Het verhaal begint op de zondagavond van 16 oktober 1949. De 18-jarige Mathieu Jacobs is die avond gaan kaarten in een boerderij aan de Dijkerstraat. Later vertelt hij dat hij een stem uit een boom hoorde toen hij naar huis fietste: "Jongen kom terug.
" Dat doet Matheu op die avond en voor de boom zakt hij spontaan op zijn knieën. Hij ziet een 'jeugdige en vriendelijke vrouw' staan: Maria. Ze vertelt hem dat ze voortaan elke avond om 22:00 uur zal verschijnen.
Massale toestroom Wat de dagen daarna gebeurt is niet te bevatten: gelovigen uit heel Nederland en België komen massaal naar de 'heilige' boom in Weert. De ouders van Mathieu en de pastoor vinden het maar niks en ontraden hem tevergeefs naar de plek terug te gaan. Maar Mathieu gaat er elke avond bidden en plaats een Mariabeeldje in de boom.
Gelovigen spreken van het wonder van Weert. De tekst gaat onder de foto verder. Twintigduizend mensen Pastoors en bisschop willen niets weten van spontane Mariaverschijningen zoals die van Jacobs.
De deken van Weert verbiedt gelovigen om naar de boom te gaan en het bisdom roept de Limburgse kranten op om niet over de verschijning te schrijven. Dat kon toen nog. Maar het houdt de gelovigen niet tegen: op zondag 23 oktober 1949 is de oploop compleet.
Met bussen, fietsen, te voet en auto’s arriveren naar schatting twintigduizend mensen, maar er gebeurt niets. Het zal de laatste avond zijn waarop Mathieu beweert een verschijning te hebben beleefd. Geen spot Limburg was in 1949 nog diep katholiek en de aanbidding van Maria werd door het bisdom behoorlijk gestimuleerd.
Tenminste zo lang het maar in de kerk gebeurde en niet in een opwelling bij een 'heilige' boom. Voor de gelovigen maakte het niets uit. Peter Korten is voorzitter van de historische vereniging De Aldenborgh en hij denkt dat er ook niet gespot is met Jacobs: "Mensen die erbij hebben gestaan hebben er niet mee gelachen.
Oude mensen die het mee hebben gemaakt zeggen nog steeds dat er toch iets gebeurd moet zijn." De tekst gaat onder de afbeelding verder. Geen tastbare herinnering Op dit moment herinnert niks op de bewuste plek nog aan de door Mathieu Jacobs ervaarde Mariaverschijning en de kortstondige bedevaarten die Weert enkele dagen op zijn kop zetten.
Doordat gelovigen voortdurend schors van de boom meenamen raakte de boom zo beschadigd dat hij in 1951 moest worden omgezaagd. Dat ging niet bepaald zonder ophef; de gemeente-medewerker die de boom omzaagde en de familie die de boom daarna opstookte ontvingen bedreigingen dat het zou slecht met hen zou aflopen. Mathieu Jacobs heeft nooit meer iets verteld over de verschijningen.
Peter Korten: "Op een keer na, toen zei hij was ik maar nooit van mijn fiets afgestapt." Meer verhalen over echt-nep lees je hier . Deel dit artikel 💬 WhatsApp ons! Heb jij een tip of opmerking voor de redactie? Stuur ons een bericht via WhatsApp of stuur een mail naar redactie@l1.
nl !.
Vermaak
Hoe een boom in Weert heilig werd en tienduizenden mensen trok
Het is oktober 1949, volgens krantenberichten zijn er zo’n twintigduizend gelovigen samengekomen op de hoek Maaseikerweg-Dijkerstraat in het buitengebied van Weert. Ze hopen allemaal getuige te zijn van de verschijning van Maria. Wat is hier gebeurd?