Hebben we nu een asielcrisis, of niet? Feiten en cijfers op een rij

De regeringspartijen vinden dat er een asielcrisis is. Daarom willen ze via het noodrecht het parlement tijdelijk buiten werking stellen, om snel maatregelen te kunnen nemen. Maar oppositiepartijen kijken hier anders naar. Vooral de linkse oppositie zegt dat het eerder een opvangcrisis is.

featured-image

Een crisis uitroepen kan niet zomaar. Er moet iets heel ergs aan de hand zijn zoals een pandemie, overstroming of oorlog. Het kabinet denkt dat er met de asielcrisis voldoende grond is om met een noodwet te komen en een deel van de vreemdelingenwet buiten werking te stellen.

In de grafiek hieronder zie je de asielinstroom door de tijd. In 2015 was er een piek in het aantal asielzoekers dat naar ons land kwam. Dat had te maken met de oorlog in Syrië.



Vorig jaar kwamen er 48.500 asielzoekers naar Nederland voor een eerste aanvraag of gezinshereniging. Dat de asielketen momenteel vastloopt, heeft een aantal oorzaken.

Om te beginnen zitten er 18.000 statushouders in de Nederlandse asielzoekerscentra. Dat zijn mensen die al te horen hebben gekregen dat ze in Nederland mogen blijven.

Maar voor hen is er geen huis beschikbaar door de woningnood. Zij houden dus plekken in de opvang bezet, die eigenlijk voor nieuwe mensen zijn bedoeld. Het huidige kabinet wil niet meer dat zij voorrang krijgen bij het krijgen van een huis.

Wel kijkt het kabinet of hier andere oplossingen voor te vinden zijn. Een andere oorzaak is dat er nog steeds een achterstand is bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Ruim 40.

000 mensen die een eerste aanvraag doen, wachten nog op het besluit van de IND of ze in Nederland mogen blijven. De wachttijd is inmiddels opgelopen tot gemiddeld een jaar. Tot slot is er in verleden bezuinigd op asiellocaties, waardoor er nu gezocht moet worden naar nieuwe plekken.

Dat is niet altijd even makkelijk omdat het draagvlak voor de asielopvang afneemt. Het kabinet heeft in het regeerakkoord staan dat het grip wil krijgen op migratie. 'Het strengste migratiebeleid ooit', werd aangekondigd.

Maar migratie is meer dan alleen asiel, want asiel is slechts een klein deel van het totaal aantal mensen dat jaarlijks naar ons land komt. Vorig jaar bijvoorbeeld kwamen er 332.863 mensen naar Nederland, vertrokken er 190.

969 naar het buitenland en bleef er een migratiesaldo over van 141.894 mensen. Dat is dus het aantal mensen dat erbij kwam.

Asiel is daar dus een relatief klein onderdeel van. Andere mensen die hier naar toe komen zijn bijvoorbeeld vluchtelingen uit Oekraïne die onder een speciale regeling vallen, mensen die hier komen om te werken of die komen voor studie of de liefde. In deze grafiek is het migratiesaldo van de afgelopen jaren te zien.

Deze migratie-aantallen vindt het kabinet te hoog. Omdat het druk legt op bijvoorbeeld de woningmarkt, de zorg en het onderwijs, staat in het regeerprogramma. Ook vindt het kabinet dat het de sociale samenhang en veiligheid in ons land beïnvloedt.

Of het een crisis is of niet, is dus een politieke vraag geworden. De partijen in het kabinet vinden van wel. Daarom willen ze snel maatregelen kunnen nemen.

Linkse oppositiepartijen vinden dat er geen crisis is, maar vooral een probleem in de asielopvang. Dan zijn er nog middenpartijen die vinden dat er wel iets aan de asielinstroom gedaan moet worden, maar niet door het parlement tijdelijk buiten spel te zetten. Er ligt een duidelijke deadline: in de ministerraad van 25 oktober moet de beslissing over de noodwet vallen.

Minister Faber is nog altijd bezig over de onderbouwing van die noodwet. Het is niet duidelijk wanneer Faber de onderbouwing met haar collega-ministers deelt. Premier Schoof voert ondertussen topoverleg met fractievoorzitters.

De optie van de noodwet ligt dus nog altijd op tafel, maar er wordt ook gesproken over andere opties..