Frankrijk wil stranden D-day laten erkennen als werelderfgoed

Frankrijk heeft bij Unesco een dossier ingediend om de vijf D-day-stranden in Normandië te laten erkennen als werelderfgoed. De VN-organisatie velt in juli 2026 een oordeel. Dat heeft het Franse ministerie van Cultuur aangekondigd.

Het gaat alles samen om een kuststrook van meer dan 80 kilometer, met de invasiestranden Utah Beach, Omaha Beach, Juno Beach, Gold Beach en Sword Beach. Op die stranden landden de geallieerde soldaten op 6 juni 1944. D-day leidde tot de bevrijding van Europa van nazi-Duitsland en het einde van de Tweede Wereldoorlog.



De stranden zijn “ontmoetingsplaatsen geworden rond een universele boodschap”, zegt het Franse ministerie van Cultuur. Ze dragen “de herinnering aan een strijd voor de vrijheid en de vrede”. Er zijn ook heel wat restanten van de oorlog te zien, zoals bunkers en scheepswrakken.

De kandidatuur van de invasiestranden was in 2018 al eens ingediend. De beoordeling van het dossier werd in 2019 echter uitgesteld, omdat Unesco eerst wilde nadenken over de werelderfgoederkenning van plaatsen die gelinkt zijn aan recente conflicten. Om dezelfde reden werd rond dezelfde periode ook de aanvraag tot erkenning uitgesteld van 139 begraafplaatsen en herdenkingsplekken van de Eerste Wereldoorlog, aan het voormalige westelijk front in België en Frankrijk.

Die werden in 2023 alsnog bijgeschreven op de werelderfgoedlijst. Frankrijk heeft overigens nog een tweede dossier voor erkenning ingediend. Daarin staan vestingwerken van de stad Carcassonne en zeven kastelen in de buurt (de departementen Aude en Ariège) uit de 13de en 14de eeuw.

Unesco is de organisatie van de Verenigde Naties voor onderwijs, wetenschap en cultuur. Het doel van de werelderfgoedlijst is om erfgoed dat van unieke en universele waarde is voor de mensheid beter te bewaren voor toekomstige generaties. De lijst telt intussen meer dan 1.

200 sites. (blg).