Europe wil zelf weer sterk worden in de ruimte, helemaal met Trump en Musk aan de macht

Om niet meer afhankelijk te zijn van Starlink en de VS, begint de EU een eigen satellietconstellatie: een netwerk van ruim 290 communicatiesatellieten. Maar de eerste zal pas in 2030 beschikbaar zijn.

featured-image

„We hebben nog drie jaar, om onze zaken op orde te krijgen”, zegt Peter van Uhm, voormalig commandant der strijdkrachten dreigend op de Dutch Satcom Summit, een bijeenkomst in Amsterdam van iedereen die er toe doet in de Nederlandse satellietenwereld. Inclusief flink wat militairen, want de rol van ruimtevaart en satellietcommunicatie in oorlogvoering groeit alleen maar. „En Europa heeft de boot gemist”, zegt Van Uhm.

Het is kort na de verkiezingsoverwinning van Donald Trump, en alle sprekers hameren op het besef dat Europa politiek maar ook militair snel op eigen benen moet staan, vooral ook op ruimtevaartgebied. „Mijn ogen werden geopend toen SpaceX in 2022 de Starlink-verbinding van de Oekraïners afsloot en ze hun aanval met drone-schepen moesten afblazen”, zegt Kees Buijsrogge, directeur van TNO Space, een van de organiserende partijen. „Willen we echt dat onze militaire veiligheid in handen is van Elon Musk?” SpaceX, een van de bedrijven van Musk, is eigenaar van de enige operationele satellietconstellatie Starlink van ruim zevenduizend satellieten.



Starlink biedt wereldwijd breedbandinternet. Omdat de satellieten op enkele honderden kilometers hoogte vliegen, is de latency , de tijd die signalen onderweg zijn, veel lager dan bij de meer traditionele geostationaire communicatiesatellieten op een hoogte van 35.786 kilometer.

Oekraïne gebruikt Starlink intensief, en ruimtevaart speelt een steeds grotere militaire rol. Satellieten worden niet meer alleen gebruikt om van bovenaf beelden van het slagveld te schieten, maar ook voor veilige communicatie met het slagveld, om drones aan te sturen, en raketlanceringen, explosies en branden te detecteren. Voorloper Starlink is lang niet meer de enige satellietconstellatie.

Het Amerikaanse Amazon werkt aan Project Kuiper, dat 3.236 satellieten moet gaan tellen; de Amerikaanse Space Force, de ruimtevaarttak van de strijdkrachten, heeft al tientallen satellieten gelanceerd van een netwerk van zo’n duizend satellieten, en China bouwt stevig door aan het Duizend Zeilen-netwerk van ruim 14 duizend satellieten. Maar Europa heeft nog geen eigen constellatie.

Het dichtst in de buurt komt het OneWeb-project van de Franse Eutelsat, dat 654 satellieten heeft, maar nog geen internetverbinding kan bieden. Daar komt verandering in, meldde Europese Commissie-ambtenaar Jérémy Godet, een van de sprekers. Contracten voor IRIS 2 (Infrastructure for Resilience, Interconnectivity and Security by Satellite) een Europees satellietnetwerk van meer dan 290 satellieten in drie verschillende banen om de aarde, zijn eind oktober toegewezen.

De Luxemburgse satellietbouwer SES, het eerder genoemde Eutelsat, en het Spaanse Hispasat gaan de Europees satellietconstellatie bouwen. Voorlopig geraamde kosten: 3 miljard euro, waarvan de Europese Commissie 2,4 miljard bijdraagt. Ook de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en de bedrijven zelf dragen bij.

Godet benadrukt vooral de voordelen voor Europese autonomie. „Alle verbindingen zijn inherent veilig, met cryptografie en beveiliging tegen radiojamming. Alle grondstations zijn op EU-grondgebied.

” Net als bij Starlink zullen satellieten niet alleen met radio-verbindingen communiceren, maar ook met laserbundels, wat sneller is en beter te beveiligen tegen afluisteren. Op den duur moet IRIS 2 ook geschikt worden voor quantum key distribution, een vorm van quantumcryptografie, die niet af te luisteren is. „Het is cruciaal dat Europa IRIS 2 realiseert”, zegt Buijsrogge van de onderzoeks- en innovatie-organisatie TNO, „maar de snelheid waarmee dat gaat, vind ik zorgwekkend.

” De eerste IRIS 2 -satellieten zullen pas rond 2030 beschikbaar komen. Daarom heeft Buijsrogge een wild plan: laten we een puur Nederlandse satellietconstellatie lanceren. „Een netwerk van zo’n tien satellieten die kunnen communiceren met IRIS 2 , waarmee je snel behoeftes van bijvoorbeeld het ministerie van Defensie vervult.

” Zo’n behoefte is bijvoorbeeld de mogelijkheid om satellietfoto’s van conflictgebieden te maken of om te experimenteren met quantumcryptografie. Nederland, dat een sterke quantumtechnologie-sector heeft, werkt daarvoor al samen met Duitsland in een proefstation. Nederlandse bedrijven zijn ook sterk in optica- en lasertechnologie die nodig is voor lasersatellietcommunicatie.

„De kosten weten we nog niet precies, daarvoor zou je eerst een studie opzetten, maar je denkt al snel richting honderden miljoen euro.” Geen klein bedrag, maar het zou de Nederlandse overheid, en hightech- en defensie-industrie flink helpen, zegt Buijsrogge. Want om eerlijk te zijn trekt ons land wel een beetje aan het korte eind bij de bouw van IRIS 2 .

„We zien dat het als klein land niet gemakkelijk is om er tussen te komen. De hoofdaannemers zijn grote Europese bedrijven, en we moeten maar hopen dat Nederlandse bedrijven bij de onderaannemers zitten. Als je nu inzet op een eigen project zit je vooraan bij technologie-ontwikkeling, help je defensie, en kun je later een rol spelen vanuit een sterke onderhandelingspositie.

”.