‘Epische’ docuserie over Prince begraven door Netflix

Prince schermde zijn privéleven grondig af. Een zesdelige documentaire over de popster onthult de mens achter de mythe. Een meesterwerk, volgens mensen die hem gezien hebben. Toch besloot Netflix ‘The Book of Prince’ niet uit te brengen. Hoe zit dat?

featured-image

Nadat drummer Questlove de documentaire The Book of Prince had gezien, moest hij tot drie uur ’s nachts met zijn therapeut bellen, zo zeer was hij van de kaart. In The New York Times zei hij: „Alles was daar: Prince is een genie, hij is majestueus, hij is seksueel, hij is beschadigd, hij is uitschot, hij is goddelijk, hij is al die dingen. En, man.

.. Wow!” Een episch meesterwerk, noemt criticus Wesley Morris van The New York Times de zesdelige Netflix-documentaire: „Dit is de enige film die echt laat zien hoe het is om een popster te zijn.



” De Afro-Amerikaanse popster Prince, die in 2016 overleed aan een overdosis pijnstillers, schermde zijn privéleven grondig af. De regisseur Ezra Edelman, zo stelt Morris, onthult in zijn documentaire de mens achter de mythe, en hoe die twee verbonden zijn. Wij zullen dit negen uur durende meesterwerk nooit zien.

Op verzoek van de erven-Prince besloot Netflix begin februari The Book of Prince niet uit te brengen. Volgens de erven wordt Prince belasterd. In een verklaring in Variety stellen zij: „De film zit vol met dramatische, feitelijke onjuistheden en sensationele weergaven van gebeurtenissen uit zijn leven.

” In plaats daarvan maakt Netflix, in nauwe samenwerking met de erven, een geheel nieuwe film. Vorige week sprak regisseur Ezra Edelman zich voor het eerst uit over de kwestie in de podcast Pablo Torre Finds Out . Het annuleren van zijn film noemt hij „bespottelijk”.

Dat zijn documentaire onjuistheden zou bevatten, noemt hij onzin. Hij sprak met zeventig intimi van Prince, inclusief zijn zus, werknemers en vele geliefden, en hij had toegang tot diens archief. Volgens hem proberen de erven niet zozeer Prince als persoon te beschermen, als wel „de geldautomaat”.

Ze zouden bang zijn dat de film hun zakelijk belangen zou schaden. Terwijl volgens Edelman zijn film de grootsheid niet afbreekt maar juist uitdiept. Edelman is overigens geen roddeljournalist; eerder maakte hij de docuserie O.

J.: Made in America die in 2017 werd bekroond met een Oscar en een Emmy. Als Prince zo graag zijn privéleven geheim hield, moet een filmmaker dat niet respecteren, ook na zijn dood? Edelman: „Je gaat in bad met het genie en je wordt geconfronteerd met zijn menselijkheid.

Prince is een historisch figuur, een van de grote artiesten van de 20ste eeuw. We moeten weten hoe die tot hun kunst kwamen, dat maakt deel uit van hoe wij als mensen door het leven gaan, hoe we beter kunnen worden.” Over de plannen voor een alternatieve film, zegt Edelman: „Dat wordt geen documentaire, dit wordt een hagiografie, propaganda.

Ga je iets leren over Prince? Ik betwijfel het.” De regisseur spreekt in de podcast zijn zorgen uit over documentaires over kunstenaars. Volgens hem wordt het praktisch onmogelijk die nog te maken zonder dat de artiest zelf, of diens nabestaanden, zich er intensief mee bemoeien.

Zo worden het volgens hem geen journalistiek integere films die de waarheid trachten te achterhalen, maar schoongepoetste reclamefilms. Artiesten als Beyoncé en Taylor Swift zien de documentaires over hen als verlengde van hun oeuvre. Ze waken er streng over dat hun imago intact blijft.

Edelman: „Het grote publiek kan het niet schelen, of ze zien het verschil niet. Treurig.” Dat Netflix door de knieën gaat, past volgens The New York Times ook in de nieuwe lijn van de streamingdienst.

Die wil minder dure risicovolle kwaliteitsseries leveren, waarmee ze groot is geworden, maar liever goedkoper, veilig genrewerk voor een breed publiek. Aanstoot moet vermeden worden. Een film over Prince, de seksueel en gender-ambigue Afro-Amerikaan die expliciet over seks zong, past minder goed in die strategie.

Edelman en de mensen die de film wel hebben gezien, bestrijden stellig dat The Book of Prince een documentaire is vergelijkbaar met die over popzangers Michael Jackson of R. Kelly: bedoeld om met schokkende onthullingen een ster van zijn voetstuk te halen. Deze documentaire, stelt criticus Morris, slaagt er juist in „een persoon met vele gebreken te portretteren en tegelijk diens grootsheid en waardigheid in tact te laten.

Dit is een van de weinige werken die ik ooit zag die de ervaring benadert van lijden en genialiteit.” Uit de podcast en een uitputtend artikel in The New York Times Magazine van september is op te maken wat het „gedoemde meesterwerk” zoal onthult over de gebreken van Prince. Hij was heel bezitterig en heerszuchtig, mishandelde zijn vriendinnen, zowel fysiek als geestelijk.

Hij verleidde ze deels als minderjarigen, maar had pas seks als ze meerderjarig werden, en kneedde en kleedde hen zo, dat ze in zijn fantasiewereld pasten. Tegelijk was hij lief en zorgzaam, probeerde hij ze vooruit te helpen in het leven. Ondanks de geleden schade spreken ze nog steeds vol liefde over hem.

Meest belastend is het verhaal over zijn enige kind, dat vlak na de geboorte overleed. Dit heeft hij altijd geheim gehouden. Meteen na het overlijden vloog Prince naar een optreden en liet zijn rouwende vrouw alleen achter.

Daags erna moest zij Oprah Winfrey thuis ontvangen, waarna Prince haar dwong voor de camera mooi weer te spelen en niets los te laten over het grote verlies. Volgens de documentaire kwam zijn gedrag voort uit jeugdtrauma’s. Prince werd als kind gepest om zijn lengte (1.

57 meter), hij was een getalenteerde basketballer maar de coach vond hem „te klein”. Dit maakte in hem een enorme geldingsdrang los. In een oude reportage, waarin hij toevallig als kind te zien is, zie je hem in een groep scholieren op en neer springen om maar in beeld te komen.

Zijn vader sloeg hem, zijn pleegvader sloot hem maanden op. „Toen hij naar buiten kwam was de uitbundigheid uit hem verdwenen”, zegt zijn zus in de film. Op zijn twaalfde zette zijn moeder hem uit huis, waarna hij bij zijn vader ging wonen, een dominee.

Die zette hem op zijn veertiende ook uit huis. Volgens Morris is Prince als kind op vele manieren „misbruikt, verwaarloosd en verlaten” door zijn familie. Met het bouwen aan zijn muziekgroep, entourage en harem probeerde hij zijn eigen familie te scheppen.

Maar hij kon geen relaties behouden en bleef heel eenzaam. Tegelijk toont de film het genie Prince. In elk geval zijn hang naar erkenning.

Morris: „Roem doet giftige dingen met je persoonlijkheid. Prince wilde die ziekte hebben omdat hij dacht dat die het medicijn zou zijn.” Tegelijk benadrukt Morris dat de roem niet de oorzaak is van zijn gedrag: „Hij was lang ervoor al fucked-up .

” Morris is meer dan ooit onder de indruk van Prince: „Hij was wonderlijk vreemd; een gender-bending, dromerige funkmeester. Hij tartte en zweefde boven alle categorieën en gaf generaties kinderen de vrijheid hetzelfde te doen. Dit wezen van pure seks en ondeugd en zijdezachte dubbelzinnigheid, zag ik nu, was ook donker, wraakzuchtig en verdrietig.

” Edelman zegt in de podcast dat hij met zijn film een lijn probeerde te ontdekken in Prince’s vele incarnaties: „Hoe gaan we van die virtuoze, geniale tiener naar de man die sterft aan een overdosis in een lift in Paisley Park? Wat is er gebeurd?” Het antwoord: „Hij was zo onzeker, had zoveel trauma’s, dat hij niet in staat was er open over te zijn. Hij zat gevangen in het beeld van de perfecte genie. Zijn onvermogen de waarheid over zichzelf met anderen te delen, leidde tot zijn verslaving aan pijnstillers.

” Drummer Questlove zei in The New York Times dat de film hem confronteerde met wat het betekent zwart te zijn in de VS. Niet alleen Prince verschool zijn kwetsbaarheid achter een „masker van onoverwinnelijkheid”: „Noem het mannelijkheid of cool: het ideaal van cool is uitgevonden door zwarte mensen om zichzelf in dit land te beschermen. Maar we hebben het sexy gemaakt.

We kunnen donkere emoties ook cool maken.”.