Eindelijk weer een ‘Alien’-film die je doet walgen ★★★☆☆

featured-image

Na de filosofische bespiegelingen van Prometheus en Alien: Covenant gaat Alien: Romulus terug naar de basis: onversneden horror. Fede Álvarez bedient oudere fans op hun wenken, maar probeert ook gen Z mee in het bad te trekken. Fede Álvarez “Beste Fede.

Veel geluk. Een goede gezondheid. Goed jagen.



Don’t fuck up .” Met die lichtjes intimiderende boodschap overhandigde de legendarische regisseur Ridley Scott de sleutel van de Alien -franchise, die hij 45 jaar geleden zelf lanceerde, aan Fede Álvarez. Of dat de geruststellende woorden waren waar de 46-jarige Uruguayaan op zijn eerste draaidag nood aan had, durven we te betwijfelen, maar hij heeft de klus toch geklaard.

Zijn Alien: Romulus is een efficiënte, claustrofobische en oprecht enge verderzetting van de saga. Álvarez vindt het wiel niet opnieuw uit – dat is moeilijk als je de zevende film in een franchise maakt (of zelfs de negende, met de twee Alien vs. Predator -films erbij geteld) – maar vindt wel een mooie balans tussen eerbied voor het origineel en vernieuwing.

Dat Álvarez, die eerder al de Evil Dead -franchise reanimeerde, het niet zou verpesten, valt ook nauwelijks een verrassing te noemen. De man uit Montevideo groeide op met Alien en kent de franchise als zijn broekzak. Hij ontdekte Scotts ruimtehorrorklassieker op 12-jarige leeftijd, op een videocassette die zijn vader in huis gehaald had.

De film liet een onuitwisbare indruk achter. Toen Álvarez twintig jaar later naar Hollywood gehaald werd, nadat zijn kortfilm Ataque de pánico! plots viraal was gegaan op YouTube , droomde hij ervan om ooit zelf een Alien -film te draaien. Eerst nog stilletjes, maar na het succes van Evil Dead en de inventieve inbraakthriller Don’t Breathe ook luidop.

Álvarez pitchte zijn idee voor een eigen Alien -film toen hij op afspraak mocht bij het productiehuis van Scott. Alleen was de Brit op dat moment zelf nog niet klaar met de franchise: Scott was volop bezig aan zijn Prometheus -­sequel Covenant . Nog vier jaar later kreeg Álvarez dan toch het telefoontje waarop hij al zijn leven lang zat te wachten.

De vurige Alien -fan mocht nu zelf in de cockpit plaatsnemen. Álvarez’ liefde voor de originele films spat van het scherm in Romulus . De Uruguayaan koos niet voor een sequel, maar voor een interquel : een film die zich tussen de gebeurtenissen van Alien (1979) en Aliens (1986) situeert, en waarin dus gretig teruggegrepen kan worden naar het vintage production design uit die eerste films.

Toch maakt Álvarez deze film niet alleen voor Alien -geeks van het eerste uur. Romulus moet Alien duidelijk ook naar een nieuwe, jonge generatie brengen. Álvarez kiest voor jeugdige protagonisten: hoofdpersonage Rain (Cailee Spaeny), haar synthetische broer Andy (David Jonsson) en haar vrienden, die als arbeiders werken op een gekoloniseerde planeet waar de zon nul uur per dag schijnt, zijn nauwelijks de 20 voorbij.

De kans dat gen Z’ers hun eigen kopzorgen in de film weerspiegeld zullen zien, is groot. Rain en haar bende voelen zich gevangen op een steeds onleefbaarder wordende, door meedogenloos kapitalisme verminkte planeet. Sciencefiction zegt vaak meer over de tijd waarin ze gemaakt wordt dan over de toekomst.

Het is die uitzichtloze situatie die de jonge personages tot een gewaagd ontsnappingsplan verleidt. Als ze de controle weten te krijgen over een verlaten ruimteschip dat boven hun kolonie zweeft, kan dat hun ticket zijn naar vrijheid op een verre planeet. Maar aangezien dit een Alien -film is, zullen ze helaas niet de enige passagiers op het schip zijn.

Ondanks de verjongingskuur is Alien: Romulus ook een terugkeer naar de roots van de franchise. Ridley Scott pitchte zijn originele film in 1979 weleens als “ The Texas Chainsaw Massacre in de ruimte”, en dat is precies het register waar Álvarez nu ook op mikt. De existentiëlere, filosofischere richting die Scott later insloeg met Prometheus wordt weer ingeruild voor complexloze scifihorror.

Fede Álvarez mengt behendig de claustrofobische terreur van Alien met de gespierde actie van James Camerons Aliens , en volgt opnieuw de tien-kleine-visjesstructuur van het origineel – met rijzende ster Cailee Spaeny (Priscilla, Civil War ) als de nieuwe Sigourney Weaver (in pocketformaat). Bij momenten lijkt Romulus daardoor een quasi-remake. Enkele scènes verwijzen rechtstreeks naar Alien of Aliens , en bovendien maakt een inmiddels overleden acteur uit het origineel zijn terugkeer.

Dat daarbij AI gebruikt is, zorgt niet alleen voor een wat unheimlich resultaat, het kan in het licht van de recente acteursstaking ook nog enige controverse veroorzaken. Gelukkig strooit Álvarez ook rijkelijk met nieuwe, ingenieuze actie-ideeën, en is het verteltempo even strak als de wurggreep van een facehugger . Het is ook fijn om nog eens een Alien -film te zien die u echt doet walgen: Álvarez heeft een hekel aan greenscreens en liet alle buitenaardse wezens fysiek bouwen door een team van anciens die ook al aan Aliens meewerkten.

Die ouderwetse aanpak, met krioelende animatronics op afstandsbediening en geloofwaardig bewegende acteurs in enge pakken, maakt dat u het zure speeksel van de Xenomorphs bijna kunt voelen en ruiken. En dan hebben we het nog niet eens gehad over het werkelijk weerzinwekkende nieuwe schepsel dat Álvarez voor u in petto heeft. Met een beetje geluk is uw emmer popcorn leeg tegen dat het opduikt, dan heeft u meteen iets bij de hand om uw maaginhoud in te deponeren.

Alien: Romulus speelt vanaf 14/08 in de bioscoop. Geselecteerd door de redactie.