‘Discriminatie en seksisme bij Rotterdams politieteam zijn onaanvaardbaar’

In Rotterdam en daarbuiten wordt geschokt gereageerd op het bericht dat bij het politieteam in het centrum sprake is van racisme, seksisme en andere misstanden. De leiding en burgemeester Aboutaleb eisen snelle verbetering.

featured-image

De leiding van de Rotterdamse politie wil binnen een maand een „stevig plan van aanpak” af hebben om te zorgen dat er weer „een sociaal veilig werkklimaat” ontstaat bij het basisteam van de politie dat werkt in het centrum van de Maasstad. Dit zegt de Rotterdamse politiebaas Fred Westerbeke in reactie op een artikel in NRC van dinsdag waarin staat dat het onderzoeksbureau Governance en Integrity recentelijk vaststelde dat agenten van het Basisteam Centrum van de Rotterdamse politie worden geconfronteerd met racisme, seksueel overschrijdend handelen en structureel pestgedrag door collega’s. De klachten staan in een rapport dat werd opgesteld na het horen van 75 van de 230 politiemensen in dit team.

De eenheidsleiding in Rotterdam zegt geschokt te zijn door veel bevindingen van het onderzoek. „Er is bijvoorbeeld een cultuur ontstaan waarbij sommige agenten het heel normaal vinden om jonge vrouwelijke collega’s op basis van hun uiterlijk een cijfer te geven. Dat is natuurlijk onacceptabel”, zegt Sander van de Koot, lid van de eenheidsleiding.



„Er is ook een cultuur van harde grappen die niet door iedereen leuk worden gevonden en die zonder meer discriminerend zijn. Dat willen we niet.” De Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb zegt dat „alles in het werk moet worden gesteld om de verhoudingen bij het team centrum te normaliseren”.

Aboutaleb zegt dat de huidige situatie „niet langer mag voortduren omdat het team belangrijk werk doet op het gebied van openbare orde en veiligheid. Dergelijke praktijken hebben een negatieve invloed op de gehele politie-organisatie.” Volgens Van de Koot zijn er een aantal „risicofactoren” die deels verklaren hoe het bij dit team zo mis kon gaan.

„De agenten werken in een gebied met weinig bewoners en veel passanten die uitgaan. Agenten worden nogal eens geconfronteerd met geweld en dat is ook van invloed in hoe collega’s met elkaar omgaan.” Het Basisteam Centrum kent ook een groot verloop en agenten zijn relatief onervaren.

Meer dan de helft van de politiemensen is minder dan drie jaar in dienst. Het rapport mag door agenten alleen onder toezicht worden gelezen en is niet openbaar gemaakt. Maar de klacht van agenten dat de politietop, het onderzoek in de doofpot wilde stoppen, wijst de leiding van de hand.

„We hebben zelf het externe onderzoek geïnitieerd. We wilden de onderste steen boven toen we eind vorig jaar signalen kregen over misstanden”, zegt Van de Koot. Westerbeke sluit niet uit dat er later disciplinaire onderzoeken worden ingesteld tegen agenten wegens plichtsverzuim.

Over negen maanden moet voor de politietop duidelijk worden met welke mensen een verbeterplan zal moeten worden uitgevoerd. „Alleen nu teamchefs vervangen zou onrecht doen aan de cultuur die is ontstaan. Daar zijn veel mensen voor verantwoordelijk.

” De korpsleiding van de Nationale Politie zegt ervan op de hoogte te zijn dat „er binnen het basisteam Rotterdam-centrum collega’s werken die zich onveilig voelen”, aldus Liesbeth Huyzer, plaatsvervangend korpschef. „Wij zijn verrast en geschokt over de omvang en de ernst hiervan. Wij zien dat de eenheidsleiding er alles aan doet om samen met het team de veiligheid en het werkklimaat in het basisteam centrum te herstellen en weer te garanderen.

Daarnaast gaan we ervan uit dat wanneer het nodig is er passende maatregelen zullen worden genomen.” Nine Kooiman, voorzitter van de Nederlandse Politiebond, zegt dat het „voor de veiligheid buiten heel belangrijk is dat agenten ook veiligheid binnen op het politiebureau ervaren. Het is belangrijk dat er disciplinaire maatregelen volgen tegen de mensen die zich racistisch of anderszins grensoverschrijdend hebben gedragen.

En de politie moet werken aan het herstel van de mensen die nu ziek thuis zitten.” Tweede Kamerlid Songül Mutluer (GroenLinks-PvdA) noemt de berichtgeving over het Rotterdamse politieteam „enorm verontrustend”. „De politietop beloofde strenger op te treden tegen dit soort wantoestanden, maar stelt nu dat er wederom sprake is van falend leiderschap.

De tijd van doofpotten en de ogen sluiten moet voorbij zijn.”.