Directeur van Jeju Air mag Zuid-Korea niet verlaten in kader van politieonderzoek naar vliegtuigcrash

De Zuid-Koreaanse politie heeft een inval gedaan op de internationale luchthaven van Muan en het kantoor van luchtvaarmaatschappij Jeju Air in hoofdstad Seoul. Dat meldt de politie donderdag. De invallen zijn deel van het onderzoek naar de dodelijke vliegtuigcrash die afgelopen zondag op het vliegveld van Muan plaatsvond.

Ook laat de politie weten dat twee mensen zijn verboden het land te verlaten, onder wie de algemeen directeur van Jeju Air, Kim e-Bae. Op 29 december verongelukte een Zuid-Koreaans vliegtuig van vliegtuigmaatschappij Jeju Air bij de landing op het vliegveld van de zuidwestelijk gelegen stad Muan. Vlucht 2216 kwam vanuit Bangkok en landde op het internationale vliegveld zonder dat het landingsgestel was uitgeklapt.



Daardoor belandde het toestel op zijn ‘buik’ waarna het een muur raakte en in vlammen opging. De algemeen directeur zei in een persconferentie zondag zich „verantwoordelijk” te voelen. Van de 181 inzittenden kwamen 179 personen om het leven.

Slechts twee bemanningsleden overleefden het ongeluk. Het is niet duidelijk wat de crash precies heeft veroorzaakt. Tot nu toe is de meest gehoorde verklaring dat aanvaring met een of meerdere vogels tot de catastrofale landing zou kunnen hebben geleid.

Het onderzoek kan tot drie jaar duren, laat het Zuid-Koreaanse ministerie van Transport weten. De autoriteiten hebben laten weten de eerste gegevens van de cockpitvoicerecorder te hebben uitgelezen. De crash is het dodelijkste vliegtuigongeluk op Zuid-Koreaans grondgebied sinds 1997, toen 228 mensen overleden bij het neerstorten van een vliegtuig van Korean Airlines.

Tot en met zaterdag geldt in het land een periode van nationale rouw..