Deze Rotterdammers staan aan de top van het ijsmaken: 'Je bent een duizendpoot'

Het wordt weer snikheet en dan is er in de binnenstad van Rotterdam maar één oplossing: een koud ijsje. Bij dat hoorntje met een bolletje aardbei komt meer kijken dan je denkt. De ijsmakers Robin Alting, Giovanni Olivo en Mesut Demir vertellen over hun passie voor het maken en verkopen van ambachtelijk ijs.

featured-image

ZOMER Deze Rotterdammers staan aan de top van het ijsmaken: 'Je bent een duizendpoot' Derk Radstake Gisteren, 11:20 • 6 minuten leestijd IJs in de vitrine © Rijnmond Het wordt weer snikheet en dan is er in de binnenstad van Rotterdam maar één oplossing: een koud ijsje. Bij dat hoorntje met een bolletje aardbei komt meer kijken dan je denkt. De ijsmakers Robin Alting, Giovanni Olivo en Mesut Demir vertellen over hun passie voor het maken en verkopen van ambachtelijk ijs.

Robin Alting - De IJssalon Voor ijsmaker Robin Alting (60) werd het zaadje geplant om ijsmaker te worden toen zijn vader in de jaren negentig begon met ijs verkopen vanuit zijn Ridderkerkse banketbakkerij. Dertig jaar na dato staat Alting bekend om zijn succesvolle ‘De IJssalon’ op de Meent: “Ik hou enorm van ijs. Dan hoef je niet gelijk een ijssalon te beginnen, maar het is denk ik wel een voorwaarde.



” Wanneer hij wordt gevraagd naar het geheim van het vak, zegt hij lachend dat dat niet bestaat. Toch vertelt hij later wat je allemaal moet kunnen om ijsmaker te zijn: “Je bent echt een duizendpoot. Ik hou me bezig met inkoop, verkoop, klanten helpen en mensen inwerken.

” IJsmaker Robin Alting van De IJssalon © Eigen Beeld Over het maken van ijs is Alting bescheiden, ondanks dat hij laat doorschemeren dat een goed recept erg belangrijk is: “Het is niet moeilijk. Als je goede aardbeien hebt, dan maak je lekker aardbeienijs, maar gooi je er te veel suiker in, spuug je het alsnog uit.” “In de beginjaren is er nog veel veranderd aan het recept, maar nu al een jaar of negen niet meer.

Ik ben geen trendvolger en het is gewoon naar mijn smaak. Als jij dat lekker vindt, ben ik daar blij mee.” Als je goede aardbeien hebt, dan maak je lekker aardbeienijs Robin Alting Ondertussen dragen vijf vestigingen verspreid over de regio Rijnmond de naam ‘De IJssalon’.

Dit was geen vooropgezet plan, volgens Alting: “Een keten ervan maken hoefde voor mij niet. Er kwamen soms gewoon leuke panden voorbij en dan zeggen mensen ‘dat is misschien een leuke plek voor een nieuwe De IJssalon’.” De rol van Alting binnen het bedrijf is door de jaren heen vaak veranderd: “Vroeger stond ik vooral ijs te draaien en dan besteed je heel weinig aandacht aan dingen als boekhouding.

Dat doe ik nu wel. Dat kan misschien ook omdat er meer financiële middelen zijn. Daarnaast is het heel simpel, ik ben nu zestig en toen ik jonger was, zat ik gewoon vol energie.

Ik had ook nog geen gezin, dus dan was je gewoon honderd uur per week aan het werk in de salon.” Ondanks dat hij wat minder energie heeft dan vroeger, hoef je over pensioen niet te beginnen tegen Alting: “Ik ben helemaal niet van plan om mijn zaak te verkopen, zelfs al krijg ik er twee miljoen voor. Zolang ik ademhaal, blijf ik hier.

En misschien gaan mijn kinderen het ooit overnemen, maar dat duurt nog heel erg lang." Giovanni Olivo - Venezia Aan de andere kant van het centrum, op de Oude Binnenweg, is ijssalon Venezia van de vrolijke ijsmaker Giovanni Olivo (56) te vinden. De winkel bestaat al sinds 1946 en werd in 1964 overgenomen door zijn ouders, van wie de roots in Noord-Italië liggen.

“Ik kreeg ijs eigenlijk met de paplepel ingegoten", vertelt Olivo. Het ondertussen 60 jaar bestaande Venezia is volgens hem nog altijd authentiek: “Wij doen alles nog volgens de oude receptuur van mijn grootvader. Ik maak wel nieuwe smaken, vaak eentje per jaar, maar de fundamenten blijven altijd hetzelfde.

” Voor die nieuwe smaken reist Olivo elk jaar af naar Italië, naar de grootste ijsbeurs van de wereld om inspiratie op te doen. IJsmaker Giovanni Olivo van ijssalon Venezia © Eigen Beeld Giovanni is in drukke weken wel honderd uur in zijn salon te vinden. “Het is hard werken, maar het loont wel.

Je doet er in de zomer veel sociale contacten mee op en in de winter kan je het rustiger aan doen. Ik heb ook veel andere banen in mijn hoofd gehad, maar hiermee doe je alles een beetje.” “Toch was het niet altijd makkelijk om zo lang te blijven bestaan.

Voor ik het overnam van mijn ouders twijfelde ik soms om iets anders te gaan doen. Ik denk dat je wat dat betreft ook gewoon geluk nodig hebt om te blijven bestaan als ijssalon. Geluk dat klanten naar je toe komen.

” Dat geluk, of ongeluk, is ook voor ijsboeren ook terug te vinden in de weersvoorspelling die Olivo op de voet volgt: “Je moet er constant op inspelen, bijvoorbeeld met je bezetting van personeel en met hoeveel ijs je maakt. Als er lekker weer voorspeld wordt, is het soms een geluksmoment en soms een stressmoment omdat je misschien niet altijd voorbereid bent.” LEES OOK Een kwakkelende zomer: pech voor ijsverkopers, kassa voor overdekte activiteiten “Ik wil dit nog heel lang doen als het me gegeven is.

Ik weet niet hoe ik er over tien jaar bij zit, of ik nog fit en gezond ben. Het is best zwaar werk dus ik hoop dat ik het vooral nog lang fysiek gezien kan doen. Anders houdt het op en dan zal ik dat ook accepteren, want zo is het leven.

” Mesut Demir - Doppio IJssalon Doppio van Mesut Demir heeft voor de oplettende ijseter misschien enigszins een vergelijkbare smaak met De IJssalon van Robin Alting: “Ik ging vijfentwintig jaar geleden een ijsje eten bij een nieuwe zaak op de Meent. Dat was superlekker en toen ben ik met mijn toenmalige meisje gaan solliciteren bij die zaak. Het was De IJssalon van Robin.

” “Nadat ik een paar jaar in dienst was bij Robin zei hij dat er een zaak van hem te koop was in Crooswijk, inclusief de receptuur. Hier heb ik in de afgelopen twintig jaar uiteraard ook mijn eigen draai aangegeven, maar het is gewoon een ijzersterk recept, dus ik heb er niet te gek meegedaan.” “Wat betreft ijs doe ik alles altijd gewoon op gevoel.

Ik heb ruimte voor zestien smaken in mijn vitrine en ik kan tachtig verschillende smaken maken. Dat ik gisteren mango heb gemaakt in plaats van citroen is gewoon een kwestie van gevoel.” IJsmaker Mesut Demir van ijssalon Doppio © Eigen Beeld Voor Demir is het geen noodzaak om een groot ijsimperium op te bouwen: “Je wordt er geen miljonair van, maar ik hou ervan om lekker in mijn zaak te staan en terug te gaan naar de kern.

Klanten willen naast een lekker ijsje ook gewoon wat aandacht. Dat je wordt herkend als je voor de derde keer langskomt. Wanneer ik vervolgens een glimlach zie verschijnen na het eerste hapje, dat is voor mij de kick.

” Klanten willen naast een lekker ijsje ook gewoon wat aandacht Mesut Demir Volgens Demir kan de concurrentie onder ijsmakers soms hevig zijn: “Het zijn meestal in Nederland niet de grootste vrienden van elkaar. De meeste houden voor elkaar de deur dicht. Ik doe dat zeker niet, maar ik geef uiteraard ook niet zomaar iedereen die het vraagt het recept mee!” Zijn oud-werkgever Robin ziet Demir al helemaal niet als concurrent: “Ik ben nog altijd dankbaar dat ik mede dankzij Robin dit op deze manier al jaren mag doen voor mezelf en ik probeer er elke dag een leuk feestje van te maken.

Als de zon schijnt uiteraard!”.