De prognose voor de levensverwachting van een 65-jarige daalt licht: dit kan het gevolg zijn voor de AOW-leeftijd

De stijging van de levensverwachting in Nederland is van extra belang geworden, doordat de AOW-leeftijd daaraan is gekoppeld. Voor elk jaar dat we gemiddeld genomen langer leven, met acht maanden omhoog. Het kabinet stelt de AOW-leeftijd steeds voor een periode van vijf jaar vast, dus afgelopen jaar ging het om de jaren van .

Daarbij was over de eerste vier jaar (2025 tot en met 2028) al eerder een beslissing genomen, zodat het alleen om het jaar 2029 ging. De leeftijd waarop je recht hebt op het voor de komende vijf jaar is als volgt: AOW-leeftijd In november moet het kabinet een besluit nemen over de AOW-leeftijd in 2030, op basis van de nieuwe prognose voor de levensverwachting van 65-jarigen in dat jaar. Afgelopen jaar lag de gemiddelde resterende levensverwachting van een 65-jarige vanaf het jaar 2030 op 21 jaar, maar in de vrijdag gepubliceerde nieuwe prognose van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is die verwachting een fractie verlaagd naar 20,96 jaar.



Hiermee is nog steeds sprake van een stijging van de levensverwachting van 65-jarigen, want voor 2023 ligt die op 19,9 jaar. De verwachting is dus dat we over zeven jaar gemiddeld genomen een jaar ouder worden. Echter, doordat de prognose voor de levensverwachting van een 65-jarige in het jaar 2030 licht is gedaald, is het de vraag of de AOW-leeftijd voor dat jaar wordt verhoogd.

Mogelijk blijft die dan staan op 67 jaar en 3 maanden. De AOW-leeftijd is niet alleen van belang voor het staatspensioen zelf, maar ook voor pensioen dat via de werkgever wordt opgebouwd, of pensioenpotjes die je zelf opbouwt. Het gaat uiteindelijk voor gepensioneerden om de combinatie van de AOW-uitkeringen en andere vormen van pensioen.

Stijging levensverwachting afgeremd door coronapandemie Sinds 2022 stijgt de levensverwachting weer in Nederland. In 2023 is deze bijna terug op het niveau van voor de coronapandemie. Toch verloopt dit herstel langzamer dan verwacht, meldt het CBS vrijdag.

De acute fase van COVID-19 is voorbij, maar het virus is nog steeds aanwezig. Het CBS verwacht daarom dat de prognose levensverwachting niet volledig zal terugkeren naar dezelfde hoogte van voor de pandemie. Voor de prognose van de levensverwachting maakt het CBS gebruik van een wetenschappelijk model dat ervan uitgaat dat de dalende trend in sterftekansen in West-Europa doorzet.

Tijdelijke veranderingen in Nederland hebben hierdoor minder invloed op de voorspellingen, in tegenstelling tot een model dat alleen naar Nederlandse cijfers kijkt. De prognose van de levensverwachting is een onderdeel van de jaarlijkse bevolkingsprognose van het CBS, die de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkeling van de Nederlandse bevolking beschrijft. LEES OOK:.