De 10 beste cabaretvoorstellingen van 2024 volgens NRC

Behalve klassiekers als Youp van ’t Hek en Freek de Jonge waren er veel debutanten. Maar het cabaretjaar werd bovenal gekleurd door vrouwelijke comedians. Dit zijn de beste cabaretvoorstellingen van 2024.

featured-image

Het was een cabaretjaar met veel memorabele momenten. Allereerst was er het afscheid van Youp van ’t Hek, die na een indrukwekkende carrière afscheid nam met uitverkochte optredens in Carré. Zijn collega en eeuwige tegenstrever Freek de Jonge had ook aangekondigd minder te willen optreden, maar hervond in de zomer zijn inspiratie en knalde er op zijn tachtigste nog een fraaie conference uit.

Hun mogelijke opvolgers dienden zich al aan, want het cabaretjaar werd bovenal gekleurd door vrouwelijke comedians. Lisa Ostermann klom in haar tweede programma tot grote hoogte en presenteerde zich als een nieuwe ster. Terwijl Valentina Tóth een overrompelende debuut afleverde, waarin ze in theatrale stijl haar plek opeiste.



Er vielen ook prettige comebacks te noteren. Na ruim tien jaar was Thomas van Luyn terug in de theaters. Hij bood een kwetsbaar inkijkje in zijn worsteling met ADHD, terwijl collega Jochem Myjer, die eenzelfde worsteling al eerder blootgaf, terugkeerde na een burn-out, met een voor zijn doen bezonken optreden.

Goed voor de sector was de entree van veelbelovende debutanten, onder wie Piet van Eeghen, Selma Visscher en Luuk Ransijn. Steun die jonge makers en gaat hen zien! Ron Rijghard Ook als cabaretier blijkt zanger Lucky Fonz een intrigerend figuur. Hij formuleert nogal bloemrijk, maar hij is dan ook „dichter en geen notaris”.

Grapjes en fantaseren zijn geen vormen van wegkijken, maar wegen die kunnen leiden tot geluk, laat hij overtuigend zien. Tussen definities van neologismen als „sleurtocht” (dezelfde speurtocht voor de vijfde keer lopen) en het vertellen van „óngevleugelde” uitspraken van intellectuelen door, onderzoekt Snijders op een grappige en originele manier of je op het podium ‘jezelf’ kan zijn. In een verrassende mix van eigen ervaringen en commentaar van deskundigen kijkt Van Luyn naar de aandoening die zijn leven beheerste, tot hij eindelijk de juiste diagnose kreeg.

Geestig, maar ook ontroerend en informatief. De voormalig wiskundeleraar debuteert met een erg leuke voorstelling. Van Eeghen openbaart zich als enigszins stuntelige tobber, grappig en aandoenlijk tegelijkertijd.

Hoogtepunt is een „realistisch levenslied”. Uiteraard in wisselende maatsoorten, net als het leven zelf. Op zijn tachtigste weet Freek nog steeds zijn verontwaardiging en verbazing over de staat van het land tot grote hoogte op te schroeven.

Het rechtse kabinet krijgt ervan langs, maar eigentijdse ontwikkelingen bekijkt hij evengoed met de nodige ironie. Innovatie klinkt hartstikke leuk, maar is het wel synoniem voor vooruitgang, vraagt Derks zich af. Antwoorden volgen middels scherpe politieke analyses en komische persoonlijke lotgevallen over ervaringen met technologie.

Derks produceert veel redenen tot pessimisme, maar óók een vrolijke avond. Flip Noorman neemt Animal Farm (1945), het beroemde boek van George Orwell, als uitgangspunt voor een liedjesvoorstelling. Orwells allegorie over een dierenopstand op een boerderij was geïnspireerd op de Russische communistische revolutie in 1917.

Het inspireert Noorman tot scherpe en grappige kritiek op het zelfgenoegzame Westen. Jelle Brumsen : Noorman heeft het beroemde Animal Farm van Orwell hertaald tot een indrukwekkend liedjesprogramma. De allegorie over een dierenrevolutie gaat bij Noorman niet over Russische communisten, maar over moderne slavernij.

Wat blijft is de scherpe én komische ontleding van de destructieve werking van machtsstructuren. Samen met een geweldige band geeft Noorman elk personage een lied. Werkpaard Boxer zingt fel: „Zie je millennials al werken in een lithiummijn, hoe kan die hele generatie overspannen zijn?!” In een flitsende aaneenschakeling van losse sketches demonstreren Van de Velde en Van Kalmthout wat er schuilgaat achter allerlei façades.

Een bijzonder grappige én scherpe ontleding van het soort gedrag waar de mensheid zo bedreven in is: je anders voordoen. In haar magnifieke debuut brengt Valentina Tóth een ode aan ‘de hysterische vrouw’. Ze speelt vrouwen die weliswaar hun zelfbeheersing verliezen, maar die vooral blootleggen tegen hoeveel onderhuids en ongeremd seksisme ze moeten opboksen.

In een overrompelende voorstelling onderzoekt Ostermann hoe ze zachtheid kan vinden in haar wereld vol knagende twijfels. Volstrekt natuurlijk vertelt ze grappige anekdotes die – nog veel meer dan over haarzelf – gaan over de menselijke soort. Bijna alle liedjes zijn hoogtepunten op zichzelf.

.