/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/03/12214136/web-1203BINbroeikas2.jpg)
Vorig jaar daalde de uitstoot van broeikasgassen minder hard dan in de jaren ervoor: in 2024 was de uitstoot van broeikasgassen 1,6 procent lager dan in het jaar ervoor, terwijl de daling in 2023 en 2022 steeds meer dan 7 procent bedroeg. Dat blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) woensdag publiceerde . De beperkte daling van uitstoot vorig jaar komt vooral door een stijging van uitstoot door de industrie.
Die stijging, van 1,5 procent, lijkt klein, maar weegt toch zwaar. De industrie heeft met 33 procent van het totaal het grootste aandeel van alle sectoren in de uitstoot van broeikasgassen. In de elektriciteitssector nam de uitstoot wél af ten opzichte van 2023: met 3 procent.
Vooral in de eerste helft van vorig jaar werd er meer elektriciteit gewonnen uit zonne- en windenergie. Daardoor was er minder noodzaak voor gasgebruik en het stoken van steenkolen. In 2024 was de uitstoot van broeikasgassen 37 procent lager dan in 1990, schrijft het CBS.
1990 is een referentiejaar van het Klimaatakkoord: in 2030 moet de uitstoot 55 procent lager zijn dan veertig jaar daarvoor. Alle sectoren zijn sinds het sluiten van het Klimaatakkoord minder gaan uitstoten. Een daling van 55 procent betekent een daling van 125 megaton aan CO2.
Tussen 1990 en 2023 daalde de uitstoot met gemiddeld 2,5 megaton per jaar, in 2024 was dat 2 megaton. Om de doelen die in het Klimaatakkoord gesteld zijn te halen, moet de uitstoot elk jaar met 7 megaton dalen..