Cyberluck vangt bot

Hoge Raad: Masterlicentiehouder verantwoordelijk voor sub-licentiesVan onze redactieWillemstad/Den Haag - De Curaçaose houder van een casinovergunning - een ‘masterlicentiehouder’ - die een andere partij op basis van die vergunning een online casino laat exploiteren, moet ervoor zorgen dat spelers in dat casino hun gewonnen bedragen uitgekeerd krijgen.Lees meer...

featured-image

Van onze redactie Willemstad/Den Haag - De Curaçaose houder van een casinovergunning - een ‘masterlicentiehouder’ - die een andere partij op basis van die vergunning een online casino laat exploiteren, moet ervoor zorgen dat spelers in dat casino hun gewonnen bedragen uitgekeerd krijgen. Dit oordeel van het Gemeenschappelijk Hof in Willemstad laat de Hoge Raad in Den Haag in stand. De Hoge Raad heeft gisteren in een zaak zowel online kansspelaanbieder Trigonon Group nv (die een ‘sub-licentie’ had) en Cyberluck Curaçao nv (vergunninghouder/‘mastlicentiehouder’ destijds) als Stichting Belangenbehartiging Gedupeerden Online Kansspelen (SBGOK) in het ongelijk gesteld.

De stichting die de belangen van deelnemers aan online kansspelen behartigt stelde vorderingen in tegen online casino’s die opereren onder ‘sub-licentie’ van een vergunninghouder/’masterlicentiehouder’, en ook tegen deze vergunninghouder zelf wegens niet uitbetalen van prijzengelden. Het Hof achtte vergunninghouder Cyberluck naast het online casino aansprakelijk voor uitbetaling. De Hoge Raad boog zich over klachten van onder meer Cyberluck (overigens intussen onlangs failliet verklaard, red.



) over aansprakelijkheid op grond van schending van de bijzondere zorgplicht. Alsook over de klacht van SBGOK over ‘koerswijzigingsschade’. De zaak gaat terug tot begin 2020, toen het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao vonnissen uitsprak tussen 17 februari 2020 en 8 november 2021; gevolgd door het vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie op 14 maart 2023, op 16 juni 2023 gevolgd door een ‘herstelvonnis’.

Trigonon en Cyberluck hebben tegen het vonnis van het Hof op 14 maart 2023 beroep in cassatie ingesteld. SBGOK heeft incidenteel cassatieberoep ingesteld. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekte tot verwerping van het principale en het incidentele cassatieberoep.

SBGOK heeft als voornaamste doel het bijstaan van schuldeisers bij de incasso van vorderingen die voortvloeien uit hun deelname aan spelen van online casino’s die opereren onder ‘sub-licentie’ van Curaçaose vergunninghouders (daarvoor vraagt en ontvangt SBGOK een commissie/deel van het te incasseren bedrag, red.). Bij Landsbesluit van 1 oktober 1996 van de toenmalige Nederlandse Antillen is aan Cyberluck een vergunning (‘masterlicentie’) verleend voor het exploiteren van hazardspelen op de internationale markt door middel van servicelijndiensten als bedoeld in de Landsverordening buitengaatse hazardspelen (LBH; deze wordt zeer binnenkort vervangen door de pas door de Staten goedgekeurde nieuwe Landsverordening op de kansspelen, LOK).

Cyberluck exploiteert (beter: exploiteerde) niet zelf online casino’s, maar verleende zogenoemde ‘sub-licenties’ aan andere vennootschappen die online casino’s exploiteren. Cyberluck heeft ook een ‘sub-licentie’ verleend aan Trigonon. Trigonon exploiteert onder meer het online casino Bahsine.

Een speler, wonende in Turkije, heeft in 2019 al zijn vorderingen die voortvloeien uit zijn deelname aan spelen van online casino Bahsine overgedragen aan SBGOK. Voor zover in cassatie van belang vordert SBGOK in deze procedure veroordeling van Trigonon en Cyberluck tot betaling van 620.000 Turkse lira.

SBGOK heeft aan deze vorderingen kort gezegd de volgende stellingen ten grondslag gelegd. Betrokkene heeft gespeeld bij het online casino Bahsine. Eind 2018 had hij bij dat casino een positief saldo van 620.

000 lira. Nadat hij om uitbetaling van het saldo had verzocht, is zijn account gesloten zonder dat het saldo aan hem is uitbetaald. Trigonon is, aldus SBGOK, als exploitant van het casino gehouden het saldo uit te betalen.

Cyberluck is als vergunninghouder medeaansprakelijk voor de vordering op Trigonon, omdat zij verantwoordelijk is voor degenen die zij met een ‘sub-licentie’ onder haar vergunning laat opereren. Daarnaast is zij medeaansprakelijk op de grond dat zij niet heeft voldaan aan de voorwaarden van haar vergunning. Het Gerecht heeft de vordering van SBGOK op Trigonon ter hoogte van 620.

000 lira toegewezen en Trigonon veroordeeld tot betaling aan SBGOK van de tegenwaarde in Antilliaanse gulden. De vordering tegen Cyberluck heeft het Gerecht afgewezen. Het Hof heeft het vonnis van het Gerecht echter vernietigd en naast Trigonon ook Cyberluck veroordeeld tot betaling aan SBGOK van 620.

000 lira dan wel de tegenwaarde van dat bedrag in Antilliaanse gulden. De klachten kunnen volgens de Hoge Raad niet meer tot een andere beslissing over de aansprakelijkheid van Cyberluck leiden. Ook de klacht van SBGOK over ‘koerswijzigingsschade’ faalt; de omrekening van Turkse lira naar Antilliaanse gulden vindt plaats naar de koers van de dag waarop de betaling plaatsvindt.

.