Club Gewalt over zijn radicaalfeministische kerstmusical: ‘We zijn nooit bang om het ongemakkelijk te maken’

„Hoe kan je in deze tijd in godsnaam een musical maken", vroeg het muziek- en performancecollectief Club Gewalt zich af. Het werd een kerstmusical met punkrock, drie mieren en een boodschap met humor.

featured-image

‘Ken jij iemand die door die Übergang ist gegaan?” „Ja.” „ Und heb je dan ook met die persoon gepráát über die Übergang ?” Oei. Met de microfoon nog steeds op me gericht graaf ik door mijn geheugen, op zoek naar eventuele gesprekken die ik heb gevoerd over de overgang – ik vind er geen.

De frontvrouw van punkrockband Herr Hamsterfleisch weet wel raad met zo’n „nee”. In haar fantasierijke mix van Nederlands en Duits stelt ze voor om dat gesprek meteen te oefenen. Praat maar even met de persoon die naast je zit over „ die Übergang ”, zegt ze.



Er zit nog niemand naast me wanneer ik op 3 december de repetities voor de kerstmusical Herr Hamsterfleisch und die Angry Antz van muziek- en performancecollectief Club Gewalt bijwoon. De première zal pas over een paar dagen plaatsvinden, op zaterdag 7 december. Verderop in de zaal van het Rotterdamse Theater Walhalla zit wel Romana Vrede, die de eindregie van het stuk op zich neemt.

Ze draait zich naar me toe. Over de lege stoelen heen praten wij dan maar op deze druilerige dinsdagavond über die Übergang . „We zijn nooit bang om het ongemakkelijk te maken”, zegt Suzanne Kipping van Club Gewalt, die samen met Robbert Klein de muziek voor de voorstelling schreef.

We hebben ons verplaatst naar het kantoortje boven de zaal. Aan het kledingrek dat daar staat opgesteld hangen de kostuums van de bandleden: leer en latex, grote halsbanden, een rok met drie rubberen dildo’s op de achterkant. Maar de kleuren zijn feestelijk.

Felrood, glanzend goud. Een beetje Wonderwoman, een beetje kerst en een beetje..

. „BDSM”, vult Anne van de Wetering aan, samen met Elly Scheele verantwoordelijk voor de tekst van de voorstelling. „De stijl van Herr Hamsterfleisch is heel BDSM.

” Herr Hamsterfleisch is een van de alter ego’s van Club Gewalt, leggen Kipping en Van de Wetering uit. Dit „radicaalfeministische zusje” van het theatergezelschap is het geesteskind van Gewalt-lid Loulou Hameleers, die acht jaar geleden geïnspireerd raakte door de Duitse performer Nina Hagen – ook wel bekend als de godmother of German pun k. „Loulou was groot fan van haar manier van performen”, zegt Kipping.

„Van die craziness. Daar ging ze keihard op. Dus hebben we wat van die rare progrocknummers voor haar geschreven.

” Sindsdien is Herr Hamsterfleisch uitgegroeid tot een op zichzelf staande band, die onder meer heeft opgetreden op het populaire muziekfestival Down the Rabbit Hole. Maar in die acht jaar tijd zijn de leden van Club Gewalt ook veranderd. „Herr Hamsterfleisch heeft veel nummers over ruimte innemen en het vrouw-zijn vieren.

Er zijn nummers over vulva’s, over heksen. Sommige dingen uit het repertoire voelen voor ons nu een beetje verouderd”, zegt Kipping. „Dat wit-feministische materiaal wilden we bevragen en in een nieuw daglicht zetten.

En daar hebben we deze musical voor gebruikt.” Dat uitgangspunt leidde in de kerstmusical onder meer tot korte punknummers met titels als ‘Feminisme zonder intersectionaliteit is gewoon witte superioriteit’ en ‘Er is meer nodig om de rechtstaat te beschermen dan af en toe gaan stemmen’. Ook bevat de voorstelling een musicalnummer van tien minuten waarin Herr Hamsterfleisch zich afvraagt of ze, in haar verlangen om ruimte in te nemen, andermans grenzen overschrijdt.

Zo laat de musical ook de volwassenwording van Club Gewalts radicale zusje zien: de frontvrouw van Herr Hamsterfleisch verplaatst haar aandacht van het individuele naar het collectieve belang. Naast Nina Hagen, Hang Youth (een punkrockband die bekend werd met nummers van onder een minuut) en Hedwig and the Angry Inch (een musical over een fictionele rock and roll-band) diende verder Charles Dickens’ A Christmas Carol als inspiratiebron. Alleen wordt Herr Hamsterfleisch niet bezocht door drie geesten, maar door levensgrote mieren.

„Die kunnen natuurlijk heel goed samenwerken”, verklaart Kipping. „Ze hebben elkaar nodig om te overleven. En we hadden gewoon fucking sicke mierenkostuums.

” En dan wordt Herr Hamsterfleisch op het podium óók nog eens bijgestaan door de Rotterdamse punkband Venus Tropicaux. Die creatieve samenkomst van stijlen en invloeden past bij de ambitie van Club Gewalt om de grenzen van het musicalgenre op te rekken. Een aanzienlijk deel van de musicals die nu worden gemaakt gaat bovendien over vroeger, zegt Kipping: „Er wordt veel teruggeblikt.

Wij doen een poging om vooruit te kijken, en een verhaal te gebruiken dat zich in het ‘nu’ afspeelt.” Al vraagt Van de Wetering zich ook weleens af „hoe je in godsnaam in deze tijd een musical maakt. Er worden mensenrechten geschonden op zo’n grove schaal, terwijl er politiek niks gebeurt.

Het voelt soms zo moeilijk om iets te doen. Maar het voelt ook noodzákelijk om iets te doen.” Ook Herr Hamsterfleisch worstelt met dat dilemma.

Om zulke zware en ongemakkelijke thema’s zowel voor het publiek als voor zichzelf behapbaar te houden, stopt Club Gewalt veel humor in haar werk. „We hebben altijd quotes die boven het repetitieproces staan”, lacht Kipping. „Één daarvan is: ‘Humor is welkom’.

” Enkele andere motto’s: „Niet invullen voor een ander.” „Angsten uitspreken.” „Conflict is niet erg.

” „Niet door de ander heenpraten.” Stuk voor stuk motto’s die doorklinken in Herr Hamsterfleisch und die Angry Antz . „Het gaat ook over basic human skills, deze voorstelling”, zegt Van de Wetering.

„Het is zo makkelijk om te vragen: ‘Hé, hoe gaat het?’. Of om sorry te zeggen.” Dus probeer dat eens bij het kerstdiner, stelt Club Gewalt voor.

Op de wereldpolitiek heb je misschien weinig invloed, maar op kleine schaal kun je wel degelijk verschil maken. Dus stel een moeilijke vraag. Zeg sorry als je een grens overgaat.

„De gesprekken die op macroniveau zo uit de hand lopen, kunnen we thuis op microniveau wel blijven voeren”, zegt Van de Wetering. „Dat geeft me hoop.”.