Vogels zijn niet de enige dieren die eieren leggen. Amfibieën, slangen en vissen leggen eieren, plus reptielen, zoals hagedissen, schildpadden en krokodillen. Maar slechts twee zoogdieren leggen eieren: het vogelbekdier en de mierenegel.

(Even terzijde - voordat iemand me bij de keel grijpt: vissen ZIJN dieren - het zijn waterdieren die tot de eerste gewervelde dieren - dieren met een ruggengraat - behoorden die zich op aarde ontwikkelden). De zoogdieren die eieren leggen hebben de vreemde naam Monotremes (/ˈmɒnətriːmz/, die eieren leggen in plaats van levende jongen baren. Goede of slechte ouders Zeeschildpadden staan waarschijnlijk het meest bekend om het begraven van hun eieren en het bedekken om ze aan hun lot over te laten - er zijn geen ouderschapsvaardigheden voor nodig en ze produceren honderden broedsels om het natuurlijke aas te compenseren dat ze worden voordat ze nauwelijks de golven hebben geraakt.

Slangen winnen over het algemeen ook geen ouderschapsprijzen. De eieren worden meestal in een gat gegooid, bedekt met aarde en het moederdier glibbert weg in de hoop er het beste van te maken. De meeste van de ongeveer 30 procent slangensoorten die levend bevallen, besteden ook niet veel aandacht aan hun kroost.

Goede ouders zijn de keizerspinguïns uit Antarctica, waar de mannetjes één ei tot 67 dagen lang warm houden in hun broedbuidel, honger lijden en waarschijnlijk bevriezen in een sneeuwstorm, terwijl de vrouwtjes terugkeren naar de zee om op vis te ja.