De Grand Prix van Nederland luidde de tweede seizoenshelft van het Formule 1-seizoen in. Van tevoren waren er heel wat vraagtekens, vooral rond Red Bull. Het team van Max Verstappen begon zeer dominant aan het seizoen, maar is vanaf de Grand Prix van Miami het initiatief kwijtgeraakt.

McLaren nam toen een enorme update mee en was in de laatste races voor de zomerstop constant sneller. Voordeel voor Verstappen was dat McLaren wel heel wat punten liet liggen. Zo begon hij ondanks een langzamere auto met een voorsprong van 78 punten op Lando Norris aan de laatste tien races, op het oog toch een geruststellende voorsprong.

Wél moest er een uitgebreide Red Bull-evaluatie plaatsvinden om de prestaties van de RB20 te verbeteren. Het weekend op Zandvoort moest dan ook een startpunt vormen. Dat werd het niet.

Verstappen gleed in de kwalificatie en de race alle kanten op en was niet bij machte om het Norris lastig te maken. Een sterke start mocht niet baten, want Norris haalde Verstappen in ronde 18 in en stoof naar de overwinning. Het gat van 22,8 seconden was enorm en de sterke prestatie van McLaren werd wel bevestigd door het feit dat Norris in de laatste ronde, op oude hards, de snelste raceronde noteerde.

Hij verkleinde het gat richting Verstappen zo naar 70 punten met negen races te gaan. En ondanks dat de voorsprong nog steeds comfortabel is, komt de wereldtitel van Verstappen serieus in gevaar. Na de Grand Prix van Nederland kan er namelijk een duidelijke conclusie worden get.