In de zesde etappe van de Vuelta a España trekt het peloton naar het Nationaal Park Sierra de la Nieves, waar opnieuw een aankomst bergop is. Grote verschillen tussen de klassementsrenners zullen we vermoedelijk niet zien. Is het dan een kans voor de aanvallers? WielerFlits blikt vooruit.

Parcours Het Vuelta-circus maakt woensdag op donderdag een verplaatsing in zuidelijke richting naar startplaats Jerez de la Frontera, dat in 2014 de eer had om de Gran Salida te mogen organiseren. Verder kennen we deze plaats van de sherrywijnen. Deze omgeving is nog redelijk vlak: pas na 50 kilometer begint de etappe echt te stijgen, als de tweede klim van eerste categorie in deze ronde opdoemt.

Het is de Puerto del Bojar (15 km aan 5,7%) met maximale stijgingspercentages van 10%. Het zwaarste klimwerk van de dag zit er dan in theorie op. In de praktijk zal de etappe dan pas echt beginnen, met nog vier beklimmingen van derde categorie.

Eerst zijn er de Alto de Ronda (5,9 km aan 4,6%) , de Puerto del Viento (6,9 km aan 4,1%) en de makkelijkere Puerto Martinez (3,8 km aan 5,5%) om vervolgens te finishen op de Alto de las Abejas (9,3 km aan 4%) . De slotklim wordt nergens echt lastig en krankzinnige stijgingspercentages blijven ditmaal wel uit. Het maximum is 10% en ligt op ongeveer vijf kilometer voor de meet, kort daarna gevolgd door een kleine afdaling.

De finish ligt in Yungquera, dat een uur ten westen ligt van Malaga: de Vuelta kwam hier nog nooit. Donderdag 22 augustus, etappe 6: Jere.