De finish van de twaalfde rit ligt op een skistation. Dat kan maar een ding betekenen: het wordt klimmen geblazen in het hooggebergte. Maar trekken de klassementsrenners ook ten strijde? En wie gaat er met de ritzege aan de haal? WielerFlits blikt vooruit.

Parcours Het peloton trekt deze etappe van (bijna) zeeniveau naar een hoogte van 1500 meter. Onderweg ligt er slechts een gecategoriseerde beklimming, maar nergens is het echt vlak. Het startschot voor deze rit wordt gelost in het Galicische Ourense.

Deze stad zag in 2020 voor het laatst de Vuelta passeren. Na een enerverende rit was het Tim Wellens die hier zijn tweede ritzege in de ronde boekte voor Michael Woods , Zdenek Stybar en Dylan van Baarle . Vuelta-debutant Thymen Arensman eindigde die dag als zesde.

In de eerste kilometers moet er direct al flink worden geklommen. De eerste drie kilometer wordt er geklommen naar Montealegre met een gemiddeld stijgingspercentage van tegen de acht procent. Hier zullen we meteen een strijd om de vroege vlucht te zien krijgen.

Vervolgens kabbelt het peloton rustig verder naar een hoogte van bijna zevenhonderd meter. De hele dag ziet er ongeveer zo uit, als het peloton in oostelijke richting verder rijdt. Na 74 kilometer is er weer een klimmetje van drie kilometer aan zeven procent en ook na honderd kilometer wordt er even geklauterd.

Na iets meer dan 110 kilometer begint de klim naar het skistation in Manzaneda (16 km aan 4,7 procent) . De slotklim valt qua stijgingspercentage nog r.