De eerste bergetappe van de Vuelta a España 2024 heeft ons veel geleerd over de waardeverhoudingen tussen de klassementsrenners. Ritwinnaar Primoz Roglic , Enric Mas en Lennert Van Eetvelt maakten de sterkste indruk, terwijl onder meer Thymen Arensman , Richard Carapaz en Adam Yates hun wonden likken. WielerFlits zet de verschillen op een rij.

In goed vijf kilometer is de 79ste Vuelta a España behoorlijk op zijn kop gezet. Op de steile stroken van de slotklim van de vierde etappe wisten de beste klassementsrenners zich te onderscheiden, maar waren er ook heel wat verliezers. De nummers een tot en met zeven in de daguitslag – Primož Roglič, Lennert Van Eetvelt , João Almeida , Enric Mas , Felix Gall , Matthew Riccitello en Mikel Landa , kunnen tevreden terugkijken op de eerste bergrit.

Deze renners eindigden namelijk in dezelfde tijd, maar hoe verging het de andere mannen voor het klassement? Antonio Tiberi kwam als achtste over de streep, maar wist het tijdsverschil te beperken tot 18 seconden. Voor Sepp Kuss – de winnaar van vorig jaar – liep de schade op tot 28 tellen. Aleksandr Vlasov , David Gaudu en Mattias Skjelmose verloren dan weer goed veertig tellen op dagwinnaar Roglic.

Carlos Rodríguez moest op zijn beurt 51 seconden prijsgeven op de slotklim, maar wist het verschil nog wel binnen de minuut te houden. Dit kunnen we niet zeggen van Ben O’Connor (+1’11”), Richard Carapaz (+1’29”), Adam Yates (+1’29”) en Cian Uijtdebroeks (+1’38”)..