Volgens de Klimaatwet is 2030 een belangrijk jaar. Dan moet namelijk de uitstoot van broeikasgassen 55 procent lager liggen dan in 1990. Dat komt volgens het CBS neer op een daling van 125 Megaton CO2-equivalent.

Tussen 1990 en 2023 daalden de emissies met gemiddeld 2,5 Megaton per jaar, in 2024 met 2 Megaton. Om het doel van de klimaatwet te halen, moeten de emissies de komende zes jaar met gemiddeld 7 Megaton per jaar dalen. Uit de Klimaat- en Energieverkenning (KEV) kwam al naar voren dat het erg onwaarschijnlijk is dat het 2030-doel wordt gehaald.

"Alleen extra beleid dat snel reducties oplevert, kan het doel dichterbij brengen", aldus de KEV in het najaar. Maar de kans dat dit nog lukt voor 2030 is erg klein. Er werd toen gezegd dat we vijf jaar achterlopen.

Waar afgelopen jaar uitstoot in de 'elektriciteits- en mobiliteitssectoren' omlaagging, stootte de industrie juist meer uit. "Percentueel was deze stijging klein (1,5 procent), maar de industrie heeft met 36 procent veruit het grootste aandeel in de totale uitstoot van broeikasgassen", schrijft het CBS. Volgens het statistiekeninstituut belandden er vooral meer kolenrestgassen in de lucht.

Dit komt doordat de hoogovens weer volledig operationeel waren na groot onderhoud in 2023. "Een daling met 37 procent is nodig om het sectordoel voor 2030 te halen." Bij het opwekken van elektriciteit is 3 procent minder uitgestoten.

Dit is vooral toe te schrijven aan het eerst halfjaar, toen er meer stroom uit zon en wind geproduc.