Analyse Aanstaande zondag 24 november gaat in Antwerpen de Wereldbeker veldrijden 2024-2025 van start. Het meest besproken regelmatigheidsklassement heeft een serieuze gedaanteverwisseling ondergaan ten opzichte van een jaar geleden, en dus is het hoog tijd om de grootste opvallendheden en nieuwigheidjes eens op een rij te zetten. 12 jan Lees ook UCI-topman Peter Van den Abeele denkt over nieuwe invulling Wereldbeker: "Misschien moeten we het hard spelen" 12 jan De eerste opvallende wijziging zit hem natuurlijk in het feit dat de Wereldbeker veldrijden pas zo laat op het seizoen begint.

Sinds de oprichting in het seizoen 1993-1994, begon de Wereldbeker nog nooit zo diep in de winter. Ter vergelijking: zo’n tien jaar geleden ging het klassement nog half september van start met een manche in het Amerikaanse Las Vegas. Voor het eerst sinds dat bewuste seizoen 2015-2016 – tevens het laatste van recordhouder Sven Nys – hebben de renners de oversteek naar de andere kant van de grote plas niet meer moeten maken.

Er kwam de voorbije jaren telkens weer grote kritiek op het stevige kostenplaatje van die trip. Voor de crossploegen zou de hele reis tussen de 20.000 en 25.

000 euro hebben gekost, terwijl de renners hun vluchten zelf betaalden. En dan was er in Waterloo en Fayetteville trouwens niet eens grote belangstelling meer. Het deed de UCI en inrichter Flanders Classics nadenken over een nieuw concept: een gebalde Wereldbeker, in de periode dat de cross het meeste leeft.

Onder .