DEN HAAG - Den Haag en andere gemeenten die een zero-emissiezone gaan invoeren, staan er de komende tijd alleen voor. Daar lijkt wethouder Robert Barker (Partij voor de Dieren) vanuit te gaan. Hij verwacht weinig steun van het nieuwe kabinet bij het aanstaande verbod op vieze bedrijfsvoertuigen in de binnenstad.

Dat baart oppositiepartijen zorgen en zij willen dat Den Haag op de rem trapt. 'Een enorm risico voor de stad als het kabinet niet doorpakt.' Betaalbaar, beschikbaar, betrouwbaar.

Dat zijn de drie b's waar het volgens oppositiepartij VVD om gaat bij de invoering van de zero-emissiezone. 'Maar voor alle drie is het onduidelijk of daaraan wordt voldaan', zegt raadslid Rutger de Ridder van oppositiepartij VVD woensdag in een commissievergadering. De gemeenteraad debatteert deze middag over de zero-emissiezone die over vier maanden in de binnenstad van Den Haag gaat gelden.

Dat betekent dat vanaf dan alleen nog bedrijfsvoertuigen die elektrisch zijn of rijden op waterstof in het centrum zijn toegestaan. De stad gaat niet gelijk op slot voor vervuilende bestelbussen en vrachtwagens. Er geldt een overgangsperiode tot 2030 waarbij eerst de meest vervuilende voertuigen worden geweerd.

Binnenkort beslist de gemeenteraad over een uitbreiding van de zero-emissiezone in het centrum naar de kuststrook. Dat zou betekenen dat vanaf 2026 ook in het gebied tussen de Laan van Meerdervoort en het strand alleen nog uitstootvrije bedrijfsvoertuigen worden toegestaan. Bovendien is er een t.