Met stickers en brandbommen vochten Duitse neo-nazi’s voor ‘witte veiligheid’

Duitse neo-nazi’s stonden in de jaren 60 en 70 onder in invloed van rechts-extremisten uit de VS, ontdekte Charlotte Janse. „Het gebeurde in een context waarin asiel steeds hoger op de politieke agenda kwam te staan”

1 week Ago


‘De bevrijding is begonnen!’ Dat noteerde de Duitse advocaat Manfred Roeder op 22 augustus 1980 juichend in zijn dagboek. Het was een dodelijk begin, want op deze dag hadden twee leden van de door hem opgerichte Deutsche Aktionsgruppen een asielzoekerscentrum in Hamburg met brandbommen bekogeld. Bij die aanslag kwamen twee Vietnamezen om het leven.

De acties van Roeder – hij noemde zichzelf Reichsverweser (Rijksregent) omdat hij meende dat het Duitse Rijk nooit opgehouden had te bestaan – waren de culminatie van een twee decennia durend radicaliseringsproces binnen de Duitse extreemrechtse gemeenschap. Opvallend genoeg kwam de inspiratie hiervoor deels uit een land dat in 1945 de nazi’s had verslagen: de Verenigde Staten. Over deze interactie tussen Amerikaanse en Duitse neo-nazi’s schreef Annelotte Janse het proefschrift The Pursuit of ‘White Security’.

Transnational entanglements between West German and American right-wing extremists, 1961-1980 , waarop ze onlangs aan de Universiteit Utrecht promoveerde. „Veel mensen zijn wel bekend met het geweld in deze periode van linkse Duitse terreurgroepen, maar bijna niemand weet dat neo-nazi’s alleen al in 1980 meer mensen hebben omgebracht dan de Rote Armee Faktion in haar hele bestaan. De politiek en de rechtspraak zijn daar indertijd eigenlijk blind voor geweest: extreemrechtse aanslagen werden gezien als losse incidenten, geen onderdeel van een patroon.

Daarom vond ik het belangrijk om onderzoek te doen naar .

Copyright @ 2024 IBRA Digital