Het moest de dag van Alec Segaert (vierde) worden, maar het werd de dag van de Spanjaard Ivan Romeo (eerste) en een verrassende Robin Orins (vijfde). Zij kraakten de code op het WK tijdrijden voor beloften. Robin Orins (22) klaagde na zijn tijdrit over een slecht gevoel.

“In het eerste deel zat ik qua wattages rond mijn ondergrens.” Het bleek echter de code om de tijdrit van Zürich te kraken. “Remco Evenepoel deed dat ook”, wist bondscoach Sven Vanthourenhout.

“Niet forceren op de klim en dan voluit in de vlakke slotkilometers.” Het leverde Orins een onverhoopte vijfde plaats op. “Hij is een laatbloeier.

Ik ben zo blij voor hem”, zei de bondscoach. Ook Ivan Romeo (21) had de code gekraakt. Volgens Orins trapte de Spanjaard in de laatste acht kilometer een gemiddeld vermogen van 500 watt, goed voor een snelheid van 56,4 kilometer per uur.

Evenepoel haalde op dezelfde strook 57,2 kilometer per uur. Romeo was de terechte wereldkampioen. Dat beaamde ook favoriet Alec Segaert (21), die als vierde nog naast het podium viel.

“Een enorme teleurstelling”, zuchtte Segaert. “Dit komt hard binnen. Ik had hier al sinds het begin van het seizoen een doel van gemaakt.

” Segaert had voor een andere zogenaamde pacing-strategie gekozen. “Op de klim heb ik echt hard kunnen rijden, precies zoals vooropgesteld. Nadien moest ik recupereren in de afdaling, maar dat ging minder goed.

Toen ik beneden kwam, dacht ik in de eerste kilometer: komaan, nu in dat ritme. Ze riepen .