Video In de Barbershop van Alpecin en WielerFlits heeft Jan Janssen laten weten nog altijd trots te zijn op ‘zijn’ gele trui. Sterker nog: de inmiddels 84-jarige Tourwinnaar draagt geregeld gele kleding om terug te denken aan de grootste overwinning uit zijn carrière: “Een geel truitje, of een gele stropdas.” Tijdens de Tour de France van 1966 reed Jan Janssen één dag in de gele trui.

Toch overheerste de teleurstelling van het mislopen van het geel in Parijs. “Maar als je tweede kan worden in de Tour, dan kan je hem ook winnen”, zegt Janssen in de kappersstoel van Alpecin over die prestatie. En dat winnen? Dat deed Janssen.

In 1968 wist hij, als eerste Nederlander ooit, La Grande Boucle te winnen. Het geel betekent nog altijd veel voor de voormalig wereldkampioen van Sallanches. “De ring van mijn vrouw om mijn vinger is de limit , maar daarna komt toch de gele trui”, beweert Janssen.

“Ik kleed me regelmatig – en dat is toch een beetje bewust – in het geel. Een geel truitje, of een gele stropdas of gecombineerd met een mooi hemd. Dat geel zegt mij iets.

Dat herinnert mij aan een prachtige tijd, dat ik de Tour won, maar ook daarna natuurlijk”, laat Janssen weten. “Ik ben heel erg trots op die gele trui, die bewaar ik als een mooi relikwie.” Al won de wielrenner uit Nootdorp niet enkel de Tour in zijn carrière.

“Ik ben trots, maar ook op andere overwinningen natuurlijk. Het wereldkampioenschap, Parijs-Roubaix, maar ook mindere, zoals Parijs-.