In de fermentatiekamer van het Maastricht UMC+ kunnen gasten ongegeneerd boeren en scheten laten. Op deze manier doen wetenschappers onderzoek naar darmbacteriën.
2 days Ago
Het is woensdagavond 19.30 uur. In een grijze gang in het uitgestorven onderzoeksgebouw bij het Maastricht UMC+ zet Gillian Larik een magnetronmaaltijd voor: aardappelblokjes, boontjes, paprika en biefstukreepjes.
Met als toetje vruchtenyoghurt met vezelpoeder. In sneltreinvaart vertelt de PhD humane biologie enthousiast wat me de komende dagen te wachten staat en prikt en passant een glucosemeter op mijn bovenarm, om de schommelingen in mijn bloedsuiker te volgen. Ik ben uitgenodigd om mee te maken hoe het nieuwste onderzoek naar darmbacteriën eruitziet.
Over een half uur laat ik me vrijwillig 2.160 minuten opsluiten in een kamertje waar ruimte is voor weinig meer dan een eenpersoonsbed, een bureautje en een wastafel. Op tafel ligt een zakje waarmee ik morgen in 28 buisjes moet blazen om de inhoud te vergelijken met de gassen uit mijn lichaam die door sensoren zijn opgepikt.
Larik: „Ik leg morgen nog wel een keer uit wat je moet doen.” De eyecatcher in het kamertje is iets wat op een wc lijkt, maar in werkelijkheid een soort vrieskist is met een verwarmde wc-bril. De zak in de pot vangt ontlasting op waarin later kan worden gekeken naar onder meer de compositie van de darmbacteriën.
Ernaast een grote fles voor urine, die iets laat zien over de afbraak van eiwit. En dan is er nog net een hoekje voor het stepje waarop ik morgen oefeningen moet doen. Alles wat van buiten naar binnen gaat, moet door een sluis met twee deurtjes, om geen lucht naar binnen te laten glippen.
.
Copyright @ 2024 IBRA Digital